Download Print deze pagina

Honeywell Galaxy 2 Series Programmeerhandleiding pagina 61

Verberg thumbnails Zie ook voor Galaxy 2 Series:

Advertenties

Installatie- en programmeerhandleiding voor Galaxy 2-serie
Nachtstand inschakelen
Voer in: gebruikerscode en druk op B.
Druk op 2 = Nachtstand Inschakelen
Dit is gelijk aan de Deelbeveiligd Inschakelen, behalve dat op het bediendeel Nachtstand In wordt
weergegeven. Alleen de zones waarvoor het kenmerk Nachtstand is ingeschakeld (raadpleeg optie
52.1.3 = PROGRAMMEER ZONES.Functie.Nachtstand), zijn inbegrepen. De uitgangstijd
signalering wordt onderdrukt.
De inschakeling annuleren
De inschakelprocedures Volledig, Deel en Nachtstand kunnen voordat het systeem wordt ingeschakeld,
worden geannuleerd door op het bediendeel , waarop de inschakelprocedure is gestart op de toets esc te
drukken. Als u de inschakeling op een ander bediendeel wilt annuleren, typt u uw gebruikerscode en
drukt u op A> of ent.
Het systeem uitschakelen
De gebruiker kan het systeem als volgt uitschakelen:
1. De code typen en op ent drukken. Als de blokkenmode is ingeschakeld en de gebruiker
blokkenkeuze heeft, kan de gebruiker zijn/haar code plus A typen en op ent drukken.
2. Een geldige prox-tag voor een prox-lezer houden.
3. Op de knop OFF op een geldige RF-fob drukken.
Bij een succesvolle uitschakeling hoort u een dubbele pieptoon. Als u geen alarm hoort, worden de
woorden 'Systeem Uitgeschakeld" gedurende vijf seconden op het display weergegeven.
Als een alarm in het systeem is geweest, wordt de gebruiker aangemeld wanneer de code wordt
ingevoerd zodat het alarm kan worden weergegeven.
Alarm en meldingen annuleren
Na de activering van een alarm moet dit worden geannuleerd en moet het systeem worden gereset. Het
alarm wordt geannuleerd door een geldige gebruikerscode in te voeren (niveau 2 en hoger) die aan het
blok is toegewezen dat het alarm heeft geactiveerd, of door een geldige proximity-kaart voor een lezer of
keyprox te houden. De alarmgevers, sirene en flitseruitgangen, worden onderdrukt en het bediendeel
geeft informatie weer over de zones die tijdens het alarm zijn geactiveerd.
Als het niveau van de gebruikerscode niet hoog genoeg is om de Galaxy te resetten, wordt op het
bediendeel het bericht MANAGER RESET GEVRAAGD of INSTALLATEUR RESET
GEVRAAGD weergegeven, afhankelijk van het vereiste type alarm en resetniveau.
Waarschuwing Indicatie
Sabotages en fouten veroorzaken een waarschuwing in de uitgeschakelde status. Op toegangsniveau 1
(geen gebruikers aangemeld) in de uitgeschakelde status, kan geen indicatie worden gegeven, behalve
voor een waarschuwingsindicatie. Deze kan hoorbaar zijn (een pieptoon van 0,5 seconden elke 30
seconden) en/of met het display dat hieronder wordt weergegeven, totdat een gebruiker zich aanmeldt.
Of hoorbare en/of zichtbare elementen van waarschuwingen worden gegeven, wordt geregeld met Optie
51.23=Parameters.Waarschuwing.
Als een fout, sabotage of alarm optreedt terwijl een gebruiker is aangemeld, wordt de gebruiker
teruggezet naar de banner en wordt de relevante waarschuwing- of alarmindicatie gegeven.
Nachtstand In
Nachtstand In
Nachtstand In
Nachtstand In
Nachtstand In
A L A R M !
A L A R M !
A L A R M !
A L A R M !
A L A R M !
VOER CODE IN
VOER CODE IN
VOER CODE IN
VOER CODE IN
VOER CODE IN
53
Inschakelmenu (vervolg)
30
30
30
30
30

Advertenties

loading