(1) Aansluiting voor het rechter deel van de wipschakelaar
(2) Aansluiting voor het linker deel van de wipschakelaar
Instelling doorstroomhoeveelheid
De doorstroomhoeveelheid voor het extra circuit is instelbaar.
De instelling vindt in twee stappen plaats. Met de schakelaar ex-
tra circuit (2) kan een voorafinstelling in vier stappen gebeuren.
Met de tweede stap kan met een fijnafstelling een begrensde
doorstroomhoeveelheid in vijftien stappen exact worden inge-
steld.
De ingestelde voorafinstelling wordt door de controlelamp extra
circuit (1) aangegeven.
Bij het schakelen van de startschakelaar in stand STOP slaat de
elektronica de ingestelde doorstroomhoeveelheid in het geheu-
gen op. Daardoor wordt bij het opnieuw in bedrijf stellen van het
extra circuit weer op de laatst gebruikte instelling geschakeld.
Voorafinstelling
Controlelamp extra circuit
● -------------------
1
☼ -------------------
2
☼ -- ☼ -------------
3
☼ --- ☼ -- ☼ -- ☼
4
Voor het instellen, de schakelaar extra circuit (voorgaande af-
beelding/2) drukken, hoe vaker de schakelaar gedrukt wordt
(één t/m vier maal), vindt de voorafinstelling van de extra circuit
plaats. Door de voorafinstelling wordt dezelfde doorstroomhoe-
veelheid voor de extra-circuit-aansluitingen (1) en (2) ingesteld.
Verschillende doorstroomhoeveelheden voor de aansluitingen
(1) en (2) kunnen alléén met de fijnafstelling van de begrensde
doorstroomhoeveelheid worden ingesteld. Werd de begrensde
doorstroomhoeveelheid ingesteld, moet voor de fijnafstelling
eerst de startschakelaar in stand STOP worden geschakeld.
74
Brandt niet
Brandt
Knippert langzaam
Knippert snel
Doorstroomhoeveelheid
Extra circuit gedeactiveerd
Maximaal
Begrensd (fijnafstelling)
Olie alléén naar de linker aansluiting
Bedrijf