HANDSFREE KAART:
11
11
11
Handsfree ontgrendelen
Met de kaart in de toegangszone 11:
– druk op de knop 9 op de handgreep van
een van de voorportieren om de voorpor-
tieren te ontgrendelen in veilige modus,
of alle portieren/kleppen in toegangsmo-
dus;
– druk op de knop 10 op het handvat van
een van de schuifdeuren aan de zijkant of
op de knop 12 van de klapdeur achter om
het achterste gedeelte te ontgrendelen in
veilige modus of alle portieren/kleppen in
toegangsmodus.
1.18
gebruik (7/10)
De alarmlichten en zijknipperlichten knippe-
ren eenmaal om aan te geven dat de por-
tieren zijn ontgrendeld. Bij sommige voertui-
gen worden de buitenspiegels automatisch
uitgeklapt.
Handsfree vergrendelen
Druk, met het voertuig ontgrendeld en alle
portieren/kleppen gesloten, eenmaal op de
knop 9, 10 of 12 om alle portieren/kleppen
te vergrendelen.
Beveiligde modus
Als een van de voorportieren open is, drukt
u op de knop 9, 10 of 12 om het achterste
gedeelte te vergrendelen.
9
10
12
8
Als een van de portieren/kleppen in het
achterste gedeelte open is, drukt u op de
knop 9, 10 of 12 om de voorportieren te ver-
grendelen.
Modus Toegang
Als een portier of de achterklep open is of
niet goed is gesloten, werken de knop-
pen 9, 10 of 12 niet.
De alarmknipperlichten knipperen tweemaal
om aan te geven dat het voertuig vergren-
deld is. Afhankelijk van het voertuig worden
de buitenspiegels automatisch ingeklapt.