VERSNELLINGSHENDEL/HANDREM
1
2
Versnellingshendel
Inschakelen achteruitversnelling
Auto met handgeschakelde versnellings-
bak: schakel de neutraalstand en daarna de
achteruitversnelling in.
Bij het inschakelen van de achteruitversnel-
ling moet u de ring 1 onder de knop omhoog
trekken voordat u de hendel kunt verplaat-
sen.
auto's met automatische transmissie
➥ 2.100.
De achteruitrijlichten branden als het contact
aan staat en de achteruitversnelling is inge-
schakeld.
Auto's voorzien van parkeerhulp ➥ 2.88.
Handrem
Vrijzetten
Trek de handgreep iets omhoog waarna u
de knop 2 indrukt en de handgreep omlaag
duwt.
Indien u de handgreep niet voldoende terug
duwt, blijft op het instrumentenpaneel een
lampje branden.
Vastzetten
Trek de handgreep naar boven en controleer
of de auto goed blijft stilstaan.
Tijdens het rijden moet de handrem helemaal vrijgezet zijn (rood waarschuwings-
lampje uit), risico van oververhitting of beschadiging.
Bij stilstaande auto kan het
nodig zijn, afhankelijk van de
helling en de belasting van
de auto, om de handrem min-
stens twee extra tanden vaster te zetten
en een versnelling in te schakelen (1
of achteruitversnelling) voor auto's met
handgeschakelde versnellingsbak of
stand P voor auto's met automatische
transmissie.
Indien de onderkant van de
auto een slag krijgt (bijvoor-
beeld door contact met een
paaltje, een stoeprand of ander
stadsmeubilair), kan de auto ernstig
worden beschadigd (bijvoorbeeld: ver-
vorming van een as).
Om ieder risico van een ongeluk te voor-
komen, moet u uw auto door een merk-
dealer laten controleren.
e
2.17