TIPS VOOR HET RIJDEN, ZUINIG RIJDEN
5
stand ECO
De ECO-modus is een functie die het brand-
stofverbruik zo laag mogelijk houdt. Dit heeft
invloed op bepaalde rijwerkingen (accelera-
tie, schakelen, snelheidsregelaar, decelera-
tie, enz).
De beperkte versnelling leidt tot brandstof-
besparing in een stedelijke omgeving.
(4/6)
6
Activeren van de functie
Druk op de schakelaar 5 totdat de activering
wordt bevestigd door het controlelampje 6
op het instrumentenpaneel.
Tijdens het rijden kan de ECO-modus tijde-
lijk worden uitgezet om de motor weer op
volle kracht te laten werken.
Druk daartoe het gaspedaal diep in.
De ECO-modus wordt weer ingeschakeld
zodra u de druk op het gaspedaal vermin-
dert.
Uitschakelen van de functie
Druk zo vaak als nodig opnieuw op de scha-
kelaar 5 om terug te keren naar de normale
modus. Het controlelampje 6
strumentenpaneel gaat uit om de uitschake-
ling te bevestigen.
Opmerking: bij voertuigen die zijn uitge-
rust met een automatische versnellingsbak
wordt, telkens wanneer de motor wordt uit-
geschakeld, de ECO-modus gedeactiveerd;
deze moet daarna opnieuw worden geacti-
veerd.
op het in-
2.21