SLEUTELS, FM-AFSTANDSBEDIENINGEN: algemene informatie
C
9
8
7
6
10
Sleutel besteluitvoering C, inklapbare
afstandsbediening
6 Vergrendelen van alle portieren.
7 Ontgrendelen van alle portieren in de
modus Toegang of ontgrendelen van
de voorportieren en, afhankelijk van het
voertuig, de zijschuifdeur in de Beveiligde
modus.
8 Vergrendelen/ontgrendelen van het in-
zetstuk van de sleutel. Om het inzetstuk
vrij te maken van zijn houder, drukt u op
de knop 8, het komt vanzelf naar buiten.
Druk op de knop 8 en begeleid het inzet-
stuk tot in zijn houder.
D
9
7
6
10
Sleutel besteluitvoering D,
afstandsbediening
9 Contactsleutel en sleutel van het bestuur-
dersportier.
10 Ontgrendelen van de schuifdeuren aan
de zijkant en de scharnierende achter-
deuren of de achterklep.
(2/3)
Afstandsbedieningen
besteluitvoering C en D
Er zijn twee manieren om de afstandsbe-
diening te gebruiken: modus Toegang
en Beveiligde modus.
Als u wilt schakelen tussen de ge-
bruikersmodi van de afstandsbedie-
ning, opent u het menu "Toegang" via
de boordcomputer of, afhankelijk van
de auto, via het multimediascherm. De
standaardmodus is de modus Toegang.
1.3