q De lichtmeetmethode wijzigenN
Er zijn drie lichtmeetmethoden beschikbaar om de helderheid van het
onderwerp te meten. Meestal wordt meervlaksmeting aanbevolen.
In de basismodi wordt meervlaksmeting automatisch ingesteld.
Bij q wordt de belichtingsinstelling vergrendeld wanneer u de ontspanknop
half indrukt en op het onderwerp hebt scherpgesteld. Bij w of e wordt de
belichtingsinstelling toegepast op het moment van de belichting. (De belichtings-
instelling wordt niet vergrendeld wanneer u de ontspanknop half indrukt.)
100
Selecteer [Meetmethode].
1
Op het tabblad [2] selecteert u [Meet-
methode] en drukt u vervolgens op <0>.
Stel de meetmethode in.
2
Selecteer de gewenste meetmethode
en druk op <0>.
Meervlaks meting
q
Dit is een algemene meetmethode die geschikt
is voor portretten en zelfs onderwerpen met
tegenlicht. De camera past de belichting
automatisch aan het onderwerp aan.
w Deelmeting
Deze methode is effectief wanneer de achtergrond
veel helderder is dan het onderwerp (bijvoorbeeld bij
tegenlicht). Het grijskleurige gebied in de afbeelding
links is het gebied waar de helderheid wordt
gemeten om de standaardbelichting te verkrijgen.
Centrum gew. gemiddeld
e
De helderheid wordt in het midden gemeten,
waarna een gemiddelde voor de gehele
opname wordt berekend. Deze meetmethode
is voor gevorderde gebruikers.