Het systeem handmatig
uitschakelen
De airbag aan de passagierszijde kan
worden uitgeschakeld door met de
contactsleutel de sleutelschakelaar A-
fig 127 te bedienen die naast het vak
voor de tachograaf is geplaatst (aan de
linkerzijde). De sleutelschakelaar heeft
twee standen:
1) Airbag voor aan passagierszijde in-
geschakeld (stand ON): lampje B-fig
128 op het instrumentenpaneel is ge-
doofd; het is absoluut verboden kin-
deren op de passagiersstoel voor te
vervoeren.
fig. 127
82
WEGWIJS IN UW AUTO
2) Airbag voor aan passagierszijde
uitgeschakeld (stand OFF): lampje op
het instrumentenpaneel brandt; het is
mogelijk kinderen op de passagiers-
stoel voor te vervoeren, waarbij ze
beschermd moeten worden door pas-
sende universele systemen. Het waar-
schuwingslampje op het instrumen-
tenpaneel blijft continu branden totdat
de airbag aan passagierszijde opnieuw
wordt ingeschakeld.
fig. 128
ZIJ-AIRBAG (SIDE-BAGS)
fig. 129
De op de stoel gemonteerde zij-air-
bag beschermt de borstkas van de
inzittenden voor bij een middelzware
zijdelingse aanrijding. De zij-airbag is in
de rugleuning van de stoelen voor
geplaatst, waardoor deze airbag ten
opzichte van de inzittende altijd de
optimale positie inneemt, ongeacht de
stand van de stoel.
Bij een zijdelingse aanrijding verwerkt
een elektronische regeleenheid de
gegevens van een vertragingssensor en
zorgt ervoor, indien nodig, dat het
kussen opblaast.
Het kussen blaast onmiddellijk op en
vult de ruimte tussen het portier van
de auto en de borstkas van de inzit-
fig. 129