Pagina 2 Geachte cliënt, Hartelijk dank dat u voor een Fiat hebt gekozen en gefeliciteerd met uw keuze voor de Fiat SCUDO. Wij hebben dit boekje samengesteld om u de kwaliteiten van deze auto volledig te laten benutten. Wij raden u aan alle hoofdstukken door te lezen voordat u voor de eerste keer met de auto gaat rijden. Dit instructieboekje bevat in- formatie, tips en aanwijzingen die u zullen helpen de technische kwaliteiten van uw Fiat SCUDO volledig te benutten.
Pagina 3: Parkeren Boven Brandbare Materialen
ABSOLUUT LEZEN! BRANDSTOF TANKEN Tank uitsluitend diesel voor motorvoertuigen conform de Europese specificatie EN590. Het gebruik van andere producten of mengsels kan de motor onherstelbaar beschadigen en het vervallen van de garan- tie tot gevolg hebben. MOTOR STARTEN Controleer of de handrem is aangetrokken; zet de versnellingspook in vrij; trap het koppelingspedaal volledig in, maar trap het gaspedaal niet in;...
Pagina 4: Elektrische Apparatuur
Als u na aanschaf van uw auto accessoires wilt monteren die stroom verbruiken (waardoor de accu langzaam kan ontla- den), wendt u dan tot het Fiat Servicenetwerk. Deze kan controleren of de elektrische installatie van de auto geschikt is voor het extra stroomverbruik.
Pagina 5: Inhoudsopgave
SNELHEIDSBEGRENZER............ DASHBOARD................ SYMBOLEN ................PLAFONDVERLICHTING ..........FIAT CODE ................BEDIENINGSKNOPPEN............. DE SLEUTELS ............... BRANDSTOFNOODSCHAKELAAR ....... DIEFSTALALARM ..............INTERIEURUITRUSTING............ START-/CONTACTSLOT ............ PORTIEREN ................INSTRUMENTENPANEEL ..........INSTRUMENTEN ..............ROLHOES VOOR AFDEKKEN BAGAGERUIMTE..DISPLAY................... RUITBEDIENING ..............ONDERHOUDSMETER............MOTORKAP ................TRIP COMPUTER..............IMPERIAAL/SKIDRAGER ...........
Pagina 6: Dashboard
DASHBOARD De aanwezigheid en de opstelling van de bedieningsorganen, de instrumenten en de controle-/waarschuwingslampjes kunnen per uit- voering verschillen. F0P0600m fig. 1 1. Verstelbare uitstroomopeningen zijkant - 2. Vaste uitstroomopeningen zijkant - 3. Linker hendel: bediening buitenverlichting - 4. In- strumentenpaneel - 5.
Pagina 7: Symbolen
Op of in de nabijheid van enkele onder- Voor een nog betere bescherming tegen tel in stand M draait, dan stuurt het Fiat CO- delen van uw auto zijn plaatjes met een diefstal is de auto uitgerust met een elek-...
Pagina 8: De Sleutels
F0P0003m F0P0321m fig. 2 fig. 3a die bij de bestelling van duplicaat- sleutels aan het Fiat Servicenetwerk Ga voor het inklappen in de handgreep moet worden gemeld. als volgt te werk: Wij raden u aan de elektronische code van ❒ houd het knopje B ingedrukt en ver- de CODE-card A-fig.
Pagina 9 Als u de portieren vergrendelt, gaat het Het dead lock-systeem verhindert de be- uitgeschakeld. Wendt u tot het Fiat lampje A-fig. 4 knipperen (bewakings- diening van de handgrepen aan de binnen- Servicenetwerk.
Pagina 10: Extra Afstandsbedieningen Bestellen
Het systeem kan maximaal 8 afstandsbe- dieningen herkennen. Als u in de loop der tijd een nieuwe afstandsbediening nodig hebt, kunt u zich tot het Fiat Servicenet- werk wenden. Neem dan de CODE-card, een identiteitsbewijs en het kentekenbe- wijs mee.
Pagina 11: Diefstalalarm
DIEFSTALALARM (indien aanwezig) Als de auto is uitgerust met het diefstala- larm, zijn er twee soorten beveiligingen: ❒ omtrekbeveiliging (alarm wordt inge- schakeld als een voorportier of achter- deur wordt geopend); ❒ volumetrische beveiliging (alarm wordt F0P0601m F0P0062m fig. 7 fig.
Pagina 12 Hieronder worden alle met de sleutel in te schakelen functies samengevat (met en zonder afstandsbediening): Type sleutel Ontgrendelen Sloten van Dead lock Slot Ruiten openen Ruiten sluiten sloten buitenaf inschakelen achterklep (indien van (indien van vergrendelen (indien aanwezig) ontgrendelen toepassing) toepassing) (indien aanwezig) Mechanische sleutel...
Pagina 13: Start-/Contactslot
ATTENTIE! het Fiat Servicenetwerk. Het is streng verboden om de-/montagewerkzaamheden uit te voeren, waarvoor wijzigingen in de stuurinrichting of de stuurkolom vereist zijn (bijv.
Pagina 14: Instrumentenpaneel
INSTRUMENTENPANEEL A Snelheidsmeter B Brandstofmeter met waarschuwings- lampje brandstofreserve C Koelvloeistoftemperatuurmeter met waarschuwingslampje voor te hoge koelvloeistoftemperatuur D Toerenteller E Multifunctioneel display fig. 9 F0P0012m...
Pagina 15: Instrumenten
BRANDSTOFMETER B-fig. 11/b wendt u tot het Fiat Service- Rijd niet met een bijna lege brandstoftank: netwerk. De wijzer geeft de hoeveelheid brandstof door een onregelmatige brandstoftoevoer aan die in de tank aanwezig is.
Pagina 16: Lichtsterkteregeling Instrumentenpaneel
1 / 2 F0P0285m F0P0291m F0P0292m fig. 12 fig. 14 fig. 15 ❒ als u de knop naar links draait, gaan de LICHTSTERKTEREGELING minuten knipperen; INSTRUMENTENPANEEL ❒ als u de knop naar rechts draait, wordt Lichtsterkte instrumentenpaneel regelen: 1 / 2 de waarde van de minuten verhoogd (als druk op de knop A-fig.
Pagina 17: Onderhoudsmeter
Klokje instellen op het display op Afstand tot volgende servicebeurt OLIENIVEAUMETER de middenconsole groter dan 1.000 km OIL OK Enkele uitvoeringen hebben een midden- Bijvoorbeeld: er kan nog 4.800 km wor- Als u de contactsleutel in stand console met een display waarop de tijd den gereden tot de volgende servicebeurt.
Pagina 18: Tripcomputer
TRIPCOMPUTER ZITPLAATSEN VOOR Met de tripcomputer kunnen, door her- ATTENTIE! haaldelijk op de knop fig. 16 aan het uit- einde van de hendel te drukken, achter- Alle afstellingen mogen uit- eenvolgens de onderstaande gegevens sluitend bij een stilstaande auto worden uitgevoerd. worden getoond: actieradius auto, huidig brandstof- verbruik, afstand tot de bestem-...
Pagina 19 Laat de hendel los en controleer omhoog, voorkom vervolgens dat het tot het Fiat Servicenetwerk. of de stoel goed geblokkeerd is door hem lichaam op de stoel steunt, zodat de naar voren en naar achteren te schuiven.
Pagina 20: Armsteunen Voor
fig. 18/a F0P0016m fig. 20 F0P0018m fig. 22 F0P0122m TWEEZITSBANK VOOR (indien aanwezig) De tweezitsbank is vast ingebouwd en voorzien van driepunts-veiligheidsgordels met rolautomaat. Deze bank kan uitgerust zijn met een uit- klapbare klep fig. 22 die als werkblad ge- bruikt kan worden.
Pagina 21: Zitplaatsen Achter
ZITPLAATSEN TWEEZITSBANK ACHTER Afhankelijk van de uitvoering zijn er ver- schillende soorten: ❒ tweezitsbank met vaste rugleuning; Aparte stoel ❒ verwijderbare Deze kan worden omgeklapt om de toegang tweezitsbank tot de zitplaatsen achter te vergemakkelij- afzonderlijk neerklapbare rugleunin- ken, en kan ook worden verwijderd. gen;...
Pagina 22 ATTENTIE! Zorg dat de verankeringen in de vloer altijd goed schoon zijn; de aanwezigheid van vreemde voorwerpen kan de juiste vergrendeling van de stoelen in ge- vaar brengen. F0P0024m fig. 26 F0P0025m fig. 25 Trek aan de hendel A-fig. 25 om de rug- –...
Pagina 23: Opstellingen Van De Zitplaatsen In Het Interieur
OPSTELLINGEN VAN DE ZITPLAATSEN IN HET INTERIEUR Afhankelijk van de uitvoering kan de op- stelling van de zitplaatsen in het interieur worden gewijzigd m.b.v. de bevestigingen op de vloer. In de volgende afbeeldingen staan enkele F0P0123m F0P0126m fig. 30 - 7 zitplaatsen fig.
Pagina 24: Hoofdsteunen
BELANGRIJK Bij een andere opstelling van HOOFDSTEUN de zitplaatsen: ❒ als de hoofdsteun wordt verwijderd, Omhoog plaatsen: bevestig deze dan aan een steun ❒ trek de hoofdsteun omhoog totdat hij ❒ controleer of de veiligheidsgordels be- hoorbaar vergrendelt. reikbaar blijven en eenvoudig door de Omlaag plaatsen: inzittenden kunnen worden omgelegd ❒...
Pagina 25: Stuurwiel
STUUR Het stuurwiel kan zowel in lengterichting als in hoogte worden versteld. Handel als volgt om de gewenste instelling uit te voeren: ❒ ontgrendel de hendel A-fig. 35 door deze naar voren te drukken (stand 2); ❒ plaats het stuur in de gewenste stand; F0P0026m F0P0028m fig.
Pagina 26: Spiegels
SPIEGELS BINNENSPIEGEL fig. 36 De binnenspiegel is voorzien van een be- veiligingsmechanisme, waardoor de spie- gel bij een krachtig contact met een inzit- tende losschiet. De binnenspiegel is verstelbaar met de hendel A-fig. 36: F0P0029m F0P0031m fig. 36 fig. 38 ❒...
Pagina 27 Ontwaseming/ontdooiing ATTENTIE! (indien aanwezig) Het onderste gedeelte van de De buitenspiegels zijn voorzien van ver- spiegel aan bestuurderszijde warmingselementen die worden inge- is bol, waardoor de afstandswaarne- schakeld als de achterruitverwarming ming enigszins wordt beïnvloed. wordt ingeschakeld (door op de knop te drukken.
Pagina 28: Verwarming En Ventilatie
VERWARMING EN VENTILATIE 1. Vast luchtrooster boven 2. Verstelbare luchtroosters in het midden 3. Vaste luchtroosters aan zijkant 4. Verstelbare luchtroosters aan zijkant 5. Luchtroosters onder voor zitplaatsen voor 6. Luchtroosters boven voor zitplaatsen achter (indien aanwezig). F0P0033m fig. 40 F0P0101m fig.
Pagina 29: Luchtroosters In Het Midden En Aan De Zijkant
F0P0034m fig. 42 F0P0036m fig. 44 F0P0035m fig. 43 ∑ Om de luchtroosters B en C te gebruiken, voor luchttoevoer naar de beenruim- LUCHTROOSTERS IN HET moet u met de betreffende schuif de luch- ten en voor een iets lagere tempera- MIDDEN EN AAN DE ZIJKANT troosters in de gewenste stand instellen.
Pagina 30: Ventilatie Van Het Interieur
Draaiknop B dient voor VENTILATIE VAN HET SNELLE VERWARMING VAN inschakelen en regelen van de INTERIEUR INTERIEUR aanjager Ga voor een goede ventilatie in het inte- Ga voor snel verwarmen als volgt te werk: rieur als volgt te werk: 0 = aanjager uit ❒...
Pagina 31: Snel Ontwasemen/ Ontdooien Voorruiten
SNEL ONTWASEMEN/ Beslaan van de ruiten voorkomen ONTDOOIEN VOORRUITEN Als de luchtvochtigheid buiten heel hoog is (VOORRUIT EN ZIJRUITEN) en/of bij regen en/of bij grote tempera- tuurverschillen tussen de lucht in en buiten Ga als volgt te werk: de auto moeten de volgende handelingen ❒...
Pagina 32: Recirculatie Inschakelen
RECIRCULATIE INSCHAKELEN WAARSCHUWING Met de recirculatie- AIRCONDITIONING, functie kan, afhankelijk van de gekozen fig. 44 HANDBEDIEND werking (“verwarmen” of “koelen”) snel- Ω Druk op de knop ler het gewenste resultaat worden bereikt. (waar voorzien) Wij raden u aan de recirculatiefunctie in Het verdient aanbeveling om de recircu- te schakelen in de file of in tunnels.
Pagina 33 Knop E voor het in-/uitschakelen van de airconditioning Als de knop wordt ingedrukt (led op knop brandt), wordt de airconditioning inge- schakeld. Als u nogmaals op de knop drukt (lampje op de knop gedoofd), schakelt de aircon- ditioning uit. F0P0038m fig.
Pagina 34 VENTILATIE VAN HET AIRCONDITIONING (koeling) Regeling van de koeling INTERIEUR ❒ draai de knop C naar rechts voor ver- Ga voor snel koelen als volgt te werk: hoging van de temperatuur; Ga voor een goede ventilatie in het inte- ❒ draai de knop C in het blauwe vlak; rieur als volgt te werk: ❒...
Pagina 35 VERWARMING VAN HET SNELLE VERWARMING VAN SNEL ONTWASEMEN/ INTERIEUR INTERIEUR ONTDOOIEN VOORRUITEN (VOORRUIT EN ZIJRUITEN) Ga als volgt te werk: Ga voor snel verwarmen als volgt te werk: Ga als volgt te werk: ❒ draai de knop C in het rode vlak; ❒...
Pagina 36 Nadat de ruiten ontwasemd zijn, kan een Beslaan van de ruiten voorkomen stand gekozen worden waarbij het com- Als de luchtvochtigheid buiten heel hoog is fort optimaal blijft. en/of bij regen en/of bij grote tempera- BELANGRIJK De airconditioning kan goed tuurverschillen tussen de lucht in en buiten gebruikt worden om de ruiten sneller te de auto moeten de volgende handelingen...
Pagina 37: Onderhoud Van Het Systeem
Laat voor het zomerseizoen de werking mee wordt voorkomen dat vervuilde lucht tige en koude dagen, om te voorkomen van de airconditioning door het Fiat Ser- het interieur bereikt. Het is niet raadzaam dat de ruiten beslaan. vicenetwerk controleren.
Pagina 38: Automatische Tweezone- Klimaatregeling
AUTOMATISCHE Deze functies kunnen handmatig worden De volgende parameters en functies kun- gewijzigd, d.w.z. dat u het systeem kunt nen handmatig worden ingesteld en ge- TWEEZONE- regelen door naar wens een of meer func- wijzigd: KLIMAATREGELING ties te selecteren en te wijzigen. Op de- ❒...
Pagina 39: Gebruik Van De Klimaatregeling
GEBRUIK VAN DE KLIMAATREGELING Het systeem kan op verschillende manie- ren worden ingeschakeld, maar wij raden u aan te beginnen met het indrukken van een van de knoppen AUTO en vervol- gens de draaiknoppen te draaien om op het display de gewenste temperaturen in te stellen.
Pagina 40 Tijdens de volledig automatische werking Draaiknoppen voor regeling Drukknop voor de luchtverdeling van het systeem, moeten alleen de vol- luchttemperatuur M - I voor D gende functies eventueel handmatig wor- Als u de knoppen naar rechts of naar links Als u op deze knop drukt, kunt u hand- den ingeschakeld: draait, verhoogt of verlaagt u de luchttem- matig voor de linker- en de rechterzijde...
Pagina 41 De luchtverdeling, als deze handmatig is Drukknoppen voor regelen ¡ Luchtstroom verdeeld over de luch- ingesteld, wordt aangegeven door een aanjagersnelheid G - H troosters in de beenruimten voor en brandend lampje op de geselecteerde achter (warmere lucht) en de uit- Als u de knop G p indrukt, dan wordt de knoppen.
Pagina 42 Knop AUTO Voor het hervatten van de automatische Drukknop in-/uitschakeling werking van het systeem na een handma- (in-/uitschakelen automatische recirculatiefunctie E tige instelling (een of meerdere), moet de werking) De luchtrecirculatie wordt als volgt ge- knop AUTO worden ingedrukt. regeld: Als u de knop AUTO indrukt, regelt het Als u bij automatische werking de knop systeem automatisch, in de betreffende zo-...
Pagina 43 Bij lage buitentemperaturen wordt de re- Drukknop voor in-/uitschakelen BELANGRIJK Met uitgeschakelde airco- circulatie uitgeschakeld (met luchttoevoer compressor is het niet mogelijk lucht in aircocompressor A van buiten) om het beslaan van de ruiten het interieur te voeren met een tempe- Als u de knop A/C indrukt, schakelt de te voorkomen.
Pagina 44 Drukknop voor snelle Als de functie voor snel ontdooien/ont- Drukknop voor snelle wasemen is ingeschakeld, gaan het lamp- ontwaseming/ontdooiing van de ontwaseming/ontdooiing van de je op de betreffende knop en het lampje voorruit en de zijruiten voor C achterruit en de buitenspiegels op de knop van de achterruitverwarming (indien aanwezig) F Als u deze knop indrukt, schakelt de kli-...
Pagina 45: Hulpverwarming
Systeem uitschakelen (A/C) A HULPVERWARMING Handmatig regelbare verwarming (indien aanwezig) en airconditioning Het systeem schakelt uit als u op de knop A drukt. Bij uitgeschakeld systeem zijn de Dit systeem zorgt voor een snellere ver- De hulpverwarming wordt automatisch in- omstandigheden van de klimaatregeling: warming van het interieur bij koud weer.
Pagina 46: Driezone-Airconditioning
DRIEZONE-AIRCONDITIONING (indien aanwezig) F0P0042m fig. 49 F0P0043m fig. 51 F0P0044m fig. 50 VERSTEL- EN REGELBARE Draaiknop B dient voor BEDIENINGSKNOPPEN fig. 51 LUCHTROOSTERS VOOR DE inschakelen en regelen van de TWEEDE EN DERDE RIJ aanjager Draaiknop A voor regeling van de STOELEN fig.
Pagina 47: In-/Uitschakeling Airconditioning
VENTILATIE VAN HET VERWARMING VAN HET INTERIEUR INTERIEUR Ga voor een goede ventilatie in het inte- Ga als volgt te werk: rieur als volgt te werk: ❒ draai de knop A in het rode vlak; ❒ draai de knop A in het blauwe vlak; ❒...
Pagina 48: Buitenverlichting
BUITENVERLICHTING Met de linker hendel fig. 53 kunt u de bui- tenverlichting in- en uitschakelen. Als u de buitenverlichting inschakelt wor- den het instrumentenpaneel en de bedie- ningsknoppen op het dashboard verlicht. VERLICHTING UIT fig. 53 F0P0048m F0P0046m fig. 55 fig.
Pagina 49: Richtingaanwijzers Fig
BELANGRIJK Doof bij goed zicht de mist- achterlichten omdat ze hinderlijk kunnen zijn voor weggebruikers achter u. BELANGRIJK De mistlampen voor, de mistachterlichten en het grootlicht kun- nen ook worden ingeschakeld als de con- tactsleutel in stand S staat of is uitgeno- men.
Pagina 50 Follow me home (indien aanwezig) Uitschakelen fig. 58 Zet de draaiknop terug in stand å; bij uit- Met deze functie wordt een bepaalde pe- riode ingesteld (45 seconden) waarin de schakeling van de functie verschijnt er een ruimte voor de auto wordt verlicht; de bericht op het display.
Pagina 51: Ruiten Reinigen
M staat. F0P0051m fig. 59 u dan tot het Fiat Servicenetwerk. De draaiknop van de rechter hendel kan Om het onderhoud (bijvoorbeeld het rei- in vier standen worden gezet: nigen van de voorruit of het vervangen van ruitenwissers uitgeschakeld;...
Pagina 52 REGENSENSOR De regensensor (indien aanwezig) is een elektronische voorziening voor de rui- (indien aanwezig) tenwissers en zorgt ervoor dat de fre- De regensensor bevindt zich achter de quentie van de slagen van de ruitenwissers, achteruitkijkspiegel, staat in contact met tijdens het wissen met interval, automa- de voorruit en zorgt ervoor dat de fre- tisch wordt aangepast aan de hoeveelheid quentie van de slagen van de ruitenwissers,...
Pagina 53 Als de ruitensproeiers worden bediend bij Als u de hendel iets naar het stuur trekt ATTENTIE! ingeschakelde regensensor, werkt het nor- (onvergrendelde stand), schakelen de rui- Voor het reinigen van de male reinigingsprogramma. Daarna hervat tensproeiers in, ongeacht de stand van de voorruit moet altijd worden de regensensor zijn normale automatische draaiknop.
Pagina 54: Koplampsproeiers
(ook na een her- staat zijn. terruitwisser automatisch in voor maxi- start van de auto met de contactsleutel), maal zicht achter. wendt u dan tot het Fiat Servicenetwerk.
Pagina 55: Snelheidsregelaar (Cruise-Control)
De cruise-control toont op het instrumen- tenpaneel informatie over de werking en de geprogrammeerde snelheid: Gekozen functie, aanduiding voor “Cruise-Control”. F0P0324m Functie uitgescha- keld, OFF (bijvoor- beeld bij 107 km/h). F0P0325m F0P0055m Functie ingeschakeld fig. 63/a (bijvoorbeeld bij 107 km/h). CRUISE-CONTROL Als de auto is uitgerust zowel met een snelheidsbegrenzer als met cruise-control...
Pagina 56: Functie Selecteren
F0P0329m F0P0324m F0P0333m F0P0327m F0P0334m F0P0331m Functie selecteren Tijdelijke overschrijding van de Opnieuw inschakelen snelheid Zet de knop in de stand CRUISE. De Druk op de knop als de cruise-control was cruise-control is gekozen, maar nog niet uitgeschakeld terwijl er een snelheid is ge- Dit is mogelijk door gas te geven, waar- ingeschakeld en er is nog geen snelheid ge- programmeerd.
Pagina 57: Correct Gebruik
De geprogrammeerde snelheid wordt ge- wist en vervangen door drie streepjes. Kort indrukken verlaagt de snelheid met 1 km/h. Wendt u tot het Fiat Servicenetwerk om het systeem te laten controleren. Ingedrukt houden verlaagt de snelheid in stappen van 5 km/h.
Pagina 58: Snelheidsbegrenzer
De begrenzer toont op het instrumen- tenpaneel informatie over de werking en de geprogrammeerde snelheid: Gekozen functie, weergave van het symbool “Snelheids- begrenzer”. F0P0338m Functie uitgescha- keld, laatst gepro- grammeerde snelheid - OFF (bijvoorbeeld 107 km/h). F0P0339m F0P0055m Functie ingeschakeld fig.
Pagina 59: Snelheid Programmeren
F0P0343m F0P0338m F0P0330m F0P0351m F0P0334m F0P0340m Functie selecteren Zet de knop in de stand LIMIT. De be- grenzer is geselecteerd, maar nog niet in- geschakeld. Het display toont de laatst ge- programmeerde snelheid. F0P0332m F0P0344m F0P0334m F0P0339m Snelheid programmeren In-/uitschakelen (OFF) De instelling is mogelijk bij draaiende mo- De begrenzer schakelt in bij de eerste tor zonder de begrenzer in te schakelen.
Pagina 60: Geprogrammeerde Snelheid Overschrijden
Een lichte druk op het gaspedaal heeft het systeem uit te schakelen. De laatst ge- geen effect om de geprogrammeerde snel- Wendt u tot het Fiat Servicenetwerk om programmeerde snelheid blijft opgeslagen. heid te overschrijden; het gaspedaal moet het systeem te laten controleren.
Pagina 61: Plafondverlichting
PLAFONDVERLICHTING Regeling ingeschakelde tijd plafondverlichting Om het in- en uitstappen vooral in het PLAFONDVERLICHTING VOOR donker te vergemakkelijken, zijn er 2 De plafondverlichting 1-fig. 64 wordt be- brandduurregelingen. diend door drie schakelaars A, B en C. BRANDDUURREGELING BIJ HET INSTAPPEN Met de schakelaar B in de middelste stand, worden de lampjes in-/uitgeschakeld bij De plafondlampjes gaan op de volgende...
Pagina 62: Bedieningsorganen
BEDIENINGSORGANEN WAARSCHUWINGSKNIPPER- LICHTEN fig. 66 Deze worden ingeschakeld als op knop A wordt gedrukt, onafhankelijk van de stand van het contactslot. Als ze zijn ingeschakeld, knippert het lamp- F0P0287m F0P0064m je in de knop. Gelijktijdig gaan op het ins- fig. 66 fig.
Pagina 63: Achterruitverwarming
F0P0058m F0P0059m F0P0060m fig. 68 fig. 69 fig. 70 ACHTERRUITVERWARMING PORTIERVERGRENDELING KINDERVEILIGHEIDSSLOT (indien aanwezig) INSCHAKELEN U kunt de centrale portiervergrendeling (indien aanwezig) inschakelen door de knop fig. 69 op de Druk op de knop fig. 68 voor inschake- middenconsole in te drukken, onafhanke- ling.
Pagina 64: Centrale Vergrendeling Van Zijschuifdeuren En Achterdeuren
F0P0061m F0P0063m F0P0062m fig. 71 fig. 72 fig. 73 CENTRALE VERGRENDELING PARKEERSENSOREN INTERIEURBEWAKING VAN VAN ZIJSCHUIFDEUREN EN (indien aanwezig) DIEFSTALALARM ACHTERDEUREN UITSCHAKELEN (indien aanwezig) (indien aanwezig) UITSCHAKELEN Als u op de knop fig. 72 op de midden- console drukt, wordt de werking van de U kunt de centrale vergrendeling van de Als u op de knop fig.
Pagina 65: Brandstofnoodschakelaar
BRANDSTOFONDERBR Als u geen brandstoflekkage waarneemt ATTENTIE! en de auto kan nog verder rijden, ga dan EEKSCHAKELAAR Als u na een ongeval een als volgt te werk om de brandstoftoevoer brandstoflucht ruikt of merkt weer te herstellen: dat het brandstofsysteem lekt, herstel Deze veiligheidsschakelaar, die geregeld ❒...
Pagina 66: Interieuruitrusting
3 kunststof leidingen enz.): wendt u tot het kg per zijde. Plaats er geen zwaardere Fiat Servicenetwerk. voorwerpen in en houdt u er niet aan vast. Gebruik de handgrepen aan de zijkant voor ondersteuning.
Pagina 67: Tafeltje Met Blikjeshouders En Documentenklem
F0P0068m F0P0070m F0P0072m fig. 80 fig. 77 fig. 79 OPBERGVAKKEN IN VOORPORTIEREN In de voorportieren bevinden zich twee opberg/documentenvakken fig. 79. F0P0069m F0P0073m fig. 78 fig. 81 OPBERGVAK OP DASHBOARD TAFELTJE MET BLIKJESHOUDERS EN Op het dashboard, tegenover de passa- DOCUMENTENKLEM giersstoel, bevindt zich een opbergvak A- (indien aanwezig)
Pagina 68: Bekerhouders
F0P0074m F0P0076m F0P0077m fig. 82 fig. 85 fig. 84 AANSTEKER Druk voor het inschakelen van de aan- steker de knop B-fig. 84 in, als de con- tactsleutel in stand M staat. Na ongeveer 15 seconden keert de knop automatisch terug naar de beginpositie en is de sigarenaansteker gereed voor ge- bruik.
Pagina 69: Zonnekleppen Fig
F0P0079m F0P0080m fig. 87 fig. 88 BELANGRIJK Gebruik de asbak niet als STEKKERDOZEN prullenbak voor papiertjes; als deze in con- (indien aanwezig) tact komen met smeulende peuken kan er Afhankelijk van de uitvoering kunnen de brand ontstaan. stekkerdozen zich op verschillende plaat- sen in het interieur bevinden.
Pagina 70: Portieren
PORTIEREN OPENEN/SLUITEN MET DE HAND ATTENTIE! Open een portier alleen wanneer de omstandighe- F0P0082m F0P0083m den hiervoor veilig zijn. fig. 90 fig. 91 Zijschuifdeuren De zijschuifdeuren kunnen zijn voorzien van ruiten (indien van toepassing). In geheel geopende stand worden de zij- schuifdeuren door een vangmechanisme De ruiten kunnen vanuit het interieur ge- opengehouden: om de deur te vergrende-...
Pagina 71 Achterdeuren ATTENTIE! Als de auto op een steile hel- De twee achterdeuren zijn ieder voorzien ling omlaag geparkeerd van een klemveer die de opening van de staat, laat dan de auto niet met de deur tot 90 graden beperkt. schuifdeur in het vangmechanisme ge- blokkeerd open staan: als u tegen de deur stoot, kan deze losraken en naar voren schuiven.
Pagina 72 F0P0087m F0P0602m F0P0293m fig. 94 fig. 95 fig. 96 Het is mogelijk de openingshoek van de Achterklep (indien aanwezig) toegang te krijgen tot het slot aan de twee deuren te vergroten om makkelijker binnenzijde; Om het slot van de achterklep te ont- in en uit te laden.
Pagina 73: Van Buitenaf
Deze knop werkt niet als de auto van bui- ment dat de auto wordt afgeleverd. Het tenaf is vergrendeld m.b.v. de afstandsbe- onderscheid in de ontgrendeling tussen de diening of de sleutel. cabine en de laadruimte kan op verzoek worden uitgeschakeld. Wendt u tot het Fiat Servicenetwerk.
Pagina 74: Rolhoes Voor Afdekken Bagageruimte
ROLHOES VOOR ATTENTIE! AFDEKKEN Schakel dit systeem altijd in als u kinderen vervoert. BAGAGERUIMTE (indien aanwezig) Om de rolhoes te gebruiken, moet u de handgreep A-fig. 100 vastpakken en de ATTENTIE! rolhoes uit de rolautomaat B uitrollen en bevestigen aan de betreffende borgingen. Controleer nadat u het vei- F0P0091m fig.
Pagina 75: Ruitbediening
RUITBEDIENING In de armsteun van het portier aan be- stuurderszijde zijn de twee bedienings- knoppen gemonteerd waarmee u, als de contactsleutel in stand M staat, de zijrui- ten bedient: A openen/sluiten ruit linksvoor; B openen/sluiten zijruit rechtsvoor; F0P0093m F0P0094m fig. 102 fig.
Pagina 76: Anti-Letselbeveiliging
WERKING ANTI-LETSELBEVEILIGING Anti-letselbeveiliging opnieuw initialiseren Als de auto met dit systeem is uitgerust, Handmatige bediening dan wordt als tijdens het sluiten van de Als de accu losgekoppeld is geweest, moet Druk op de knop of trek aan de knop zon- ruit een obstakel wordt geraakt, de ruit de beveiligingsfunctie opnieuw worden der het weerstandspunt te passeren.
Pagina 77: Motorkap
MOTORKAP BELANGRIJK Controleer of de armen van de ruitenwissers tegen de ruit aanstaan voordat u de motorkap optilt. Openen van de motorkap: – til het beschermdeksel A-fig. 104 van de hendel naast de bestuurdersstoel om- hoog; F0P0096m fig. 104 – trek de hendel B-fig. 105 in de richting van de pijl;...
Pagina 78: Imperiaal/Skidrager
IMPERIAAL/SKIDRAGER ATTENTIE! Om veiligheidsredenen moet De bevestigingspunten zijn voorbereid in de motorkap tijdens het rij- de goot op het dak van de auto. den altijd goed gesloten zijn. Contro- leer daarom altijd of de motorkap Bevestig de steunen van de imperiaal/ski- goed vergrendeld is.
Pagina 79: Wielophanging Met Luchtvering
Als Als het akoestische signaal blijft klinken, de twee uitersten, maximum of minimum, wendt u dan tot het Fiat Servicenetwerk. worden bereikt, dan klinken er 3 “biep”- Voordat u bij geopende por- geluiden.
Pagina 80: Automatische Regeling
AUTOMATISCHE REGELING AANWIJZINGEN VOOR HET LADEN De bedieningsknoppen fig. 110 bevinden zich rechtsachter in de auto. De auto is ontworpen en goedgekeurd op Bij wielophanging met automatisch gere- basis van vastgestelde maximum gewich- gelde luchtvering wordt de hoogte van de ten (zie de tabellen “Gewichten”...
Pagina 81 Naast deze voorzorgsmaatregelen van al- ATTENTIE! gemene aard, kan door het opvolgen van Ook als de auto schuin staat enkele eenvoudige tips de veiligheid, het of op een helling, kunnen bij rijcomfort en de levensduur van de auto het openen van de achterdeuren of verbeterd worden: van de zijdeur losse voorwerpen on- ❒...
Pagina 82: Koplampen
Wendt u voor controle of afstelling tot het F0F0103m fig. 112 Stand 2 - vijf personen + bagage in de ba- Fiat Servicenetwerk. gageruimte; KOPLAMPVERSTELLING Stand 3 - acht personen + bagage in de De stand kan worden geregeld als de con-...
Pagina 83: Abs
Het ABS dat geïntegreerd is in het rem- Wendt u voor controle of afstelling tot het systeem, voorkomt dat tijdens het remmen Fiat Servicenetwerk. ACTIVERING VAN HET de wielen blokkeren, ongeacht de condi- SYSTEEM tie van het wegdek en de pedaaldruk, en...
Pagina 84: Storingsmeldingen
In dat geval blijft het remsysteem normaal remd. zichtig naar de dichtstbijzijnde werkplaats werken, maar zonder de mogelijkheden van het Fiat Servicenetwerk om het sys- van het ABS. Rijd voorzichtig naar de De Brake Assist wordt, bij uitvoeringen die teem te laten controleren.
Pagina 85: Esp
ESP-SYSTEEM ACTIVERING VAN HET SYSTEEM (Electronic Stability Bij activering gaat het lampje B-fig. 113 Program) op de knop knipperen om de bestuurder (indien aanwezig) er op te wijzen dat de auto de stabiliteit en de grip dreigt te verliezen. Dit systeem bewaakt de stabiliteit van de auto als de wielen hun grip verliezen, waardoor de auto beter op koers blijft.
Pagina 86 Afhankelijk van de oorzaak van het “Lampjes en berichten”). Wendt u in dat ❒ te hoog vermogen naar de wielen, doorslippen, worden er twee verschil- geval zo snel mogelijk tot het Fiat Servi- lende regelsystemen geactiveerd: ook in samenhang met de condities cenetwerk.
Pagina 87 ™ gaat het lampje op het instrumenten- paneel continu branden (zie het hoofdstuk “Lampjes en berichten”). Wendt u in dat geval zo snel mogelijk tot het Fiat Servi- cenetwerk.
Pagina 88: Eobd
BELANGRIJK Na het verhelpen van de tie. Houdt u aan de wetgeving van het mentenpaneel (zie het hoofdstuk “Lamp- storing moet het Fiat Servicenetwerk voor land waarin u rijdt. jes en berichten”) dat de betreffende com- een complete controle van het systeem, ponenten defect zijn.
Pagina 89: Parkeersensoren
PARKEERSENSOREN (indien aanwezig) Deze bevinden zich in de achterbumper van de auto fig. 114 en attenderen de be- stuurder via een repeterend geluidssignaal op de aanwezigheid van obstakels achter de auto. Druk voor uitschakeling van de parkeer- F0P0605m F0F0106m fig. 114 fig.
Pagina 90: Algemene Opmerkingen
ATTENTIE! Laat de aansluiting op de in- bouwvoorbereiding in de au- ATTENTIE! to uitsluitend door het Fiat Service- De verantwoordelijkheid tij- netwerk uitvoeren. Zo bent u verzekerd dens het parkeren en andere van het beste resultaat en wordt voor-...
Pagina 91: Extra Accessoires
Fiat Auto S.p.A. is op geen enkele wijze verantwoordelijk voor schade die het ge- volg is van de installatie van accessoires die niet door Fiat Auto S.p.A. zijn geleverd of aanbevolen en die niet conform de gele- verde instructies zijn geïnstalleerd.
Pagina 92: Brandstof Tanken
BRANDSTOF Tankinhoud TANKEN Om te zorgen dat de tank volledig gevuld wordt, moet u twee keer bijvullen nadat het vulpistool voor de eerste keer afslaat. Werking bij lage temperaturen Vul niet nog een keer bij om storingen in het brandstofsysteem te voorkomen. Bij lage buitentemperaturen kan de vloei- baarheid van de dieselbrandstof vermin- TANKDOP fig.
Pagina 93: Bescherming Van Het Milieu
BESCHERMING VAN DPF-ROETFILTER (DIESEL PARTICULATE FILTER) HET MILIEU (indien aanwezig) De emissiereductiesystemen voor diesel- Het DPF-roetfilter (Diesel Particulate Fil- motoren zijn: ter) is een mechanisch filter in het uit- laatsysteem dat de partikels in het uitlaat- ❒ oxidatiekatalysator; gas van dieselmotoren opvangt. ❒...
Pagina 94 VEILIGHEIDSGORDELS............S.B.R.-SYSTEEM ..............GORDELSPANNERS............KINDEREN VEILIG VERVOEREN........MONTAGEVOORBEREIDING VOOR “ISOFIX UNIVERSEEL”-KINDERZITJE ......FRONTAIRBAGS ..............ZIJ-AIRBAGS .................
Pagina 95: Veiligheidsgordels
VEILIGHEIDSGORDELS ATTENTIE! Druk tijdens het rijden niet op de knop C-fig. 1. GEBRUIK VAN DE VEILIGHEIDSGORDELS fig. 1 Ga goed rechtop zitten, steun tegen de rugleuning en leg dan de gordel om. ATTENTIE! Trek de gordel uit en maak de gordel vast Bedenk dat achterpassagiers door de gesp A in de sluiting B te druk- die geen gordel dragen, tij-...
Pagina 96: Gebruik Van De Veiligheidsgordel Van De Middelste Zitplaats
De hoogte van de gordel moet altijd wor- den aangepast aan het postuur van de in- zittende. Zo wordt de kans op letsel bij een ongeval verkleind. De gordel is goed afgesteld als hij over de schouder halver- wege tussen nek en uiteinde van de schou- der ligt.
Pagina 97: Sbr-Systeem
Als er iets aan de gordelspanners De gordelspanner behoeft geen enkel on- moet gebeuren, dient u zich tot het Fiat derhoud of smering. Servicenetwerk te wenden. Elke verandering van de oorspronkelijke TREKKRACHTBEGRENZERS staat zal de doelmatigheid verminderen.
Pagina 98: Algemene Opmerkingen Over Het Gebruik Van Veiligheidsgordels
F0P0129m F0P0130m F0P0131m fig. 6 fig. 7 fig. 8 ALGEMENE OPMERKINGEN Ook vrouwen die in verwachting zijn moe- Uiteraard moeten zwangere vrouwen het ten een gordel dragen: ook voor hen (zo- onderste deel van de gordel meer naar be- OVER HET GEBRUIK VAN wel voor de aanstaande moeder als het neden omleggen, zodat de gordel onder VEILIGHEIDSGORDELS...
Pagina 99 ATTENTIE! Het is streng verboden onder- delen van de veiligheidsgordels of gordelspanners te demonteren of open te maken. Werkzaamheden aan de veiligheidsgordels en gordelspanners moeten worden uitgevoerd door ge- kwalificeerd personeel. Wendt u altijd tot het Fiat Servicenetwerk.
Pagina 100: Hoe U De Veiligheidsgordels In Optimale Staat Houdt
HOE U DE KINDEREN VEILIG VERVOEREN VEILIGHEIDSGORDELS IN OPTIMALE STAAT HOUDT Voor optimale bescherming bij een onge- Groep 0 gewicht tot 10 kg Voor het juiste onderhoud van de veilig- val moeten alle inzittenden zittend reizen Groep 0 + gewicht tot 13 kg heidsgordels moeten de volgende aanwij- en beschermd worden door goedgekeur- zingen zorgvuldig worden opgevolgd:...
Pagina 101 Als bij giersstoel voor als de fron- In het Fiat Lineaccessori-programma zijn een ongeval de airbag in werking tairbag aan passagierszijde kinderzitjes opgenomen voor elke ge- treedt (opblaast), kan dit ernstig let- is ingeschakeld.
Pagina 102 F0P0310m F0P0311m F0P0312m fig. 9 fig. 10 fig. 11 GROEP 0 en 0+ GROEP 1 GROEP 2 Baby’s tot 13 kg moeten in wiegjes wor- Kinderen met een gewicht tussen 9 en 18 Kinderen met een gewicht tussen 15 en den vervoerd die achterstevoren zijn ge- kg moeten worden vervoerd in kinderzit- 25 kg kunnen direct door de veiligheids-...
Pagina 103 GROEP 3 ATTENTIE! Bij kinderen met een gewicht tussen 22 en De afbeelding dient alleen 36 kg is de borstomvang van dien aard dat ter illustratie van de beves- de kinderen gewoon tegen de rugleuning tiging. Houdt u voor de montage van kunnen steunen en niet meer in een kin- het kinderzitje aan de instructies.
Pagina 104 Middelste zitplaats Legenda U: geschikt voor “Universele” kinderzitjes overeenkomstig de Europese ECE/R44-voorschriften voor de aangegeven “groepen”. X: geen enkel kinderzitje L: geschikt voor kinderzitjes die speciaal ontworpen zijn voor de vermelde groep. Deze kinderzitjes zijn opgenomen in het Fiat Lineaccessori-pro- gramma.
Pagina 105 Hieronder zijn de richtlijnen voor 4) Controleer of de gordels goed zijn ATTENTIE! vastgemaakt door aan de gordelband te een veilig vervoer van kinderen Monteer absoluut geen kin- trekken; aangegeven: derzitje achterstevoren op de 5) Ieder veiligheidssysteem is bedoeld passagiersstoel voor als de airbag aan 1) Plaats het kinderzitje bij voorkeur op voor slechts een kind: vervoer nooit twee passagierszijde is ingeschakeld.
Pagina 106: Montagevoorbereiding Voor "Isofix Universeel"-Kinderzitje
13 fig. 15 aan de beugel A-fig. 15 aan de achterkant van de rugleuning ter hoogte van het zit- In het Fiat Lineaccessori-programma is een ATTENTIE! “Duo Plus” “Isofix Universeel”-kinderzit- Monteer het kinderzitje al- Er kan ook een mengvorm worden geko- je beschikbaar.
Pagina 107: Frontairbags
GESCHIKTHEID VAN DE ZITPLAATSEN VOOR HET GEBRUIK FRONTAIRBAGS VAN DE ISOFIX UNIVERSEEL KINDERZITJES De auto is uitgerust met frontairbags, aan In de volgende tabel worden, conform de Europese wetgeving ECE 16, de mogelijkhe- bestuurders- en passagierszijde, en een den weergegeven van de montage van de Isofix Universeel-kinderzitjes op de stoelen knie-airbag aan bestuurderszijde (indien die zijn uitgerust met Isofix-beugels.
Pagina 108 Als de frontairbags volledig opgeblazen ATTENTIE! zijn, vullen zij het grootste deel van de Plaats geen stickers of ande- ruimte tussen het stuurwiel en de be- re objecten op het stuurwiel, stuurder en het dashboard en de voor- op het deksel van de airbagmodule passagier.
Pagina 109 Draai met de contactsleutel het slot van ATTENTIE! de schakelaar in stand OFF om de airbag ZEER GEVAARLIJK: Monteer uit te schakelen of in stand ON om de air- absoluut geen kinderzitje ach- bag in te schakelen. terstevoren op de passagiers- “...
Pagina 110: Zij-Airbags
ZIJ-AIRBAGS Bij een zijdelingse aanrijding zorgt de cen- trale regeleenheid ervoor, indien nodig, dat het kussen opblaast. Het kussen blaast on- De auto is uitgerust met zij-airbags voor middellijk op, waardoor het lichaam van (Side Bags voor) aan bestuurders- en pas- de inzittenden wordt opgevangen en de sagierszijde (indien aanwezig) voor be- kans op letsel wordt beperkt.
Pagina 111 Fiat Servicenetwerk om de geac- botsingen tegen drempels of stoepranden tiveerde systemen te laten vervangen en of obstakels op het wegdek of als de au-...
Pagina 112: Algemene Opmerkingen
Fiat Servicenetwerk om voorkomen. het systeem niet wordt gehinderd door het systeem direct te laten controleren.
Pagina 113 Bij taal wordt aangereden door een an- teem door het Fiat Servicenetwerk con- aanrijdingen die tussen deze twee dere auto. Daarom mogen, ook als de troleren.
Pagina 114 MOTOR STARTEN ............. 114 PARKEREN ................116 GEBRUIK VAN DE HANDGESCHAKELDE VERSNELLINGSBAK ............117 BRANDSTOFBESPARING ..........118 WINTERBANDEN .............. 121 SNEEUWKETTINGEN ............121 AUTO LANGERE TIJD STALLEN ........122...
Pagina 115: Motor Starten
❒ trek de handrem aan; sche startblokkering: zie bij startproble- niet onnodig wordt ontladen. men de paragraaf “Fiat CODE” in het ❒ zet de versnellingspook in de vrijstand; hoofdstuk “Dashboard en bediening”. ❒ draai de contactsleutel in stand M: op...
Pagina 116: Motor Opwarmen Na Het Starten
Als de motor aanslaat, kunt u de auto op de gewone manier gebruiken, maar wendt u zo snel mo- gelijk tot het Fiat Servicenetwerk. Probeer auto’s nooit te star- ten door ze aan te duwen, te slepen of van een helling af te laten rijden.
Pagina 117: Parkeren
BELANGRIJK Als dit niet het geval is, laat mee. dan het Fiat Servicenetwerk de handrem afstellen. Als de handrem is aangetrokken en de contactsleutel in stand M staat, gaat op het instrumentenpaneel het waarschu- wingslampje x branden.
Pagina 118: Gebruik Van De Handgeschakelde Versnellingsbak
GEBRUIK VAN DE HANDGESCHAKELDE VERSNELLINGSBAK Om de versnellingen in te schakelen, moet u het koppelingspedaal geheel intrappen en vervolgens de versnellingspook in de gewenste stand plaatsen (het schakel- schema staat op de knop van de pook). F0P0119m F0P0347m fig. 2/a - Versnellingsbak met 6 fig.
Pagina 119: Brandstofbesparing
BRANDSTOFBESPARING Imperiaal/skidrager RIJSTIJL Verwijder de imperiaal of skidrager als u Starten Hierna volgen enkele nuttige tips, waar- deze niet gebruikt. Deze accessoires ver- door het brandstofverbruik zo laag mo- minderen de aerodynamica van de auto, Laat de motor als de auto stilstaat, niet gelijk blijft en de uitstoot van schadelijke waardoor het brandstofverbruik toe- warmdraaien met stationair toerental en...
Pagina 120: Trekken Van Aanhangers
Maximum snelheid GEBRUIKSOMSTANDIGHEDEN TREKKEN VAN AANHANGERS Het brandstofverbruik neemt aanzienlijk Koude start BELANGRIJKE TIPS toe bij een hogere snelheid. Rijd daarom zoveel mogelijk met een gelijkmatige snel- Bij korte ritten en regelmatig koud star- Voor het trekken van aanhangwagens of heid, vermijd overbodig remmen en op- ten bereikt de motor niet de optimale be- caravans moet de auto uitgerust zijn met...
Pagina 121: Trekhaak Monteren
Schakel een lage versnelling in tijdens het TREKHAAK MONTEREN ATTENTIE! afdalen om te voorkomen dat u constant De trekhaak moet door gespecialiseerd Voer in geen geval modifica- moet remmen. personeel aan de carrosserie worden be- ties aan het remsysteem van Het gewicht van de aanhanger dat op de vestigd waarbij de richtlijnen die hierna zijn de auto uit.
Pagina 122: Winterbanden
Wij raden u het gebruik terbanden wordt gereden (overeenkom- De specifieke eigenschappen van winter- aan van sneeuwkettingen uit het Fiat Li- stig de EU-normen). banden verminderen aanzienlijk als de pro- neaccessori-programma. fieldiepte minder is dan 4 mm. In dat ge- Monteer op alle vier de wielen dezelfde val is het veiliger ze te vervangen.
Pagina 123: Auto Langere Tijd Stallen
❒ dek de auto af met een stoffen of een AUTO LANGERE TIJD ATTENTIE! ademende kunststof hoes. Gebruik STALLEN Beperk de snelheid als u geen dichte plastic hoes, omdat het in sneeuwkettingen gebruikt; rijd en op de auto aanwezige vocht dan niet niet harder dan 50 km/h.
Pagina 124 ALGEMENE OPMERKINGEN..........DIMLICHT ................TE LAAG REMVLOEISTOFNIVEAU ......... MISTLAMPEN VOOR ............ACHTERWIELOPHANGING MET LUCHTVERING... AANGETROKKEN HANDREM........RICHTINGAANWIJZER LINKS ........STORING AIRBAG ............... RICHTINGAANWIJZER RECHTS........TE HOGE KOELVLOEISTOFTEMPERATUUR ....GROOTLICHT............... ACCU WORDT NIET VOLDOENDE OPGELADEN . CRUISE-CONTROL ............TE LAGE MOTOROLIEDRUK/TE HOGE MOTOROLIETEMPERATUUR ..........
Pagina 125: Lampjes En Berichten
Als het lampje x tijdens het De minder ernstige storingen worden ge- rijden gaat branden (op en- durende een kortere tijd “cyclisch” herhaald. kele uitvoeringen verschijnt ook een melding op het display), stop dan on- middellijk en wendt u tot het Fiat Ser- vicenetwerk.
Pagina 126: Storing Airbag
Het lampje gaat branden als de motor te te wijze geactiveerd worden. Voordat u warm is. verder rijdt, dient u contact op te ne- men met het Fiat Servicenetwerk om Als het lampje gaat branden, moeten de het systeem direct te laten controleren. volgende maatregelen worden genomen: ❒...
Pagina 127: Accu Wordt Niet Voldoende Opgeladen
Zet vervolgens de Als het lampje permanent blijft branden, motor uit. Controleer het vloeistofni- wendt u dan onmiddellijk tot het Fiat Ser- veau zoals hiervoor beschreven. vicenetwerk. BELANGRIJK Bij zware bedrijfsomstan- ATTENTIE!
Pagina 128: Storing Elektrische Stuurbekrachtiging
Als de auto in beweging is met geopende van het stuur: wendt u tot het Fiat Servi- portieren, dan klinkt er een akoestisch sig- cenetwerk. naal.
Pagina 129: Niet Omgelegde Veiligheidsgordels
U kunt onder deze omstandigheden door- legd. rijden zonder te veel van de motor te ei- sen of met hoge snelheid te rijden. Wendt u in dit geval zo snel mogelijk tot het Fiat Servicenetwerk.
Pagina 130: Uitgeschakelde Airbag Passagierszijde
ABS. Rijd voorzichtig verder en wendt u conden branden en vervolgens 4 secon- nemen met het Fiat Servicenetwerk zo snel mogelijk tot het Fiat Servicenet- den knipperen. Hierna moet het lampje om het systeem direct te laten con- werk.
Pagina 131: Brandstofreserve
(lampje op de knop ESP OFF stisch signaal en er verschijnt een melding brandt), dan is het systeem uitgeschakeld. op het display. Wendt u tot het Fiat Ser- MISTACHTERLICHTEN Opmerking Als het lampje knippert tij- vicenetwerk.
Pagina 132: Versleten Remblokken
In dat geval moet u: de auto on- Het lampje gaat branden als de richting- middellijk stilzetten en u tot het Fiat Ser- aanwijzerhendel omhoog wordt gezet of, vicenetwerk wenden.
Pagina 133: Meldingen En Lampjes Op Het Display
WATER IN de motor kan onregelmatig gaan draaien. Als het lampje gaat branden, wendt u dan zo snel mogelijk tot het Fiat Servicenetwerk om het systeem te laten af- BRANDSTOFFILTER tappen. Als het lampje direct na het tanken gaat branden, bestaat de moge- lijkheid dat er tijdens het tanken water in de brandstoftank is gekomen: zet in dat ge- val onmiddellijk de motor uit en wendt u tot het Fiat Servicenetwerk.
Pagina 134 In geval van nood raden wij u aan het gratis nummer te bellen dat in de Service- en garantiehandleiding vermeld staat. U kunt ook de site www.fiat.com raadplegen voor de dichtstbijzijnde vestiging van het Fiat Servicenetwerk MOTOR STARTEN ............. WIEL VERWISSELEN ............
Pagina 135: Starten Met Een Hulpaccu
❒ start de motor; vonken. ❒ neem als de motor draait, de kabels in de omgekeerde volgorde los. Als de motor na enkele pogingen niet aanslaat, blijf dan niet proberen maar wendt u tot het Fiat Servicenetwerk.
Pagina 136: Wiel Verwisselen
WIEL VERWISSELEN ATTENTIE! ATTENTIE! Het reservewiel behoort bij De krik dient uitsluitend voor de auto waarbij het geleverd het verwisselen van een wiel ALGEMENE AANWIJZINGEN is. Gebruik het reservewiel niet bij an- van de auto waarbij de krik geleverd Voor het verwisselen van het wiel en voor dere auto’s en monteer geen reserve- is of voor auto’s van hetzelfde model.
Pagina 137 Ga voor het verwisselen van een wiel als volgt te werk: ❒ zet de auto stil op een plaats waar het ver- keer niet in gevaar wordt gebracht en in alle veiligheid het wiel kan worden ver- wisseld. Zet de auto zo mogelijk op een vlakke en stevige ondergrond;...
Pagina 138 BELANGRIJK Als u het gemonteerde velg- type wilt vervangen (lichtmetalen velgen in plaats van stalen of omgekeerd), moe- ten tevens alle wielbouten worden ver- vangen door bouten met een lengte die aangepast is aan het velgtype. Het is raadzaam de vervangen wielbouten te bewaren voor als u in de toekomst het originele velgtype weer wilt monteren.
Pagina 139 6. Druk op de knop A om de compressor Laat de gebruikte fles niet in het milieu in te schakelen totdat de bandenspan- achter; lever hem in bij het Fiat Dealer- ning 2,0 bar is. Als deze spanning niet netwerk of een daarvoor aangewezen af- wordt bereikt, dan kan de band niet valverwerker.
Pagina 140: Gloeilamp Vervangen
Buislampen: verwijder de lamp door Fiat Servicenetwerk. en kan ook de levensduur beperkt wor- hem uit de veercontacten los te ma- den. Als u de bol per ongeluk toch hebt ken.
Pagina 141 Lamp Zie fig. Type Vermogen Grootlicht Dimlicht Buitenverlichting voor Mistlampen voor (indien aanwezig) Richtingaanwijzers voor PY21W (geel) Richtingaanwijzers op flanken WY5W (geel) Richtingaanwijzers achter PY21W (geel) Achterlichten P21/5W Remlichten P21/5W Derde remlicht: – dubbele achterdeuren – dubbele achterdeuren (verhoogd dak)/ achterklep P21W Achteruitrijverlichting...
Pagina 142: Gloeilamp Buitenverlichting Vervangen
GLOEILAMP DIMLICHT/GROOTLICHT fig. 9 BUITENVERLICHTING Gloeilamp vervangen: ❒ trek aan de lip om het middelste dek- VERVANGEN sel A te verwijderen; Zie voor het type lamp en het bijbeho- ❒ maak de stekker los; rende vermogen de vorige paragraaf ❒ haak de borgveer van de lamp los; “Gloeilamp vervangen”.
Pagina 143: Richtingaanwijzers Voor
11 door hem rechtsom te draaien; MISTLAMPEN fig. 11 ❒ monteer de unit en controleer of de in- Wendt u voor het vervangen van een de- terne borgveer goed vastzit (geborgd). fecte mistlamp voor tot het Fiat Service- netwerk.
Pagina 144: Achterlichtunits
Gloeilamp vervangen: ❒ controleer welke lamp moet worden vervangen; ❒ draai de 2 bevestigingsmoeren A en B los; ❒ trek het lampenglas vanaf de buitenzij- de los; ❒ houd de unit vast en maak de stekker F0P0185m fig. 14 los; ❒...
Pagina 145: Derde Remlicht
DERDE REMLICHT Met achterklep fig. 15 Gloeilamp vervangen: ❒ open de achterklep; ❒ draai de bevestigingsschroeven A los; ❒ druk op het uiteinde van de borglip en verwijder het lampenglas met de lam- F0P0210m F0P0212m fig. 17 fig. 15 pen; ❒...
Pagina 146: Gloeilamp Interieurverlichting Vervangen
❒ draai de lamphouder een kwart slag GLOEILAMP linksom INTERIEURVERLICHTING ❒ vervang de lamp VERVANGEN Uitvoeringen met achterklep fig. 18 Zie voor het type lamp en het bijbeho- ❒ verwijder het lampenglas A op het rende vermogen de paragraaf “Gloeilamp door de pijl aangegeven punt vanaf de vervangen”.
Pagina 147: Zekeringen Vervangen
Fiat Ser- verbruikers uit staan en/of zijn uitge- vicenetwerk. Vervang een defecte zekering schakeld.
Pagina 148: Verbruikers
Zekeringenkast op dashboard aan passagierszijde VERBRUIKERS ZEKERING AMPÈRAGE Achterruitwisser Vrij – Koplampverstelling, diagnosestekker, ESP-regeleenheid, ventilatie, additiefpomp roetfilter, stuurhoeksensor Elektrische spiegel, ruitbediening passagierszijde F0P0299m fig. 22 Voeding ruitbediening voor ❒ Kantel het opbergvak en trek het met Plafondverlichting, verlichting dashboardkastje kracht los om de zekeringen te bereiken. Multifunctioneel display, sirene diefstalalarm, autoradio, CD-Changer, Autotelefoon, optionalregeleenheid aanhanger beveiligingsregeleenheid carrosserie...
Pagina 149: Zekeringenkast In Motorruimte
Zekeringenkast in motorruimte VERBRUIKERS ZEKERING AMPÈRAGE Regeleenheid motor, brandstofsysteem en luchtinlaatsysteem, elektroventilateur Claxon Pomp ruitensproeiers voor en achter F0P0239m Koplampsproeierpomp fig. 23 Brandstoftoevoersysteem ❒ Open de motorkap en verschuif de steun voor het ruitensproeierreservoir Tweede contact rempedaal, stuurbekrachtiging om de bereikbaarheid te verbeteren. Start-/contactslot ❒...
Pagina 150: Zekeringenkast In Interieur (Op Accu)
Zekeringenkast in interieur (op accu) VERBRUIKERS ZEKERING AMPÈRAGE Stoelverwarming 12V-stekkerdoos van derde zitrij (combi-uitvoering) – Regeleenheid aanhanger en (indien aanwezig) 40/50 beveiligingsregeleenheid voor carrosseriebouwers F0P0241m Vrij fig. 24 – Sloten achterdeuren ❒ Haak het deksel van de accuhouder los. Sloten achterdeuren ❒...
Pagina 151 Extra zekeringenkast VERBRUIKERS ZEKERING AMPÈRAGE Vrij Contactrelais en impulsgever Voeding aanhanger Permanente voeding voor opbouwcomponenten F0P0246m fig. 25 Waarschuwingsknipperlichten...
Pagina 152: Accu Opladen
(ruitenwissers, ruitbediening, formatie. Wendt u bij voorkeur tot het interieurverlichting, autoradio enz.) slechts van de accu. Fiat Servicenetwerk om deze werkzaam- gedurende maximaal dertig minuten wor- heden uit te laten voeren. den gebruikt om een lege accu te voor- komen.
Pagina 153: Slepen Van De Auto
SLEPEN VAN DE AUTO ATTENTIE! Maak de schroefdraad zorg- Het sleepoog, dat bij de auto wordt ge- vuldig schoon, voordat u het leverd, is in de motorruimte geplaatst, zo- sleepoog op de schroefdraadpen als in fig. 26 is afgebeeld. draait. Controleer, voordat de auto wordt gesleept, of het sleepoog geheel SLEEPOOG BEVESTIGEN op de schroefdraadpen is gedraaid.
Pagina 154 GEPROGRAMMEERD ONDERHOUD ......GEPROGRAMMEERD ONDERHOUDSSCHEMA ..PERIODIEKE CONTROLES ..........ZWAAR GEBRUIK VAN DE AUTO......... NIVEAUS CONTROLEREN ..........LUCHTFILTER/POLLENFILTER ......... ACCU ..................WIELEN EN BANDEN ............RUBBER SLANGEN ............RUITENWISSERS/ACHTERRUITWISSER ...... CARROSSERIE ..............INTERIEUR ................
Pagina 155: Geprogrammeerd Onderhoud
Onderhoud kunnen door alle ves- tere intervallen worden aangehouden voor Om dit te realiseren heeft Fiat een reeks de werkzaamheden van het geprogram- tigingen van het Fiat Servicenetwerk tegen controle- en onderhoudsbeurten samen- meerd onderhoud.
Pagina 156: Geprogrammeerd Onderhoudsschema
GEPROGRAMMEERD ONDERHOUDSSCHEMA De onderhoudsbeurten moeten iedere 30.000 km worden uitgevoerd x 1000 km Banden op conditie en slijtage controleren en bandenspanning ● ● ● ● ● ● eventueel herstellen Werking verlichting (koplamp-/achterlichtunits, richtingaanwijzers, waarschuwingsknipperlichten, laadruimte, ● ● ● ● ● ●...
Pagina 157 x 1000 km ● ● ● ● ● ● Motorolie en oliefilter vervangen ● ● ● Dieselfilter aftappen ● ● ● Dieselfilter vervangen ● ● ● Luchtfilterelement vervangen Vloeistofniveaus controleren en eventueel bijvullen (motorkoelsysteem, remsysteem, stuurbekrachtiging, ● ● ● ● ●...
Pagina 158: Periodieke Controles
❒ remblokken voor (schijfremmen) op Gebruik bij voorkeur producten van PE- conditie en slijtage controleren; TRONAS LUBRICANTS omdat die spe- ciaal zijn afgestemd op de Fiat modellen (zie de “Vullingstabel” in het hoofdstuk “Technische gegevens”).
Pagina 159: Niveaus Controleren
NIVEAUS CONTROLEREN ATTENTIE! Rook nooit tijdens werk- zaamheden in de motor- ruimte: er kunnen licht ontvlambare gassen aanwezig zijn; brandgevaar. Belangrijk; tijdens het bijvul- len mogen de vloeistoffen met verschillende specificaties niet F0P0145m fig. 1 - Uitvoering 90 Multijet gemengd worden: als de spe- cificaties van de vloeistoffen verschillen, kan de auto ernstig beschadigd worden.
Pagina 160 1. Motorkoelvloeistof 2. Vloeistof voor ruitensproeiers voor/ achter en koplampsproeiers 3. Remvloeistof 4. Motorolie 5. Olie van stuurbekrachtiging 6. Zitting voor trechter motorolie. F0P0146m fig. 2a - Uitvoeringen 120 en 140 Multijet 1. Motorkoelvloeistof 2. Vloeistof voor ruitensproeiers voor/ achter en koplampsproeiers 3.
Pagina 161 F0P0268m F0P0149m fig. 3 - Uitvoering 90 Multijet fig. 5 fig. 4a - Uitvoeringen 120 Multijet F0P0317m en 140 Multijet MOTOROLIE fig. 3-4 MOTOROLIEVERBRUIK Controleer het oliepeil als de auto op een Als richtlijn geldt een maximaal motoro- vlakke ondergrond staat en enige minuten lieverbruik van ongeveer 400 gram per (circa 5) na het uitzetten van de motor.
Pagina 162 Pas op als u sjaals, dassen of loszit- mag de motor absoluut niet worden ge- tende kledingstukken draagt: deze F0P0152m fig. 6 start en moet u zich tot het Fiat Servi- kunnen door de bewegende onderde- cenetwerk wenden. len worden gegrepen. KOELVLOEISTOF fig. 6...
Pagina 163: Tutela Professional Sc35 In
Controleer visueel het niveau van de vloei- stof in het reservoir. ATTENTIE! Rijd niet met een leeg rui- tensproeierreservoir: de rui- tensproeiers zijn van fundamenteel belang voor een optimaal zicht. F0P0155m fig. 7 fig. 8 F0P0154m F0P0155m RUITENSPROEIERVLOEISTOF REMVLOEISTOF fig. 8 fig.
Pagina 164 Het bijgevuld, moet het systeem door het aanwezige olie. gebruik van minerale vloeistoffen moet Fiat Servicenetwerk op eventuele lek- absoluut worden vermeden, omdat de kage worden gecontroleerd. rubbers in het remsysteem door deze vloeistoffen worden beschadigd.
Pagina 165: Luchtfilter/Pollenfilter
De accu is in het interieur geplaatst, op de vloer onder de passagiersstoel. De accu is bereikbaar nadat het beschermdeksel is verwijderd. Het is raadzaam de accu door het Fiat Ser- vicenetwerk te laten controleren/ vervan- ATTENTIE! gen. Als de accu werkt met een...
Pagina 166: Accu Vervangen
Het Fiat Service- wilt monteren (diefstalalarm, mobiele te- netwerk beschikt over de uitrusting lefoon enz.), wendt u dan tot het Fiat Ser- voor het op milieuvriendelijke wijze en vicenetwerk, dat kan u de meest ge- conform de wettelijke bepalingen af- schikte installaties aanraden en contro- voeren van de accu.
Pagina 167 ❒ wanneer u de auto parkeert, controleer te nemen met het Fiat Servicenetwerk. dan of de portieren, deuren en de mo- Deze kan u de meest geschikte installaties torkap goed gesloten zijn.
Pagina 168: Wielen En Banden
Banden moeten worden vervangen als de het Fiat Servicenetwerk; profieldiepte van het loopvlak minder is ❒ rijd nooit met een te zwaar beladen au- dan 1,6 mm. Houdt u echter altijd aan de ATTENTIE! bepalingen van het land waarin u rijdt.
Pagina 169: Rubber Slangen
RUBBER SLANGEN RUITENWISSERS/ ATTENTIE! ACHTERRUITWISSER Door een te lage bandenspan- Houd voor de rubber slangen van het ning wordt de band te heet, rem- en brandstofsysteem zeer nauwkeu- waardoor er onherstelbare inwendige rig de voorschriften van het “Onder- WISSERBLADEN schade aan de band kan ontstaan. houdsschema”...
Pagina 170: Wisserblad Van Achterruitenwisser Vervangen Fig
Ruitenwisserbladen vervangen fig. 13 Ga voor het vervangen van de ruiten- wisserbladen als volgt te werk: – druk binnen 60 seconden nadat de contactsleutel in stand S is gezet of is uit- genomen, de rechter hendel kort omlaag; de ruitenwissers gaan in de verticale stand staan en stoppen;...
Pagina 171: Ruitensproeiers
“Service- tensproeiertankje (zie de paragraaf “Ni- Fiat heeft voor uw auto de beste techno- en garantiehandleiding”. veaus controleren” in dit hoofdstuk). logische oplossingen toegepast om de car- rosserie efficiënt tegen roest te bescher-...
Pagina 172 Het normale onderhoud van de auto be- Was de auto nooit in de zon of als de mo- Ruiten perkt zich tot wassen, waarbij de frequen- torkap nog warm is: de glans van de lak Gebruik voor het schoonmaken van de tie afhankelijk is van het gebruik van de au- kan afnemen.
Pagina 173: Interieur
INTERIEUR STOELEN EN STOFFEN BELANGRIJK Gebruik nooit alcohol of benzine om het glas van het instrumen- BEKLEDING tenpaneel schoon te maken. Controleer af en toe of er onder de vloer- Verwijder stof met een zachte borstel of bedekking geen water is blijven staan een stofzuiger.
Pagina 174 IDENTIFICATIEGEGEVENS ..........MOTORCODES - CARROSSERIE-UITVOERINGEN MOTOR ................. BRANDSTOFSYSTEEM ............TRANSMISSIE ............... REMMEN ................WIELOPHANGING ............STUURINRICHTING ............WIELEN ................. AFMETINGEN ..............AFMETINGEN VAN DE LAADRUIMTE ......PRESTATIES ................GEWICHTEN EN TREKGEWICHTEN ......VULLINGSTABEL ..............SMEERMIDDELEN EN VLOEISTOFFEN ....... BRANDSTOFVERBRUIK ........... -EMISSIE .................
Pagina 175: Identificatiegegevens
IDENTIFICATIEGEGEVENS Het verdient aanbeveling kennis te nemen van de identificatiegegevens van de auto. De identificatiegegevens zijn op typeplaatjes in- geslagen; deze bevinden zich op de in fig. 1 aangegeven plaatsen: 1 - typeplaatje met identificatiegegevens; 2 - chassisnummer; 3 - plaatje met informatie over de carrosserielak. F0P0609m fig.
Pagina 176 TYPEPLAATJE MET G - Max. toelaatbare achterasbelasting; IDENTIFICATIEGEGEVENS fig. 2 H - Identificatiecode van het voertuigtype; A - Naam van de fabrikant; I - Correctiewaarde voor uitlaatrookgas- meting; B - Nummer nationale typegoedkeuring; J - Chassisnummer. C - Identificatiecode voertuigtype en chas- sisnummer;...
Pagina 177 PLAATJE MET INFORMATIE OVER DE CARROSSERIELAK EN DE BANDEN fig. 4 Het plaatje op de stijl van het bestuur- dersportier vermeldt: – velg- en bandenmaten; – de door de fabrikant gehomologeerde bandenmerken; F0P0302m fig. 3 – de bandenspanningen (de bandenspan- ning moet bij koude banden ten minste CHASSISNUMMER fig.
Pagina 178: Motorcodes - Carrosserie-Uitvoeringen
MOTORCODES - CARROSSERIE-UITVOERINGEN Motor Motorcode Beschrijving Zitplaatsen Carrosserie-uitvoering 90 Multijet Combi - Korte wielbasis 5 / 6 270XXA1A AA 270XX1A AA2 (*) Combi - Korte wielbasis 8 / 9 270XXA1A AB 270XXA1A AB1 (*) Combi - Lange wielbasis 5 / 6 270XXA1A AAL Combi - Lange wielbasis 8 / 9...
Pagina 179 Motor Motorcode Beschrijving Zitplaatsen Carrosserie-uitvoering Platformchassis - Lange wielbasis - 12 Q 2 / 3 270YXF1B WAL (*) 120 Multijet Combi - Korte wielbasis - 10 Q 5 / 6 270XXF1B AA1 (*) Combi - Lange wielbasis - 10 Q 5 / 6 270XXF1B AAL1 (*) Combi - Korte wielbasis - 10 Q...
Pagina 180: Motor
MOTOR 165 Multijet ALGEMEEN 90 Multijet 120 Multijet 140 Multijet Typecode Diesel Cyclus Diesel Diesel Diesel 4 in linea 4 in lijn 4 in lijn 4 in lijn Aantal en opstelling cilinders 85 x 88 Boring en slag 75 x 88,3 85 x 88 85 x 88 Cilinderinhoud...
Pagina 181: Brandstofsysteem
BRANDSTOFSYSTEEM 90 Multijet - 120 Multijet - 140 Multijet - 165 Multijet Brandstofsysteem Directe inspuiting Multijet “Common Rail” ATTENTIE! Modificaties of reparaties aan het brandstofsysteem die niet correct worden uitgevoerd en waarbij geen reke- ning wordt gehouden met de technische specificaties van het systeem, kunnen storingen in de werking en zelfs brand veroorzaken.
Pagina 182: Remmen
REMMEN 90 Multijet - 120 Multijet - 140 Multijet - 165 Multijet Voetrem: schijfremmen (geventileerd voor bepaalde uitvoeringen) – voor schijfremmen of trommelremmen (enkele uitvoeringen) – achter Handrem bediend met handremhefboom, werkend op de achterwielen BELANGRIJK Water, ijs en strooizout op de wegen kunnen zich afzetten op de remschijven waardoor de gewenste remvertra- ging iets later wordt bereikt.
Pagina 183: Wielen
BANDEN RIM PROTECTOR WIELEN RESERVEWIEL fig. 5b Geperst stalen velg. Tubeless band. VELGEN EN BANDEN VERKLARING VAN DE Geperst stalen of lichtmetalen velgen. Tu- ATTENTIE! CODERING OP DE BANDEN beless radiaalbanden. Op de typegoed- fig. 5a Als op stalen velgen met in- keuring zijn bovendien alle goedgekeurde tegrale wieldeksels (met veer- banden aangegeven.
Pagina 184: Maximum Snelheid Bij Winterbanden
Snelheidsindex Beladingsindex (draagvermogen) VERKLARING VAN DE CODERING OP DE VELGEN Q = max. 160 km/h. 70 = 335 kg 81 = 462 kg Bijvoorbeeld: 7J x 16 ET39 R = max. 170 km/h. 71 = 345 kg 82 = 475 kg = breedte van de velg in inch 1.
Pagina 185 F0B0264b Banden Velgen 215/65 R15 104R 6,5J x 15 ET38 90 Multijet 120 Multijet 215/60 R16 99T 7J x 16 ET39(❍) 140 Multijet 7J x 16 ET42 165 Multijet 215/60 R16 103T 7J x 16 ET42 (❍) Lichtmetalen velg De bandenspanning bij koude banden is afhankelijk van de uitvoering en uitrusting van de auto.
Pagina 186: Afmetingen
AFMETINGEN F0P0610m fig. 7...
Pagina 187: Korte Wielbasis
De afmetingen zijn aangegeven in mm. AFMETINGEN KORTE WIELBASIS LANGE WIELBASIS Totale lengte: 4805-4813 5135-5143 A+B+C Totale hoogte: 1894 ÷ 1942 / 2204 ÷ 2276 (*) Wielbasis: 3000 3122 Oversteek voor: Oversteek achter: 830-838 1038-1046 Totale breedte – over carrosserie: 1870 –...
Pagina 188 F0P0611m fig. 8 De afmetingen zijn aangegeven in mm. AFMETINGEN ACHTERDEUREN Nuttige hoogte van de dubbele achterdeur: 1272÷1630 (*) Nuttige breedte – dubbele achterdeur: 1237 – achterklep (indien aanwezig): 1237...
Pagina 189 fig. 9 F0P0306m De afmetingen zijn aangegeven in mm. AFMETINGEN ZIJSCHUIFDEUR Hoogte: 1293 ÷ 1301 (*) Breedte: (*) Uitvoeringen met verhoogd dak...
Pagina 190: Afmetingen Van De Laadruimte
AFMETINGEN VAN DE LAADRUIMTE KORTE WIELBASIS LANGE WIELBASIS Inwendige lengte laadvloer (mm): 2254 2584 Inwendige hoogte onder dak – maximum (mm): 1449 1750 (*) Inwendige maximum breedte (mm): 1600 Inwendige breedte tussen wielkuipen (mm): 1245 Minimum draaicirkel tussen stoepranden (mm): 1218 1259 (*) Uitvoering met verhoogd dak...
Pagina 191: Gewichten En Trekgewichten
Raadpleeg voor meer informatie de typegoedkeuring van de auto. De lokale wetgeving van elk land ten aanzien van de trekgewichten moet beslist worden gerespecteerd. Voor informatie over het trekken van aanhangers en de maximaal toegestane gewichten: wendt u tot het Fiat Servicenetwerk. Lading vervoeren Het trekken van aanhangers is mogelijk mits het maximaal toegestane totaalgewicht niet wordt overschreden.
Pagina 192 Motor Uitvoering Aantal Leeggewicht Maximaal Maximaal Nuttig Trekgewicht zitplaatsen toelaatbaar nuttig laadvermogen bij geremde gewicht laadvermogen zonder aanhanger bestuurder (kg) (kg) (kg) (kg) (kg) Korte 1702 2702 1000 2000 wielbasis 1714 2702 2000 (10Q) Korte 1702 2902 1200 1125 2000 wielbasis (12 Q) 1714...
Pagina 193 Aantal Leeggewicht Maximaal Maximaal Nuttig Trekgewicht Motor Uitvoering zitplaatsen toelaatbaar nuttig laadvermogen bij geremde gewicht laadvermogen zonder aanhanger bestuurder (kg) (kg) (kg) (kg) (kg) Korte 1731 2743 1012 2000 wielbasis (10Q) 1743 2743 1000 2000 Korte 1731 2943 1212 1137 2000 wielbasis (12Q)
Pagina 194: Combi-Uitvoering
Raadpleeg voor meer informatie de typegoedkeuring van de auto. De lokale wetgeving van elk land ten aanzien van de trekgewichten moet beslist worden gerespecteerd. Voor informatie over het trekken van aanhangers en de maximaal toegestane gewichten: wendt u tot het Fiat Servicenetwerk. Lading vervoeren Het trekken van aanhangers is mogelijk mits het maximaal toegestane totaalgewicht niet wordt overschreden.
Pagina 195 Motor Uitvoering Aantal Leeggewicht Maximaal Maximaal Nuttig Trekgewicht zitplaatsen toelaatbaar nuttig laadvermogen bij geremde gewicht laadvermogen zonder aanhanger bestuurder (kg) (kg) (kg) (kg) (kg) 1809 2759 2000 1821 2759 2000 Korte wielbasis 1887 2759 2000 1898 2759 2000 1841 2791 2000 120 Multijet 1853...
Pagina 196 Aantal Leeggewicht Maximaal Maximaal Nuttig Trekgewicht Motor Uitvoering zitplaatsen toelaatbaar nuttig laadvermogen bij geremde gewich laadvermogen zonder aanhanger bestuurder (kg) (kg) (kg) (kg) (kg) 1853 2765 2000 1865 2765 2000 Korte wielbasis 1909 2774 2000 1921 2774 2000 1884 2775 2000 165 Multijet 1896...
Pagina 197: Vullingstabel
VULLINGSTABEL 120 Multijet 140 Multijet 165 Multijet 90 Multijet Voorgeschreven brandstoffen en originele smeermiddelen Diesel voor motorvoertuigen Brandstoftank: liters (specificatie EN590) inclusief een reserve van: liter Mengsel van water en 50% Koelsysteem PARAFLU motor: liter SELENIA WR Carter en filter: liter 5,25 5,25...
Pagina 198: Vloeistoffen En Smeermiddelen
Gebruik voor een correcte werking van de Multijet-uitvoeringen met DPF uitsluitend het originele type smeermiddel. In geval van nood, als het originele product niet beschikbaar is, vul dan maximaal 0,5 liter bij en wendt u zo snel mogelijk tot het Fiat Service- netwerk.
Pagina 199 Gebruik Specificaties van de smeermiddelen en vloeistoffen Aanbevolen Toepassing voor een correct functioneren van de auto vloeistoffen en smeermiddelen Synthetische SAE 75W- 85 olie die ruimschoots voldoet aan Olie Mechanische TUTELA de specificaties API GL4 en MIL-L-2105 D LEV en vetten versnellingsbakken MATRYX voor...
Pagina 200: Brandstofverbruik
❒ een rit buiten de stad: waarbij veelvul- BELANGRIJK Het soort wegdek, ver- BRANDSTOFVERBRUIK keerssituatie, atmosferische omstandig- dig wordt geaccelereerd in alle ver- heden, rijstijl, algemene conditie van de au- snellingen en waarmee een normaal ge- Het brandstofverbruik dat in de tabellen to, uitrustingsniveau, gebruik van de air- bruik van de auto buiten de stad wordt is opgenomen, is gemeten volgens een...
Pagina 201 Motor 120 Multijet Uitvoering Combi Bestel Zitplaatsen 5 / 6 8 / 9 2 / 3 Uitvoering Laag dak Laag dak Laag dak Laag dak Laag dak Laag dak Hoog dak Korte wielbasis Lange wielbasis Korte wielbasis Lange wielbasis Korte wielbasis Lange wielbasis Lange wielbasis Verbruik...
Pagina 202: Co 2 -Emissie
165 Multijet Motor Uitvoering Combi Bestel Zitplaatsen 5 / 6 8 / 9 2 / 3 Uitvoering Laag dak Laag dak Laag dak Laag dak Laag dak Laag dak Hoog dak Korte wielbasis Lange wielbasis Korte wielbasis Lange wielbasis Passo corto Lange wielbasis Lange wielbasis Verbruik...
Pagina 203 Brandstofnoodschakelaar......64 ansteker ............67 iat CODE ............Aanwijzingen voor het laden....79 Brandstofverbruik......... 199 Frontairbags............106 ABS ..............82 Buitenverlichting Fix & Go............. 138 Accu – bediening ........... 47 – economische modus......151 ewichten en trekgewichten....190 – gloeilamp achter vervangen .... 143 –...
Pagina 204 – rollend starten......... 135 Noodgevallen ..........133 entekenplaatverlichting......144 – start-/contactslot........12 Kinderen veilig vervoeren ......99 nderhoud van de auto – ISOFIX-kinderzitje (montage)..105 – starten met een hulpaccu ....134 – geprogrammeerd onderhoud..154 Klokje ..............16 – startprocedure ........114 –...
Pagina 205 – gloeilamp voor vervangen....142 Spiegels aarschuwingsknipperlichten..... 61 – binnenspiegel..........25 Ruitbediening........... 74 Wiel (verwisselen)........135 – buitenspiegels........... 25 Wielophanging (technische gegevens)..181 Ruiten Startmotor............180 Wisserbladen voor/achter......168 – reinigen............171 Stuurinrichting..........181 – schuifruiten..........69 ekeringen ............146 Stuurslot.............
Pagina 206 2000/53/EU-richtlijn voor auto’ s die aan het einde van hun leven- sduur zijn, biedt Fiat aan haar cliënten de mogelijkheid de eigen auto* aan het einde van zijn levensduur in te leveren zonder extra kosten.
Pagina 207 ® In the heart of your engine. ® Always ask your mechanic for...
Pagina 208 Oil change? The experts recommend Selenia The engine of your car is factory filled with Selenia. This is an engine oil range which satisfies the most advanced international specifications. Its superior technical characteristics allow Selenia to guarantee the highest performance and protection of your engine.
Pagina 209: Bandenspanning In Koude Toestand
De dieselmotoren zijn uitsluitend geschikt voor dieselbrandstof voor motorvoertuigen (specificatie EN590). Fiat Group Automobiles S.p.A. - Customer Services - Technical Services - Service Engineering - Largo Senatore G. Agnelli, 5 - 10040 Volvera - Torino (Italia) Druknummer 603.81.737NL - 1 /2010 - editie...
Pagina 210 De gegevens in deze publicatie zijn uitsluitend indicatief bedoeld. Fiat behoudt zich het recht voor op elk moment de in deze publicatie beschreven modellen om technische of commerciële redenen te wijzigen. Wendt u voor nadere informatie tot het Fiat Servicenetwerk.

Fiat SCUDO 2010 Gebruiksaanwijzing

Inhoudsopgave

E I Lig

Inhoudsopgave

L a M P J E S en

O N D E R H O Ud

Inhoudsopgave

Quick Links

Hoofdstukken

Gerelateerde Handleidingen voor Fiat SCUDO 2010

Samenvatting van Inhoud voor Fiat SCUDO 2010