10.7
Algemene waarschuwingen voor de verplaatsing van de lading
Raadpleeg het hoofdstuk "Veiligheidsnormen" voor de veilige werkprocedures in de verschillende
werkomstandigheden.
Respecteer steeds de veiligheidsregels, en vervoer de ladingen altijd evenwichtig en correct geplaatst zodat elk risico op
omkantelen wordt vermeden.
- AANDACHT
Tijdens het gebruik van de machine moet men zich strikt houden aan de respectievelijke diagrammen met het
draagvermogen van de machine met de uitrusting die op dat moment is gemonteerd.
- VERBOD
Het is absoluut verboden te werken als men niet in het bezit is van de respectievelijke diagrammen met
betrekking tot de uitrusting en tot de machine.
- VERBOD
Probeer geen werkzaamheden uit te voeren die boven de capaciteit van de gemonteerde uitrusting of van de
machine gaan qua belasting.
- VERBOD
De structuur en stabiliteit van de machine op geen enkele manier veranderen door contragewichten of eender
welk ander hulpmiddel te gebruiken.
- AANDACHT
Controleer altijd of de palletten, de dozen en andere steunen voor de lading in goede staat zijn en geschikt
voor de te dragen belasting; vaak is het plots in elkaar stuiken van een stapel materiaal te wijzen aan een
defecte pallet.
- VERBOD
De lading niet verplaatsen met de arm opgetild of uitgeschoven.
- De bediening van het voertuig met opgetilde arm wordt enkel toegelaten in uitzonderlijke gevallen; handel zeer voorzichtig,
matig de snelheid en rem zacht. Controleer of de zichtbaarheid altijd voldoende is; een persoon op de begane grond kan
eventueel de handelingen bijstaan.
- Tijdens het verplaatsen moet de snelheid zoveel mogelijk worden beperkt en moet men zacht afremmen.
- VERBOD
Manoeuvreer de lading niet wanneer de machine in beweging is.
- WAARSCHUWING
Vermijd om over onstabiele voorwerpen te passeren. Neem gevaarlijke of onstabiele voorwerpen weg in plaats
van erover of errond te passeren. Vermijd ook putten of oneffenheden, die kunnen de last doen opwippen.
Voordat een bocht wordt genomen, moet men de snelheid minderen en moet de last worden gecontroleerd.
- Draai niet bruusk aan het stuur wanneer sneller wordt gereden.
- Denk eraan dat de hydraulische stuurinrichting zeer gevoelig is voor bewegingen; stuur dus geleidelijk aan en nooit met
schokken.
- Vertraag vooraleer een bocht te nemen.
- Let goed op de ruimte langszij, vooral wanneer brede lasten worden vervoerd. Probeer indien mogelijk in het midden te
passeren, om zo gereedschappen of personeel te vermijden die de weg kunnen belemmeren.
200
200
200