•
Neem geen spullen in de auto mee die u niet
gebruikt - hoe groter de belading, hoe hoger
het verbruik.
•
Rem af op de motor, wanneer dat zonder
gevaar voor medeweggebruikers mogelijk is.
•
Lading op het dak en het gebruik van een
dakbox resulteren in een grotere luchtweer-
stand waardoor het verbruik toeneemt – ver-
wijder lastdragers die u niet gebruikt.
•
Rijd niet met open zijruiten.
WAARSCHUWING
Zet de motor nooit af tijdens het rijden (zoals
op een aflopende helling), omdat daarbij
belangrijke systemen zoals de stuur- en rem-
bekrachtiging wegvallen.
Gerelateerde informatie
•
Drive-E - schoner rijplezier (p. 30)
•
Rijmodus ECO (p. 454)
•
Bandenspanning controleren (p. 566)
Voorbereidingen voor een lange rit
Voor aanvang van een autovakantie of een lan-
gere autorit is het belangrijk om de functies en
uitrusting van de auto eens goed te controleren.
Controleer of:
•
de motor naar behoren functioneert en of het
brandstofverbruik in orde is
•
er wellicht sprake is van lekkage (brandstof,
olie of andere vloeistoffen)
•
de remwerking tijdens het afremmen opti-
maal is
•
alle gloeilampen werken – pas de koplamp-
hoogte aan bij een zware belading van de
auto
•
de profieldiepte van de banden en de span-
ning voldoende zijn. Monteer winterbanden
bij ritten in gebieden met kans op
besneeuwde of beijzelde wegen.
•
de ladingstoestand van de startaccu is vol-
doende
•
de wisserbladen in goede staat verkeren
•
er een gevarendriehoek en een reflecterend
hesje in de auto aanwezig zijn – in bepaalde
landen is dat wettelijk verplicht.
Gerelateerde informatie
•
Bandenspanning controleren (p. 566)
•
Brandstofverbruik en CO2-uitstoot (p. 683)
•
Vulopening voor sproeiervloeistof (p. 664)
STARTEN EN RIJDEN
•
Rijden tijdens de winter (p. 470)
•
Zuinig rijden (p. 468)
•
Instellingen voor automodem (p. 545)
•
Adviezen voor het vervoer van bagage
(p. 598)
•
Rijden met aanhangwagen (p. 489)
•
Pilot Assist (p. 328)
•
Snelheidsbegrenzer (p. 294)
•
Noodreparatieset voor banden (p. 583)
469