Zuigermembranen vervangen
12.14
Doorstromingsmeter kalibreren
UG BAG0216.3 09.22
Let op de juiste positie van de uitsparingen of boorgaten van de
cilinders.
De membraan (Afb. 160/8) met de steunschijf en de bout (Afb.
160/11) aan de zuiger (Afb. 160/9) bevestigen, zodat de rand
naar de cilinderkopzijde (Afb. 160/7) wijst.
De moeren (Afb. 160/1,2) absoluut kruiselings met het
opgegeven draaimoment aandraaien. Het ondeskundig
aandraaien van de schroeven leidt tot spanningen en hierdoor
tot lekkages.
1. Bout (Afb. 160/11) losdraaien en zuigermembraan (Afb. 160/8)
samen met de steunschijf van de zuiger (Afb. 160/9) nemen.
2. Laat het olie-spuitvloeistofmengsel uit de pompbehuizing af als
de zuigermembraan gebroken is.
3. Neem de cilinder (Afb. 160/10) uit de pompbehuizing.
4. Spoel de pompbehuizing grondig met dieselolie of petroleum uit.
5. Reinig alle afdichtingsvlakken.
6. Plaats de cilinder (Afb. 160/10) opnieuw in de pompbehuizing.
7. Zuigermembraan (Afb. 160/8) monteren.
8. Cilinderkop (Afb. 160/7) aan pompbehuizing bevestigen en
bouten (Afb. 160/6) gelijkmatig kruiselings aandraaien.
Gebruik voor de koppeling lijm voor middelsterke verbindingen!
9. Klepgroepen (Afb. 160/5) na controle en reiniging monteren.
10. Nieuwe O-ringen inzetten.
11. Zuig- (Afb. 160/3) en drukkanaal (Afb. 160/4) aan de
pompbehuizing bevestigen.
12. Draai de moeren (Afb. 160/1,2) kruiselings met een
aanhaalmoment van 11 Nm aan.
Houd hiervoor de handleiding sofware ISOBUS aan
hoofdstuk "Impulsen per liter".
Inhoudsopgave
225