Faxen
7. Selecteer de toets Toevoegen.
•
Als u het document naar meer dan één ontvanger wilt verzenden, voert u de aanvullende
gegevens voor elke ontvanger in en selecteert u nogmaals de toets Toevoegen totdat alle
ontvangers zijn toegevoegd.
8. Selecteer de toets Sluiten om de door u ingevoerde informatie op te slaan.
9. Selecteer de gewenste optie voor Resolutie.
Standaard (200 x 100 dpi): deze resolutie vraagt de kortste verzendtijd, maar levert een
•
minder hoge kwaliteit bij grafische afbeeldingen en foto's. Dit is de aanbevolen resolutie
voor tekstdocumenten.
•
Fijn (200 dpi): met deze resolutie worden tekst van gemiddelde kwaliteit en foto's en
afbeeldingen van lage kwaliteit geproduceerd. Deze resolutie wordt aanbevolen voor
tekstdocumenten en lijntekeningen van gemiddelde kwaliteit.
•
Superfijn (600 dpi): met deze resolutie wordt de beste beeldkwaliteit geproduceerd. Deze
instelling wordt aanbevolen voor foto's en halftonen of beelden met grijstinten.
10. Druk op de Start-toets op het bedieningspaneel om het origineel te scannen.
11. Verwijder het origineel uit de AOD of van de glasplaat wanneer het scannen is voltooid.
12. Druk op de toets Opdrachtstatus op het bedieningspaneel om de opdrachtenlijst te bekijken
en de status van de opdracht te controleren.
Meer informatie
De origineelsoort van faxen instellen (interne fax)
Een gebruikers-ID gebruiken voor aanmelden op het apparaat
Uitleg over de faxopties
Internet Services gebruiken om de contactgegevens van de systeembeheerder te vinden
System Administrator Guide (Handleiding voor de systeembeheerder) www.xerox.com/support.
Een faxvoorblad toevoegen (interne fax)
Met de functie Fax (Interne fax) kunt u uw documenten scannen en verzenden naar de meeste
faxapparaten die op het telefoonnetwerk zijn aangesloten.
Opmerking:
De systeembeheerder moet deze optie beschikbaar stellen.
Als Verificatie of Accountadministratie op het apparaat is ingeschakeld, moet u eventueel
aanmeldgegevens invoeren om toegang tot de faxfuncties te krijgen.
Met de optie Voorblad kunt u een inleidingspagina toevoegen aan het begin van de fax. U kunt een
korte opmerking en gegevens over Aan: en Van: toevoegen aan het voorblad.
1. Plaats uw documenten met de beeldzijde omhoog in de invoerlade van de AOD. Pas de geleider
zodanig aan dat deze de documenten net raakt.
Of
Til de AOD op. Plaats het document met de beeldzijde omlaag in de linkerbovenhoek aan de
achterkant van de glasplaat. Sluit de AOD.
2. Druk op de toets Alle wissen op het bedieningspaneel om alle eerder geselecteerde
instellingen te annuleren.
3. Druk op de toets Startpagina Functies.
4. Selecteer de toets Faxen op het aanraakscherm.
5. Selecteer zo nodig het tabblad Faxen. Dit is meestal het actieve tabblad wanneer de functie
Faxen wordt geopend.
Handleiding voor de gebruiker
®
WorkCentre
5945/5955
149