Installatie
Tijdens de montage kan de ULTIMA XE gasdetectietransmitterbehui-
zing 360º worden gedraaid om gemakkelijker toegang te verkrijgen tot
de vier kabelingangen. Om het display correct in positie te brengen kan
het elektronische eenheid in elk van de vier zelfrichtende posities wor-
den geïnstalleerd.
3.3
Installatie van de ULTIMA XA gasdetectietransmitter
(1) Verwijder het deksel en boor een gat in de behuizing voor de doorvoer van de
voedings/signaal- en optionele relaiskabel.
Gebruik één van de volgende methoden voor het monteren van de general-purpose
ULTIMA XA gasdetectietransmitter zonder sensor of de ULTIMA XA gasdetectie-
transmitter.
(2) Gebruik montagegaten in de hoeken van de ULTIMA XA behuizing voor mon-
tage direct op een wand.
De ULTIMA XA gassensor wordt niet bevestigd aan de hoofdbehuizing verzonden.
(3) Zorg ervoor dat de sensorbekabeling door de doorvoer is geleid en dat de sen-
sor naar beneden is gericht.
3.4
Elektrische aansluiting voor de ULTIMA® X-series instrumenten
Opgelet!
De instrumenten van de ULTIMA® X-series behoren in overeenstem-
ming met de toepasbare regelgeving te worden geïnstalleerd, anders
kan een veilig bedrijf van het instrument niet worden gegarandeerd.
Gebruik de interne aardverbinding om de instrumenten tijdens de instal-
latie te aarden.
Indien een externe aardverbinding wordt toegestaan of door de plaatse-
lijke autoriteiten wordt vereist, dient dit alleen als een extra aarde.
32
®
ULTIMA X
- serie
MSA
NL