Bijlage: HART-specifieke informatie
13.17 Fouten verhelpen
Storingsindicaties
Testfout
Deze fout kan optreden wanneer de sensor zich in de cal modus bevindt en het be-
nodigde TEST gas niet op het aangegeven moment of binnen de time-out periode
aan de sensor wordt toegediend. Het 4 - 20 mA-signaal retourneert de meetgas-
waarde. Deze storing zet diverse status flags in de digitale uitgang om aan te geven
dat er een fout is opgetreden. De actuele kalibratiestatus kan worden bekeken door
rechts te klikken op de statusgroep 2 om deze uit te vouwen zoals weergegeven in
Afb. 50.
Een andere mogelijke oorzaak voor een testfout kan het gebruik van een onjuist
testgas zijn of een verkeerd ingestelde PV Upper Trim point [Span] waarde. De
trim- [kalibratie] puntinformatie kan worden bekeken vanuit het sensor trim points
menu zoals weergegeven in Afb. 52.
Testfouten kunnen ook worden veroorzaakt door een niet goed werkende sensor,
een sensor die aan het einde van de levensduur is of een sensor die te ver buiten
de kalibratie ligt voor de standaard nulpunt/testprocedure om instellingen uit te voe-
ren. Een poging tot een start-kalibratie kan wellicht de kalibratie herstellen; anders
moet de sensor worden vervangen. Aanvullende sensorstatusinformatie kan wor-
den verkregen door rechts te klikken op statusgroep 3 om deze uit te vouwen zoals
weergegeven in Afb. 53.
162
®
ULTIMA X
- serie
MSA
NL