• Gebruik altijd de parkeerrem. Vertrouw
niet uitsluitend op stand P (parkeren)
van de transmissie om de auto op zijn
plaats te houden.
• Wees buitengewoon voorzichtig bij het
rijden op een gladde ondergrond. Let
in dat geval vooral op bij het remmen,
gasgeven en schakelen. Op een glad
wegdek
kan
een
snelheidsverandering leiden tot verlies
van grip van de aangedreven wielen,
waardoor u de controle over uw auto
kunt verliezen.
• Voor de beste prestaties en een zo
laag mogelijk brandstofverbruik moet
het gaspedaal met een gelijkmatige
beweging worden ingetrapt en worden
losgelaten.
WAARSCHUWING
• Draag altijd uw veiligheidsgordel!
Bij
een
inzittenden
veiligheidsgordel niet dragen een
veel grotere kans op ernstig
letsel dan inzittenden die hun
abrupte
veiligheidsgordel wel dragen.
• Pas uw snelheid aan voordat u
een bocht aansnijdt of gaat
keren.
• Maak
geen
stuurbewegingen bij het wisselen
van rijbaan of bij het nemen van
snelle, scherpe bochten.
• De kans dat de auto over de kop
slaat wanneer u de macht over
het stuur verliest, is veel groter
bij hogere snelheden.
• Meestal verliest de bestuurder de
macht over het voertuig wanneer
twee of meer wielen van de weg
raken en de bestuurder het stuur
omgooit om de auto weer de weg
op te sturen.
(Vervolg)
• Gooi het stuur niet om wanneer
aanrijding
lopen
die
hun
• Houd
plotselinge
(Vervolg)
Rijden met uw auto
uw auto van de weg raakt. Minder
in
plaats
daarvan
snelheid
voordat u de auto terug de weg
op stuurt.
u
altijd
aan
snelheidslimieten.
de
5 41