Kenmerken van uw auto
✽ AANWIJZING
• Schakel de alarmknipperlichten in
wanneer zich in de buurt van de auto
veel andere auto's bevinden.
• Als het parkeerterrein klein is, rijd
dan langzaam dichter langs de
parkeerplaats.
• Het zoeken van een parkeerplaats
wordt alleen voltooid wanneer er
voldoende ruimte is om de auto te
manoeuvreren.
✽ AANWIJZING
• Wanneer u naar een parkeerplaats
zoekt, wordt er door het systeem
mogelijk
geen
gevonden als er geen andere auto's
geparkeerd
staan,
voorbijrijden een lege plaats is of er
een lege parkeerplaats is voordat u
voorbijrijdt.
• Het systeem werkt mogelijk niet goed
onder de volgende omstandigheden:
(1) Wanneer
de
sensoren
bevroren
(2) Wanneer de sensoren vuil zijn
(3) Wanneer het hevig sneeuwt of
regent
(4) In de buurt van pilaren of objecten
4
120
✽ AANWIJZING
Rijd langzaam naar voren en houd
parkeerplaats
daarbij een afstand aan van ongeveer 50
- 150 cm tot geparkeerde auto's. Als van
er
na
het
deze afstand wordt afgeweken, kan er
door
het
parkeerplaats worden gevonden.
OPMERKING
zijn
Blijf het systeem gebruiken nadat u
een parkeerplaats hebt gevonden
en
de
gecontroleerd.
50~150 cm
OLM041273
systeem
mogelijk
geen
omgeving
hebt
OVF045390HO
OPMERKING
Als het Auto Hold-systeem wordt
geactiveerd terwijl u het Smart
Parking Assist-systeem gebruikt,
verschijnt bovenstaande melding.
Schakel het Auto Hold-systeem uit.
Controleer, wanneer u het Auto
Hold-systeem uitschakelt door het
gaspedaal in te trappen, altijd de
omgeving rond uw auto.