aantal gebruikers met geïntegreerde mobiele/externe telefoons die deze functionali-
teit tegelijkertijd willen gebruiken.
Eén
Mobile or External Phone Extension
mobiele/externe telefoon.
•
FXO
De basismiddelen (vaste DSP-functies op de oproepbeheerderskaart) dekken 16
FXO-interfaces. Voor systeemconfiguraties met meer dan 16 FXO-interfaces biedt
deze functie extra kiestoon- en bezettoon ontvangers.
Opmerking: De waarden van de door gebruiker-definieerbare FXO-kanalen komt
overeen met het aantal FXO-interfaces, niet het aantal extra kiestoon- en bezettoon
ontvangers.
•
CAS
CAS (Channel-associated signaling) is een signaleringsprotocol voor PRI-E1 net-
werkinterfaces gebruikt in bepaalde landen (e.g. Brazilië). Toonzender en -ontvan-
ger zijn vereist om signaleringsinformatie door te sturen. Voldoende zendstations /
ontvangers zijn reeds beschikbaar voor 1 PRI-E1 interface op de DSP van de ge-
spreksmanagerkaart (zie Tab. 15). Als dit niet voldoende is, kunnen additionele zen-
ders/ontvangers worden geconfigureerd met deze instelling.
Gebruik van VoIP-kanalen
VoIP-kanalen zijn altijd vereist tussen IP en niet-IP eindpunten. Ze zijn vrij beschikbaar,
d.w.z. ze worden altijd gebruikt wanneer ze nodig zijn. De onderstaande figuur geeft
een overzicht van gevallen dat VoIP-kanalen nodig zijn en hoeveel ervan.
Mitel 470
syd-0679/2.2 – R6.2 – 05.2020
Uitbreidingsstadia en Systeemcapaciteit
licentie is vereist voor elke geïntegreerde
61