C
6
HAPTER
Table
6.22:Storingen aan de kant van het eindstation (Continued) (Sheet 2 of 2)
Systeemtelefoons krijgen geen kiestoon
wanneer een lijn bezet is; display leest af
Niet beschikbaar.
Eindstations met configureerbare
kiesmethode ervaren sporadische storingen
wanneer op de controletoets wordt gedrukt.
Analoge eindstations krijgen een kiestoon
wanneer ze van de haak zijn.
Bedrijfstoestand van de ?Mitel DECT radio-units
Elke radio-unit is uitgerust met 3 LED's. De operationele status van de radio-units wordt aangegeven door
verschillende kleuren en knippersequenties in cycli van 1 s, vooral bij één van de twee buitenste LED's
op de SB-4+ en bij beide buitenste LED's op de SB-8 / SB-8ANT (apart voor elke DSI-bus). Elk karakter
(G, R of -) komt overeen met 1/8 van een seconde.
Voorbeeld:
Tijdens de synchronisatiefase GGGGRRRR knippert de LED periodiek. 1/2 seconde groen, 1/2 seconde
rood.
Table
6.23:Knippersequenties van de status-LED op de DECT radio-unit (Sheet 1 of 3)
Status
Cyclus
Geen
knipper
en
Vervang telefoon of interfacekaart.
Systeemaarde mag niet worden aangesloten
op eindstations die geconfigureerd zijn voor
MFV/DTMF (dubbele signalering op
Flash/aardetoets).
Er is geen eindstation op de aangesloten
poort aangemaakt of het aangemaakte
eindstation is niet toegewezen aan een
gebruiker.
•
Maak een eindstation aan en wijs toe
aan een gebruiker
•
Controleer installatie of verbinding-
skabel
T
OEZICHT OP HANDELINGEN
B
O
EDIENING EN
NDERHOUD
Beteke
nis
LED
uitgesc
hakeld
/
softwar
e draait
niet /
RU niet
aangesl
oten
245