C
4
HAPTER
Table
4.26:Aansluiting van Ethernet-interfaces (Continued) (Sheet 2 of 2)
Instellingen
Het IP-adres kan ofwel overgenomen worden van een DHCP-server in het IP-netwerk of statisch gecon-
figureerd worden. Als een DNS-server wordt gebruikt, kan de communicatieserver ook via zijn host-naam
worden geadresseerd.
Table
4.27:Standaard waarden, IP-adres (Sheet 1 of 2)
Parameter
Naam
Status
Carries
DHCP
IP-adres
1
2
3
4
5
6
7
8
Parameterwaarde
Naam van de LAN-aansluiting op het moederbord van
de SMB Controller. Klik op eth0 ... eth3 om de
bewerkingsweergave van de netwerkinterface te
openen. Merk op dat de eth0-interface voornamelijk
voor de communicatieserverapplicatie wordt gebruikt
en dat de andere interfaces worden gebruikt voor
multipoortapplicaties.
Verbindingsstatus (Omhoog of Omlaag) van de
Ethernetpoort.
Fysieke verbindingsstatus van een netwerkkabel
(Verbonden of Niet Verbonden).
Klik op DHCP om de SMB Controller via DHCP te
adresseren. Als DHCP is uitgeschakeld, moeten de
netwerkparameters handmatig worden ingevoerd.
Voor statische adressering van de SMB Controller
(aanbevolen) voert u een vast IP-adres, subnetmasker
en het IP-adres van de standaardgateway in de
respectieve velden in.
IP-adres van deSMB Controller. Bijvoorbeeld:
192.168.104.13
B
EKABELINGSINTERFACES
Tx+
Tx–
Rx+
—
—
Rx–
—
—
I
NSTALLATIE
138