C
4
HAPTER
–
De interfaces worden ingeschakeld in overeenstemming met hun benaming, beginnend met
de onderste benamingen. Dit betekent dat de eindstationinterfaces op het moederbord altijd
worden ingeschakeld vóór die op de interfacekaarten.
Aansluiten van de communicatieserver
Er zijn twee mogelijkheden voor aansluiting op het telefoonnetwerk en de bekabeling naar het eindstation:
•
Directe aansluiting
•
Indirecte bekabeling via (hoofd)distributieframe en elke universele bouwkabelinstallatie (UBC) (zie
ook
Aansluiten op een UBC via een (hoofd) distributiebord (voorbeeld)
bekabelingscentrum
Op het voorpaneel worden alle aansluitingen gemaakt met behulp van RJ45 connectors.
Directe aansluiting
Standaard commerciële kabels worden gebruikt om het telefoonnetwerk direct aan te sluiten.
Nauwkeurige omschrijvingen kunnen worden gevonden in hoofdstuk Netwerkinterfaces.
Indirecte aansluiting
Er zijn twee mogelijkheden voor indirecte aansluiting van de communicatieserver op het telefoonnetwerk
en de bekabeling naar het eindstation:
•
Aansluiting via het hoofdverdelerbord
•
Aansluiting op een universele kabelinstallatie in het gebouw (UBC)
(voorbeeld)).
Figure 4.14:
Directe bekabeling (links) en indirecte bekabeling
A
ANSLUITEN VAN DE COMMUNICATIESERVER
(rechts)
I
NSTALLATIE
en
Aansluiten op een UBC via
115