Kerntemperatuur voor een fase invoeren
1.
Steek de kerntemperatuursensor → Pagina 19 in
de bus in de binnenruimte.
De verwarmingsmethode en de temperatuur instel-
2.
len.
Druk op
.
3.
Voer de gewenste kerntemperatuur in met de draai-
4.
knop en bevestig met
14.2 Recept programmeren
Draai de functiekeuzeknop op
1.
Druk op .
2.
Kies "Individuele recepten met de draaiknop en be-
3.
vestig met
.
Kies een vrije geheugenplaats met de draaiknop.
4.
Druk op
.
5.
Voer de naam in onder "ABC".
6.
→ "Naam invoeren", Pagina 19
Kies de eerste fase met .
7.
a Het display toont de aan het begin ingestelde ver-
warmingsmethode en temperatuur.
8.
Wijzig indien gewenst de verwarmingsmethode met
de functiekiezer en de temperatuur met de draaire-
gelaar.
9.
Indien gewenst de kerntemperatuursensor in de
aansluitbus in de binnenruimte steken en de kern-
temperatuur voor een fase invoeren → Pagina 19
of met
de tijdinstelling kiezen.
Voor fasen met geprogrammeerde kerntemperatuur
kunt u de bereidingstijd niet invoeren.
Met de draairegelaar de gewenste bereidingstijd in-
10.
stellen.
Wanneer de bereiding is afgerond, beëindig dan
11.
met
de invoer, of kies met
12.
Opslaan met
of annuleren met
verlaten.
Kerntemperatuur voor een fase invoeren
Opmerking: Voor fasen met geprogrammeerde kern-
temperatuur kunt u de bereidingstijd niet invoeren.
Druk op
om de volgende fase te kiezen.
1.
De verwarmingsmethode en de temperatuur instel-
2.
len.
Druk op
.
3.
Voer de gewenste kerntemperatuur in met de draai-
4.
knop en bevestig met
14.3 Naam invoeren
Voer onder "ABC" de naam van het recept in.
1.
Kies de letter met behulp van de draaiknop.
2.
Een nieuw woord begint altijd met een hoofdletter.
Latijnse karakters, bijzondere tekens en getallen zijn
beschikbaar.
Druk kort op
om de cursor één positie naar
3.
rechts te verplaatsen.
Druk lang op
om over te schakelen voor tre-
4.
ma's en speciale tekens.
15 Kerntemperatuursensor
De kerntemperatuursensor maakt een hele precieze
bereiding mogelijk. De kerntemperatuursensor meet de
temperatuur op 3 meetpunten binnenin het product.
.
.
de volgende fase.
en het menu
.
Druk tweemaal op
5.
Druk kort op
om de cursor één positie naar
6.
rechts te verplaatsen.
Druk lang op
om om te schakelen naar normale
7.
karakters.
Druk tweemaal op
8.
Druk op
om een karakter te wissen.
9.
10.
Opslaan met
of annuleren met
verlaten.
14.4 Recept starten
Draai de functiekeuzeknop op
1.
Druk op .
2.
Kies "Individuele recepten met de draaiknop en be-
3.
vestig met
.
Kies het gewenste recept met de draaiknop.
4.
Wanneer het recept een opgeslagen kerntempera-
5.
tuur bevat, steek dan de kerntemperatuursensor
→ Pagina 19 er in.
Start met .
6.
De tijdsduur loopt pas af wanneer het apparaat de
ingestelde temperatuur heeft bereikt.
U kunt de temperatuur met de draaiknop wijzigen
terwijl het recept afloopt. Door het wijzigen van de
temperatuur wijzigt u niet het opgeslagen recept.
a Het programma start.
a U kunt het verloop van de tijdsduur aflezen.
a Het display toont de instellingen van de fasen in de
weergavebalk.
14.5 Recept kiezen
U heeft de mogelijkheid om de instellingen van een op-
geslagen of geprogrammeerd recept te veranderen.
Draai de functiekeuzeknop op
1.
Druk op .
2.
Kies "Individuele recepten met de draaiknop en be-
3.
vestig met
.
Kies het gewenste recept met de draaiknop.
4.
Druk op
.
5.
Kies de gewenste fase met .
6.
a Het display toont de geprogrammeerde verwar-
mingsmethode, de temperatuur en de bereidingstijd.
Wijzig indien nodig de instellingen met de draaiknop
7.
of de functiekeuzeknop.
Opslaan met
of annuleren met
8.
verlaten.
14.6 Recept verwijderen
Draai de functiekeuzeknop op
1.
Druk op .
2.
Kies "Individuele recepten met de draaiknop en be-
3.
vestig met
.
Kies het gewenste recept met de draaiknop.
4.
Met
het recept wissen.
5.
Bevestig met
.
6.
Kerntemperatuursensor nl
voor een nieuwe regel.
voor een nieuwe regel.
en het menu
.
.
en het menu
.
19