Configuratievoorbeelden
■
Er kunnen alleen IP-verbindingen worden opgebouwd die vanuit een terminal
worden geënitieerd. U kan dus een Webpagina opvragen, maar geen op
Internet zichtbare Webserver op een terminal instellen.
Op grond van dit principe kunnen afzonderlijke protocollen bij inzet van NAT niet
worden gebruikt. Dit betreft protocollen met de volgende eigenschappen:
■
IP-adressen worden in de nuttige belasting getransporteerd, bv. NetBIOS via IP
of SIP.
■
Het protocol heeft een actieve, intern gerichte verbindingsopname nodig, bv.
ICQ.
■
Het protocol werkt zonder TCP/UDP-poort-nummers, bv. ICMP of IGMP.
Voor vele belangrijke protocollen die door deze regels betroffen zijn, kent het NAT
van de OpenCom X320 passende procedures om de functie te verzekeren. Dit zijn
de protocollen FTP (in de modus "Active"), CuSeeMe ("Videoconferencing"), IRC
("Chat"), ICMP errors ("Trace route") en ICMP echo ("Ping").
Voor internettelefonie (VoIP, SIP) wordt al naargelang de technische vereisten een
NAT-uitbreiding ("Full Cone NAT") of een RTP-Proxy (RTP-plaatsvervanger) op de
Media-Gateway-kaart geactiveerd.
Andere protocollen die een verbindingsopname in inkomende richting vereisen,
kan u instellen in de Configurator onder Net Configuratie: Port Forwarding.
Meer informatie vindt u in de online-help bij dit menu.
96
Wat u over Internet-toegang moet weten