Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Master/Slave; L1 Klokpuls - Astra OpenCom X320 Gebruiksaanwijzing

Inhoudsopgave

Advertenties

Netwerken van communicatiesystemen
binding als interne of externe oproep kan met het protocol DSS1 niet worden
doorgegeven.
Beide protocollen realiseren de communicatie in meerdere protocolniveaus:
L1: niveau 1 definieert de fysische eigenschappen van de leiding en de elek-
trische codering van de signalen.
L2: niveau 2 maakt de communicatie via afzonderlijke, van elkaar onafhanke-
lijke kanalen mogelijk die afgeschermd zijn tegen fouten.
L3: niveau 3 definieert het beheer van de afzonderlijke kanalen en realiseert de
in ISDN voorziene eigenschappen.

10.1.2 Master/Slave

Voor een ISDN-verbinding kan worden vastgelegd welk communicatiesysteem de
protocol-master en welk communicatiesysteem de protocol-slave is. Die relatie is
voor alle drie protocolniveaus onafhankelijk van elkaar te bepalen.
Voor elk protocolniveau moet het verbonden toestel altijd passend geconfigu-
reerd zijn. Als een kant de protocol-master voor een niveau is, moet de andere
kant de protocol-slave voor dit niveau zijn. Normaal gesproken worden alle drie
protocolniveaus tegelijk geconfigureerd. Bij een externe lijn is de provider voor
alle drie niveaus de protocol-master.

10.1.3 L1 klokpuls

Om communicatiesystemen in ISDN met elkaar te kunnen laten communiceren
moet ze "de juiste klokpuls" hebben. De L1-protocol-master geeft de klokpuls
voor het niveau 1 aan, de L1-protocol-slave neemt die klokpuls over (synchroni-
seert daarop).
Opmerking: het protocol Q.SIG-IP is op alle niveaus symme-
trisch. Een master-/slave-instelling, instellingen voor de puls
en de synchronisatie zijn niet nodig (zie tevens Verbinding via
Q.SIG-IP vanaf pagina 144).
Verbindingen
141

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave