Voice over IP (VoIP)
8.5
VoIP-systeemtelefoons
Voor de VoIP-systeemtelefonie staan de volgende telefoons en softwarepakketten
ter beschikking:
■
OpenPhone 73 IP: Deze telefoon is de voor VoIP geschikte versie van de sys-
teemtelefoon OpenPhone 73 Deze systeemtelefoon kan met tot 3 toetsenmo-
(KeyExtension 73P)
dules
■
OpenPhone 75 IP: Deze telefoon is de voor VoIP geschikte versie van de sys-
teemtelefoon OpenPhone 75. Deze systeemtelefoon kan met tot 3 toetsenmo-
(KeyExtension 73P of KeyExtension 75D)
dules
■
OpenPhone IPC: Deze VoIP-softphone biedt de functie van een systeemte-
lefoon met software die kan lopen onder Windows 2000/XP (zie
OpenPhone IPC vanaf pagina 125). De software biedt bovendien een lokale ant-
woordapparaat-functie en de integratie in CTI-toepassingen.
■
Ook de oudere VoIP-systeemtelefoons OpenPhone 63 IP en OpenPhone 65 IP
kunnen nog worden gebruikt.
8.5.1 Eigenschappen apparaat
De voor VoIP geschikte versies van de systeemtelefoons OpenPhone 73 IP en
OpenPhone 75 IP bieden dezelfde kenmerken als de overeenkomstige systeemte-
lefoons. De bediening van de VoIP-systeemtelefoons onderscheidt zich dus in
niets van die van een standaard-systeemtelefoon. De verschillen zijn de volgende:
■
Voor het aansluiten op het ethernet zijn twee als RJ45-stopcontacten uitge-
voerde aansluitingen beschikbaar. Beide aansluitingen zijn via een interne
switch van de telefoon met elkaar verbonden. De switch ondersteunt 10 Mbit/s
of 100 Mbit/s full duplex met prioriteit voor de VoIP-data-overdracht.
LAN-aansluiting: Dient voor het verbinden van de telefoon met de LAN.
Gebruikt u een niet-gekruiste RJ45-patchkabel voor de verbinding met een
hub of switch.
PC-aansluiting: Dient voor het verbinden van de telefoon met de pc op de
werkplaats. Gebruikt u een niet-gekruiste RJ45-patchkabel voor de verbinding
met de netwerkaansluiting van de pc.
116
worden uitgebreid.
VoIP-systeemtelefoons
worden uitgebreid.