PC-software instellen
■
Als op de computer een firewall-software geïnstalleerd is, verschijnt alleen een
waarschuwing. Deze melding toont aan dat de PC nu gereed is voor de web-
server-dienst van de Offline-Configurator. U moet de webserver-dienst toe-
laten, bv. door de optie Melding voor dit programma niet meer tonen te
activeren.
■
Als op de computer reeds een webserver-dienst geïnstalleerd is, moet u in de
dialoog Setup van het StartCenter een ander poortnummer invoeren, bv.
8080. Het adres in de adresregel van de webbrowser luidt dan: "http://
localhost:8080/". Met verschillende poortnummers kunnen ook meerdere
Offline-Configurators op één PC tegelijkertijd worden gestart.
■
Als voor de webbrowser een proxy geactiveerd is, moet u eventueel de
computernaam "localhost" opnemen in de lijst met uitzonderingen (Geen
proxy voor...).
■
Bij het deïnstalleren van het programma StartCenter wordt de volledige
installatie-directory met alle aanwezige subdirectories gewist. Maak voor het
deïnstalleren een kopie van nog benodigde Offline-Configurators.
14.2
TAPI instellen
Met een TAPI (Telephony Application Programming Interface) kan u een CTI-toe-
passing (Computer Telephony Integration) gebruiken. De CTI-toepassing maakt
daarbij gebruik van de diensten van de OpenCom X320 met behulp van de op een
Windows-PC geïnstalleerde TAPI-drivers.
Met een geschikte TAPI-compatibele software kunnen vele telefoonfuncties
worden gestuurd, bv.: ruggespraak, makelen, conferentie, oproepovername,
oproepblokkering, oproepafleidingen.
Voorwaarden
U heeft een actieve IP-netwerk-verbinding tussen de PC en de communicatie-
systeem nodig. CTI-functies kunnen alleen met systeemtoestellen worden
gebruikt.
U moet daarom minstens een gebruiker voor een systeemtoestel hebben inge-
steld. Bovendien hebt u een TAPI-2.1-compatibele CTI-toepassing nodig; dat kan
ook het bij Windows horende programma Kieshulp zijn.
TAPI instellen
175