Advertenties
Praesideo 3.5 | Installatie- en gebruikershandleiding | 3 | Besturingsapparatuur
5.2
Bedieningselementen,
connectors en
indicatielampjes
5.2.1
Vooraanzicht
De voorzijde van de netwerkcontroller (zie figuur 5.2) bevat
de volgende onderdelen:
1 Luidspreker - Een luidspreker voor bewaking van het
geluid. De luidspreker wordt gedempt zodra een
koptelefoon op de koptelefoonuitgang (4) wordt
aangesloten.
2 Menudisplay - Een LCD-display voor 2x16 tekens
geeft informatie over de netwerkcontroller (zie 5.5).
3 Menuknop - Een draai-en-drukknop om het menu te
gebruiken (zie paragraaf 5.5).
4 Bewakingskoptelefoonuitgang - Een
koptelefoonaansluiting van 3,5 mm voor bewaking van
het geluid. De luidspreker (1) wordt gedempt zodra een
koptelefoon wordt aangesloten.
Bosch Security Systems | 2011-02
5.2.2
Achteraanzicht
De achterzijde van de netwerkcontroller (zie figuur 5.2)
bevat de volgende onderdelen:
5 Aarde - Een aansluiting voor de elektrische aarding van
de netwerkcontroller.
6 Audio-ingangen - Vier audio-ingangen voor de
ontvangst van geluidssignalen van analoge
geluidsbronnen. Twee van de audio-ingangen zijn
instelbaar als microfooningang of als lijningang. De twee
andere audio-ingangen zijn vaste lijningangen. Iedere
audio-ingang heeft een XLR-connector en een dubbele
cinchconnector (zie paragraaf 5.3.6).
7 Audio-uitgangen - Vier audio-uitgangen voor het
verzenden van analoge geluidssignalen. Iedere audio-
uitgang heeft een XLR-connector en een dubbele
cinchconnector (zie paragraaf 5.3.7).
8 Spanningskeuzeschakelaar - Een schakelaar voor
het kiezen van de lokale netspanning
(zie paragraaf 5.3.2).
9 Aan/uit-knop - Een schakelaar om de
netwerkcontroller in en uit te schakelen (zie 5.3.2).
10 Zekeringhouder - Een zekeringhouder met een
zekering die de voeding van de netwerkcontroller
beschermt (zie paragraaf 5.3.2).
11 Systeembus - Twee systeembusconnectors om de
netwerkcontroller op andere Praesideo-apparatuur aan
te sluiten (zie paragraaf 5.3.4).
12 Ethernet-interface - Een interface om de
netwerkcontroller op externe registratie- en
configuratieapparatuur/-systemen aan te sluiten. Deze
interface wordt meestal gebruikt om de configuratie-PC
(zie paragraaf 5.3.5) of een open interface client op het
Praesideo-systeem aan te sluiten.
13 Besturingsingangen - De besturingsingangen
kunnen worden gebruikt om signalen te ontvangen van
externe apparatuur die het Praesideo-systeem tot
bepaalde acties moet aanzetten (zie paragraaf 5.3.8).
14 RS232 interface - Voor gebruik in de fabriek of bij het
ontwikkelen.
15 Besturingsuitgangen - De besturingsuitgangen
kunnen worden gebruikt om door het Praesideo-systeem
gegenereerde signalen naar externe apparatuur te sturen
om die tot bepaalde acties aan te zetten
(zie paragraaf 5.3.9).
16 Batterij 48 V - Reservevoeding via batterij
(zie paragraaf 5.3.3).
17 Netspanningsaansluiting - Voor aansluiting van de
netwerkcontroller op het lokale elektriciteitsnet
(zie paragraaf 5.3.2).
nl | 86
Advertenties
