Praesideo 3,5 | Installatie- en gebruikershandleiding (IUI) | EN54-16: 2008
Bepaling / Eis
a
a system fault shall be visibly indicated by means of
the general fault warning indicator and a separate light
emitting indicator on the VACIE. These indications
shall not be suppressed by any other functional
condition of the VACIE and shall remain until a manual
reset and/or another manual operation at access
level 2 or 3;
b
a system fault shall be audibly indicated. This
indication may be capable of being silenced.
8.6 Audible indication
8.6. 1 The audible indication of faults required in 8.2 shall
be capable of being silenced manually at access level 1 or
2 at the VACIE. The same manual operation may be used
as for silencing the voice alarm condition.
8.6.2 The audible indication shall be silenced
automatically if the VACIE is automatically reset from the
fault warning condition.
8.6.3 If previously silenced, the audible indication shall
resound for each newly recognized fault.
8.7 Reset of fault indications
8.7. 1 Indications of faults as required in 8.2 shall be
capable of being reset
a
automatically when faults are no longer recognized,
and/or
b
by a manual operation at access level 2.
8.7.2 Following reset as specified in 8.7.1, the indication of
the correct functional conditions corresponding to any
received signals shall either remain or be re-established
within 20 s.
8.8 Transmission of the fault warning condition
The VACIE shall have provision for transmitting, by means
of at least general fault signal, all faults specified in 8. This
fault signal shall also be given if the VACIE is de-
energized.
Bosch Security Systems | 2011-02
Conformiteit
Systeemstoringen worden afzonderlijk door het Praesideo-
systeem gemeld en kunnen met behulp van het Front Panel
Menu van de netwerkcontroller en de logtoepassing
bestudeerd worden.
Storingen worden ook gerapporteerd door middel van een
Algemene Melding Storingswaarschuwingen, die
aangesloten is op een besturingsuitgang die
geconfigureerd is als Noodalarmzoemer of een zichtbare
Storingsindicator.
Noch het afzonderlijke foutlampje van een systeemstoring,
noch de algemene melding storingswaarschuwingen wordt
onderdrukt door enige andere functionele toestand van het
Praesideo-systeem.
Een besturingsuitgangscontact van een onderdeel van het
Praesideo-systeem kan geconfigureerd worden als
Noodalarmzoemer. Dit uitgangscontact kan aangesloten
worden op een zoemer. Op deze wijze worden alle
storingen, inclusief systeemstoringen, hoorbaar gemeld.
De Noodalarmzoemer kan worden stilgezet door alle
storingen te bevestigen door middel van een toets of een
besturingsingang die geconfigureerd is als
Foutbevestigingstoets. De besturingsuitgang voor de
zichtbare Storingsindicator kan alleen uitgeschakeld
worden als de alle storingen opgelost en gereset zijn.
Praesideo is conform.
De Noodalarmzoemer kan worden stilgezet door alle
storingen te bevestigen door middel van een toets of een
besturingsingang die geconfigureerd is als
Foutbevestigingstoets. Afzonderlijke storingen kunnen ook
worden bevestigd met behulp van het Front Panel Menu
van de netwerkcontroller of via de Open Interface.
Daar het Praesideo-systeem niet de mogelijkheid biedt om
een storingswaarschuwing automatisch te resetten, hoeft
deze eis niet geïmplementeerd te worden.
Nadat een hoorbare melding stilgezet is (door alle
storingen te bevestigen) zal het Praesideo-systeem de
melding opnieuw laten klinken zodra een nieuwe storing
optreedt of wanneer een eerder opgeloste storing opnieuw
plaatsvindt.
Praesideo is conform.
Het Praesideo-systeem biedt niet de mogelijkheid om
storingen automatisch te resetten
Storingen kunnen handmatig gereset worden door deze
afzonderlijk of allemaal tegelijk te bevestigen en te resetten.
Storingen kunnen afzonderlijk bevestigd en/of gereset
worden met behulp van het Front Panel Menu van de
netwerkcontroller of via de Open Interface. Storingen
kunnen allemaal tegelijk bevestigd en/of gereset worden
met behulp van het Front Panel Menu van de
netwerkcontroller, door middel van
besturingsingangcontacten, de toetsen van de oproeppost,
of via de Open Interface.
Wanneer een afzonderlijke storing gereset is terwijl het
binnen het systeem nog niet echt is opgelost, zal het
Praesideo-systeem de storing binnen 20 seconden
opnieuw melden. Als alle storingen tegelijkertijd gereset
worden, zal elke afzonderlijke storing die nog niet in het
systeem opgelost is, binnen 20 seconden opnieuw gemeld
worden.
Praesideo is conform.
Uitgangscontact 5 van de Praesideo netwerkcontroller is
de vaste uitgang van de Zichtbare Storingsindicator. Dit
relaisuitgangscontact geeft aan: storingsvrij, wanneer deze
open (onder spanning) is, en geeft een storing aan als deze
gesloten (spanningsloos) is. Als het Praesideo-systeem
spanningsloos is, is dit uitgangscontact ook gesloten, en
wordt er dus ook een storingssignaal gegeven.
nl | 38
Handtekening