Praesideo 3.5 | Installatie- en gebruikershandleiding | 11 | Optionele Software
61.6 Bediening
Als de gebruiker een oproep tot stand wil brengen via de
PC Telephone Interface Client, moet deze een gesproken
menu volgen. De PC Telephone Interface maakt gebruik van
vooraf vastgestelde oproepen die zijn gedefinieerd in de PC
Call Server om oproepeigenschappen te selecteren. Deze
oproepen zijn altijd gedeeltelijk. De fase met directe spraak
van een PC Telephone Interface-oproep wordt eerst
opgenomen en vervolgens uitgezonden nadat de oproep is
voltooid.
De audio-uitgang van de geluidskaart van de PC waarop de
PC Telephone Interface wordt uitgevoerd, wordt gekoppeld
aan een audio-ingang van het Praesideo-systeem als eer
oproepen met directe spraak worden uitgevoerd. Zorg
ervoor dat voor alle vooraf vastgestelde oproepen met
directe spraak die telefonisch worden gebruikt, deze
audio-ingang is geconfigureerd als ingang voor directe
spraak.
Dit betekent dat vooraf vastgestelde oproepen die door
zowel PC Call Station Clients als PC Telephone Interface Clients
worden gebruikt, geen directe spraak moeten bevatten,
aangezien deze clients andere Preaesideo-audio-ingangen
gebruiken voor directe spraak. Als een vooraf vastgestelde
oproep directe spraak bevat, moeten er twee vrijwel
identieke versies van deze vooraf vastgestelde oproep (met
verschillende namen) worden geconfigureerd voor de PC
Call Server: één voor de PC Call Station Client met
bijvoorbeeld een microfoon van een oproepstation als
ingang, en een andere voor de PC Telephone Client met een
lijningang die is geconfigureerd als bron voor directe spraak
en verbonden met de geluidskaartuitgang van de PC.
Configureer poortnummer 5060 voor de PC Telephone
Interface Client voor rechtstreeks toegang via een
softphone, zoals ZoIPer (www.zoiper.com).
Bosch Security Systems | 2011-02
61.7 Gesproken menu
Een gesproken menu begeleidt de beller bij het invoeren
van de gegevens die vereist zijn om een oproep te plaatsen.
Hiervoor is een aantal verschillende Engelstaligs
GSM-bestanden beschikbaar. De indeling als GSM-bestand
wordt doorgaans gebruikt voor dergelijke telefonische
toepassingen; dit is een gecomprimeerde
geluidsbestandindeling. De gebruiker of installateur kan
deze geluidsbestanden vervangen door bestanden die
geschikter zijn voor de beoogde gebruikers, bijvoorbeeld
bestanden in de lokale taal, of bestanden met meer of juist
minder gesproken tekst. Hiervoor zijn diverse editors en
conversieprogramma's voor geluidsbestanden beschikbaar
op de distributie-dvd van Praesideo. Met deze editors (bijv.
WavePad, Audacity) kunt u een opname maken die de
niet-gecomprimeerde WAV-bestandsindeling. Vervolgens
kunnen deze bestanden tot een maximaal niveau worden
genormaliseerd en/of op andere manieren worden
geoptimaliseerd voor een goede verstaanbaarheid. Het is
raadzaam om een hoogdoorlaatfilter te gebruiken om
frequenties lager dan 300 Hz te verwijderen, aangezien deze
lage frequenties de verstaanbaarheid van GSM-bestanden
aanzienlijk verslechteren. Tot slot moeten deze bestanden
worden geconverteerd (met SoX of WavePad) naar de
GSM-indeling met een sample-snelheid van 8 kHz. De
namen die in tabel 61.1 worden vermeld, moeten worden
gebruikt, aangezien de PC Telephone Interface Client verwacht
deze aan te treffen. U mag deze bestandsnamen niet
vertalen of wijzigen.
Voor opdrachtregelconversie van de WAV-indeling naar de
GSM-indeling via SoX gebruikt u het volgende:
sox.exe "<Naam bronbestand>.wav" -r 8000 "<Naam
doelbestand>.gsm"
Omdat de telefooninterface is gebaseerd op het
Asterisk-telefonieplatform, dat is ontwikkeld voor gebruik
op Linux, wordt er een Cygwin-omgeving geïnstalleerd in
MS Windows en bevinden de bestanden zich in de map
\<HoofdmapAsterisk>\var\lib\sounds. Doorgaans is dit
C:\cygroot\asterisk\var\lib\sounds.
nl | 483