Praesideo 3.5 | Installatie- en gebruikershandleiding | 11 | Optionele Software
automatisch geselecteerd als de geconfigureerde Timeout is
verlopen. Er kan een timeoutperiode tussen 10 s en 60 s
worden geselecteerd. De timer voor de timeout wordt elke
keer (opnieuw) gestart als er een voorgedefinieerde oproep
is geselecteerd of als er een zone of zonegroep is
geselecteerd in het zoneselectievenster. Terwijl er een
geselecteerde voorgedefinieerde oproep wordt uitgevoerd,
zal de timer van de timeout niet aflopen, maar dit is wel het
geval 5 s na voltooiing van de oproep. De gebruiker kan zo
snel de vorige oproep opnieuw selecteren als hij iets heeft
vergeten. Het timeoutgedrag is alleen van toepassing op het
tabblad Predefined call en wordt niet beïnvloed door het
tabblad BGM voor het regelen van de achtergrondmuziek te
selecteren, evenmin door selecties van achtergrondmuziek.
Het selecteren van indelingen per gebruiker gaat op een
vergelijkbare manier. De volgorde van de geselecteerde
indelingen in de lijst is de volgorde van de
indelingstabbladen in de weergave PC Call Station Client.
figuur 59.15: Selectie van vooraf vastgestelde oproepen
Daarnaast kunt u de gebruiker de bevoegdheid geven om
achtergrondmuziek te regelen, om de noodstatus te
bevestigen en te resetten en om toegang te krijgen tot
andere applicaties op dezelfde PC waarop de PC Call Station
Client wordt uitgevoerd. Indien deze toegang tot andere
applicaties wordt uitgeschakeld, gaat de PC Call Station
Client over het volledige scherm werken, wordt de taakbalk
verborgen en probeert de applicatie het hoofdscherm
bovenop andere applicaties te draaien.
59.5.4. 1 0 Configure PC Telephone Interface Client...
De algemene instellingen van de PC Telephone Interface
Client, die kan worden geïnstalleerd met de PC Call Server,
kan via dit menu worden geconfigureerd en beheerd.
Bosch Security Systems | 2011-02
Dit menu is ook beschikbaar als de PC Telephone Interface
Client niet is geïnstalleerd, maar dan kunt u het negeren.
figuur 59.16: PC Telephone Interface Client
configuratie
Selecteer welk land moet worden gebruikt als referentie
voor de gebruikte telefoontonen. Deze tonen worden
gebaseerd op de gebruikelijke tonen voor dat land
(bezettoon, enzovoorts). Als de PC Telephone Interface
Client niet is geïnstalleerd, is deze lijst leeg.
Voer het VoIP-toestelnummer in; dit is het telefoonnummer
dat VoIP-gebruikers moeten bellen om de
PC Telephone Interface Client te bereiken. Dit toestelnummer
bestaat uit maximaal 10 tekens en mag alleen cijfers
bevatten. Dit VoIP-toestelnummer moet overeenkomen
met het VoIP-toestel in de PSTN-configuratie.
Zie paragraaf 61.8.3.
Als u op Configure klikt voor de optie Zone (group) aliases,
wordt er een venster geopend (zie figuur 59.17) waarin u
numerieke aliassen kunt toewijzen aan zones en
zonegroepen. Op deze manier kunnen gebruikers met een
telefoon een oproep naar Praesideo maken en zones of
zonegroepen selecteren met het cijfertoetsenpaneel van de
telefoon, zelfs wanneer de oorspronkelijke namen van zones
en zonegroepen alfanumeriek zijn.
.
figuur 59.17: Configuratie van zone(groep)aliassen
In de lijst met beschikbare zones en zonegroepen worden
alle zones en zonegroepen weergegeven die bekend zijn bij
de PC Call Server. De namen van deze items bestaan uit de
geconfigureerde naam van de NCO en de zonenaam,
waarbij de indeling <Naam netwerkcontroller>_<Naam
nl | 469