Praesideo 3.5 | Installatie- en gebruikershandleiding | EN60849: 1998
Eis
De verbinding tussen een branddetectie- en
alarmsysteem en het Voice Alarm Systeem is van
cruciaal belang voor de instandhouding van de
integriteit van de algemene werking. Bij grotere
systemen kan het wenselijk zijn om, waar met
gedistribueerde besturingsapparatuur wordt gewerkt,
een verbinding aan te brengen op elke locatie waar zich
besturingsapparatuur bevindt, in plaats van te
vertrouwen op een centrale locatie. Elke verbinding
wordt bewaakt. Het Voice Alarm Systeem moet in staat
zijn om alarmberichten te blijven uitzenden die zijn
geïnitieerd door het branddetectie- en alarmsysteem,
zelfs wanneer er daarop een fout optreedt in de
verbinding tussen beide systemen (het Voice Alarm
System is dus gekoppeld aan de ontvangst van een
signaal van het branddetectie- en alarmsysteem).
Onderbreking door uitzendingen met een hogere
prioriteit blijft nog steeds mogelijk.
In complexe gebouwen waarin bepaalde acties (zoals
het initiëren van evacuatiesignalen of het uitschakelen
van alarmsignalen) kunnen worden geïmplementeerd
op Voice Alarmapparatuur op afstand, moet worden
bepaald of dergelijke acties moeten worden
aangegeven op de centrale besturings- en
indicatieapparatuur voor branddetectie en alarmering.
EN60849 - 5.6 Secundaire voeding
Eis
Als het gebouw moet worden geëvacueerd na uitval
van de primaire voeding, moet een secundaire voeding
aanwezig zijn. Deze voeding moet in staat zijn om het
systeem in de noodfunctie te laten werken gedurende
een periode die gelijk is aan tweemaal de evacuatietijd
zoals deze door de bevoegde instanties voor het
gebouw is vastgelegd. De secundaire voeding moet
hoe dan ook in staat zijn om het systeem minimaal
30 minuten operationeel te houden.
Als het gebouw na het uitvallen van de primaire voeding
niet wordt geëvacueerd, moet de secundaire voeding in
staat zijn om het systeem minimaal 24 uur te laten
werken, of 6 uur bij aanwezigheid van een
noodgenerator, en vervolgens moet het systeem
minimaal 30 minuten in de noodstand kunnen werken.
Als enkele dagen niemand in het gebouw aanwezig is,
moet ervoor worden gezorgd dat het
spraakalarmsysteem 30 minuten in de noodstand kan
werken wanneer er opnieuw mensen in het gebouw
aanwezig zullen zijn.
Functies in het systeem die niets met noodsituaties te
maken hebben, zoals achtergrondmuziek, zullen niet
werken op de secundaire voeding als hierdoor de
capaciteit voor gebruik in noodsituaties afneemt.
Als er accu's worden gebruikt als secundaire voeding,
dan zijn deze accu's van het secundaire type, compleet
met automatische laadfunctie. Wanneer
loodzwavelzuuraccu's worden gebruikt, dan zijn deze
accu's van het klepgestuurde type (tenzij anders
bepaald). Het laadsysteem bevat stroomcompensatie
voor wijzigingen in de omgevingstemperatuur (indien
nodig om de opgegeven levensduur van de accu's te
bereiken).
Om de opgegeven levensduur van de accu's te
bereiken, worden de accu's volgens de aanbevelingen
van de fabrikant toegepast. De levensduur mag niet
korter zijn dan vier jaar. Het einde van de levensduur
wordt gedefinieerd als het moment waarop de
capaciteit van de accu (uitgedrukt in ampЮre-uur) is
afgenomen tot minder dan 80% van de nominale
capaciteit (in één uur).
Bosch Security Systems | 2011-02
Conformiteit
Conform, indien goed geïnstalleerd.
Verantwoordelijkheid van de installateur. De
besturingsingang moet in Toggle-modus staan (actie
gestart met puls).
Verantwoordelijkheid van de installateur.
Conformiteit
Verantwoordelijkheid van de installateur.
Verantwoordelijkheid van de installateur.
Conform, indien goed geïnstalleerd.
Verantwoordelijkheid van de installateur.
Verantwoordelijkheid van de installateur.
Verantwoordelijkheid van de installateur.
nl | 22
Handtekening
Handtekening