Praesideo 3.5 | Installatie- en gebruikershandleiding | 9 | Systeemconfiguratie
47.3.23 Bevestigen/Resetten
Met de actie Acknowledge/Reset kunnen storingen worden
bevestigd en gereset. Zie figuur 47.30 voor een overzicht
van de pagina Action programming voor een toets
Achnowledge/Reset.
Het is mogelijk om fout of noodstatus voor deze activiteit te
selecteren en om te selecteren of de activiteit deze status
moet bevestigen, resetten of tegelijkertijd bevestigen en
resetten.
Als u Emergency Reset selecteert, kan er een aanvullende
instellen worden gebruikt: Reset aborts active emergency calls:
Yes/No. De standaardinstelling is No. Op deze manier kan de
noodstatus niet worden gereset zolang er nog
noodoproepen actief zijn; deze bedieningswijze verdient de
voorkeur en is zelfs verplicht voor EN54-16 en andere
normen. De instelling Yes moet meer worden gezien als een
reset voor technici in technische ruimten, waarmee zij een
reset kunnen forceren nadat een gebouw is geëvacueerd en
de geluidssignalen van het systeem moeten worden
uitgeschakeld.
Opmerking: de standaardinstelling vanaf Praesideo versie
3.3 wijkt af van eerdere versies, waarin actieve oproepen
konden worden afgebroken met Emergency Reset.
Als de toets is ingesteld op Bevestigen, dan werkt de
indicator als een storing- of noodzoemer. Als de toets is
ingesteld op Reset, dan werkt de indicator als een storing- of
noodindicatie.
Opmerking
Deze actie kan ook aan besturingsingangen
worden toegewezen.
figuur 47.30: Toets voor bevestigen/resetten
Bosch Security Systems | 2011-02
47.3.24 Test van indicatielampjes
De actie Indicator test kan worden geconfigureerd voor een
toets op een bedieningspaneel of bedieningspaneelset van
een oproepstation. Wanneer deze actie wordt geactiveerd,
worden alle indicatielampjes op dat oproepstation en alle
aangesloten bedieningspanelen ingeschakeld voor een
visuele controle van de indicatielampjes. Bij tweekleurige
indicatielampjes worden beide kleuren afgewisseld. Via de
luidspreker van het oproepstation klinkt een ééntonig
attentiesignaal met prioriteit 223. Als er een
cijfertoetsenpaneel is aangesloten op het oproepstation,
wordt op het LCD-display een testpatroon weergegeven om
alle pixels visueel te controleren.
Zorg ervoor dat uitgangen van bedieningspaneelsets die
worden gebruikt voor een andere toepassing dan visuele
indicatielampjes, geen onverwacht gedrag veroorzaken
wanneer ze worden geactiveerd door de Indicator test.
figuur 47.31: Toets voor het testen van indicatielampjes
Opmerking
Uitgangen van bedieningspanelen die zijn
geconfigureerd als zone active output, volume
override output of switch output, worden
uitgesloten van de Indicator test, aangezien deze
doorgaans worden gebruikt voor de aansturing van
externe relais in plaats van voor indicatielampjes op
panelen.
nl | 398