4
2
Figuur 61
Bovenaanzicht
1. Maaidekriem
2. Arm van spanpoelie
3. Buitenste poelie
Aandrijfriem van pomp
vervangen
Controleer de aandrijfriem van de pomp om de 50
bedrijfsuren op beschadiging.
1. Verwijder eerst de maaidekriem; zie Drijfriem van
maaidek vervangen, blz. 44.
2. Verwijder de bout uit de beugel van de koppeling en maak
de elektrische draden van de koppeling los (Fig. 62).
3. Trek de veerbelaste spanpoelie opzij. Verwijder de
tractieriem van de motor en de poelies van de pomp van
het hydraulische systeem (Fig. 62).
4. Monteer een nieuwe riem rond de motor en de poelies
van de pomp van het hydraulische systeem (Fig. 62).
5. Trek de veerbelaste spanpoelie opzij en richt de riem.
Haal de druk van de veerbelaste spanpoelie (Fig. 62).
6. Monteer de nieuwe maaidekriem.
3
5
4
Figuur 62
1. Beugel van koppeling
2. Bout
3. Elektrische kabels van
koppeling
1
5
3
M–4159
4. Veer
5. Spanpoelie
1
6
2
m–4119
4. Riem
5. Spanpoelie
6. Koppeling
45
Parkeerrem afstellen
Controleer of de parkeerrem goed is afgesteld.
1. Zet de parkeerrem vrij (remhendel omlaag).
2. Meet de lengte van de veer. De lengte tussen de ringen
moet 74 mm zijn (Fig. 63).
3. Als de lengte moet worden afgesteld, draait u de
contramoer onder de veer los en draait u de moer direct
onder de gaffel aan (Fig. 63). Draai de moer totdat de
lengte correct is. Draai de twee moeren samen vast en
herhaal deze procedure aan de andere kant van de
machine.
4. Draai de moeren rechtsom om de veer korter te maken
en naar links om de veer langer te maken.
5. Stel de parkeerrem in werking, hendel omhoog.
6. Meet de afstand tussen de taatsroller en de kraag op de
remstang. De afstand moet 5–7 mm zijn (Fig. 63).
7. Als afstelling nodig is, draait u de contramoer direct
onder de gaffel los. Draai de onderste stelmoeren totdat
de afstand correct is (Fig. 63). Draai de contramoer bij
de gaffel vast.
4
7
1 1
3
Figuur 63
1. Remhendel
2. Veer, 74 mm
3. Stelmoeren
4. Kraag op remstang
5
6
2
M–4120
5. 5–7 mm
6. Contramoer en gaffel
7. Draaipen