Samenvatting van Inhoud voor Toro Z Master 4000 Series
Pagina 1
Form No. 3441-681 Rev D Z Master ® 4000-serie zitmaaier Modelnr.: 74048TE—Serienr.: 400000000 en hoger Modelnr.: 74053TE—Serienr.: 400000000 en hoger Modelnr.: 74056TE—Serienr.: 400000000 en hoger *3441-681* Registreer uw product op www.Toro.com. Vertaling van de oorspronkelijke tekst (NL)
Waarschuwing: een mogelijk gevaarlijke situatie een erkende servicedealer of met de klantenservice die, als deze niet wordt voorkomen, kan leiden tot van Toro. U dient hierbij altijd het modelnummer en de dood of ernstig letsel. het serienummer van het product te vermelden. De •...
Inhoud Veiligheid van de motor........40 Onderhoud van het luchtfilter ......40 Motorolie verversen .......... 41 Veiligheid ..............4 Onderhoud van de bougie(s) ......44 Algemene veiligheid ........... 4 Onderhoud brandstofsysteem ......46 Hellingsindicator ..........5 Brandstoffilter vervangen........46 Veiligheids- en instructiestickers ......6 Onderhoud van de brandstoftank......
Veiligheid Deze machine is ontworpen volgens norm EN ISO 5395. Algemene veiligheid Dit product kan handen of voeten afsnijden en voorwerpen uitwerpen. Volg altijd alle veiligheidsinstructies op om ernstig of mogelijk dodelijk letsel te voorkomen. • Lees deze Gebruikershandleiding en zorg ervoor dat u deze begrijpt voordat u de motor start.
Hellingsindicator g011841 Figuur 3 U mag deze pagina kopiëren voor persoonlijk gebruik. 1. De maximale hellingshoek waarbij u de machine mag gebruiken is 15 graden. Gebruik het hellingsschema om de hellingshoek te bepalen voordat u de machine bedient. Gebruik de machine niet op hellingen van meer dan 15 graden. Langs de betreffende lijn van de aanbevolen hellingshoek vouwen.
Vervang alle beschadigde of verdwenen stickers. decaloemmarkt Merkteken van fabrikant 1. Dit merkteken geeft aan dat het mes onderdeel van een originele Toro maaimachine is. decal99-8936 99-8936 1. Snelheid van de machine 4. Neutraalstand 2.
Pagina 7
decal109-6035 109-6035 decal107-3069 107-3069 1. Waarschuwing – Er is geen omkantelbeveiliging als de rolbeugel omlaag is geklapt. decal127-0326 127-0326 2. Om lichamelijk of dodelijk letsel te voorkomen als de machine omkantelt, moet u de rolbeugel in de 1. Lees de 3.
Pagina 8
decal117-3848 117-3848 decal116-5610 1. Gevaar op weggeslingerde objecten – Houd omstanders 116-5610 op een afstand. 1. Urenteller 4. Neutraalstand 2. Machine kan voorwerpen uitwerpen, omhooggebrachte 2. Aftakasschakelaar 5. Dodemansknop grasgeleider – Gebruik de machine nooit zonder dat de grasgeleider, de afsluiter van de afvoer of het 3.
Pagina 10
decal144-2669 144-2669 1. Oliepeil controleren. 4. Smeer het zwenkwiel. 2. Controleer het peil van de 5. Lees de Gebruikershand- hydraulische vloeistof. leiding alvorens onder- houdswerkzaamheden uit te voeren. 3. De bandenspanning controleren.
Pagina 11
decal132-0871 132-0871 Opmerking: Deze machine voldoet aan de tests die de statische breedte- en lengtestabiliteit meten en die standaard zijn in de sector. De maximale aanbevolen hellingshoek wordt vermeld op de sticker. Raadpleeg de instructies voor gebruik van de machine op hellingen in de Gebruikershandleiding en de omstandigheden waarin u de machine zou gebruiken om na te gaan of u de machine op een bepaalde dag en op het terrein in kwestie kunt gebruiken.
Algemeen overzicht Bedieningsorganen Zorg dat u vertrouwd bent met alle bedieningsorganen van de machine voordat u de motor start en de machine gebruikt. Bedieningspaneel g332505 Figuur 4 1. Maaihoogtestanden 7. Brandstoftankdop g332503 Figuur 5 2. Bedieningsorganen 8. Parkeerremhendel 1. Contactschakelaar 4.
Pagina 13
Gashendel Rijhendels De rijhendels worden gebruikt om de motor vooruit en De gashendel regelt het motortoerental en zorgt voor een continu verstelbare regeling van L achteruit te laten rijden en om bochten naar links of ANGZAAM (Figuur naar rechts te maken (Figuur Vergrendelde neutraalstand Maaimesschakelaar (aftakas, PTO)
535 tot 590 kg Werktuigen/accessoires Een selectie van door Toro goedgekeurde werktuigen en accessoires is verkrijgbaar voor gebruik met de machine om de mogelijkheden daarvan te verbeteren en uit te breiden. Neem contact op met een erkende servicedealer of een erkende Toro distributeur, of bezoek www.Toro.com...
Gebruiksaanwijzing en het/de werktuig(en) uit indien iemand het werkgebied betreedt. • Gebruik de machine niet tenzij alle schermen en Opmerking: Bepaal vanuit de normale veiligheidsvoorzieningen zoals de geleiders en de bedieningspositie de linker- en rechterzijde van de volledige grasvanger op hun plaats zitten en goed machine.
Belangrijk: de grond staat. Als dit niet mogelijk is, vul dan Gebruik nooit brandstofadditieven brandstof bij uit een draagbaar vat in plaats van die methanol of ethanol bevatten. met een brandstofpistool. Voeg de juiste hoeveelheid stabilizer/conditioner • Gebruik de machine uitsluitend als het complete aan de brandstof toe.
Dagelijks onderhoud Een nieuwe machine uitvoeren inrijden Een nieuwe motor heeft tijd nodig om vol vermogen Voer elke dag, voordat u de machine start, de te ontwikkelen. Maai-eenheden en aandrijfsystemen dagelijkse procedures uit beschreven in Onderhoud hebben meer wrijving als zij nieuw zijn, waardoor (bladz.
Het veiligheidssysteem gebruiken WAARSCHUWING Niet-aangesloten of beschadigde interlockschakelaars kunnen onverwachte gevolgen hebben op de werking van de machine. Dit kan lichamelijk letsel veroorzaken. • Laat de interlockschakelaars ongemoeid. • Controleer elke dag de werking van g004954 Figuur 8 de interlockschakelaars en vervang beschadigde schakelaars voordat u de 1.
Het veiligheidssysteem testen Bestuurdersstoel instellen Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks U kunt de stoel naar voren en naar achteren verschuiven. De stand van de stoel moet zo zijn Controleer de werking van het veiligheidssysteem dat u de machine het best kunt bedienen en dat u telkens voordat u de machine in gebruik neemt.
Pagina 20
g030024 g030065 Figuur 12 1. Hardste vering 3. Inklikpunten in de sleuven 2. Zachtse vering Opmerking: Zorg ervoor dat de achterste schokdempers links en rechts altijd hetzelfde zijn ingesteld. Stel de achterste schokdempers in (Figuur 13). g030019 Figuur 13...
• Gebruik de machine uitsluitend als het zicht goed • Gebruik alleen door Toro goedgekeurde is en bij geschikte weersomstandigheden. Gebruik accessoires en werktuigen. de machine niet als er kans op bliksem is. •...
• Verander de snelheid van de toerenregelaar niet • Gebruik uitsluitend door Toro goedgekeurde en laat de motor het maximale toerental niet overschrijden. accessoires en werktuigen voor de rolbeugel. •...
Plaatsnemen in de • Verwijder of let op obstakels als sloten, gaten, geulen, hobbels, stenen of andere verborgen bestuurderspositie gevaren. In hoog gras zijn obstakels niet altijd zichtbaar. De machine kan omslaan op Gebruik het maaidek als opstapje om de oneffenheden in het terrein.
De handrem uitschakelen Messchakelaar (aftakas) uitschakelen g332522 Figuur 20 g339561 Figuur 18 De gashendel bedienen De gashendel heeft twee standen: S en L ANGZAAM (Figuur 21). De messchakelaar (aftakas) Gebruik altijd de stand S wanneer u de aftakas bedienen inschakelt. De messchakelaar (aftakas) start en stopt de maaimessen en eventuele bekrachtigde werktuigen.
De choke bedienen Starten van de motor Opmerking: Gebruik de choke om een koude motor te starten. Als de motor warm of heet is, hoeft u de choke niet te gebruiken. Trek de knop van de choke omhoog om deze in te schakelen voordat u de contactschakelaar Belangrijk: Stel de startmotor telkens niet langer...
De motor afzetten De rijhendels gebruiken VOORZICHTIG Kinderen of omstanders kunnen letsel oplopen als zij de machine verplaatsen of proberen te bedienen terwijl deze onbeheerd staat. Verwijder altijd het sleuteltje en stel de parkeerrem in werking wanneer u de machine onbeheerd achterlaat.
Met de machine rijden De aandrijfwielen draaien onafhankelijk en worden aangedreven door hydraulische motoren op elke as. U kunt de wielen aan de ene zijde achteruit laten draaien en tegelijk die aan de andere zijde vooruit, waardoor de machine om zijn as draait in plaats van een bocht te maken.
Zijafvoer gebruiken De maaihoogte instellen Het maaidek is uitgerust met een scharnierende Voor machines met een grasgeleider, die het maaisel zijwaarts en omlaag maaidekliftpedaal naar het gazon afvoert. GEVAAR De transportvergrendeling gebruiken Als de grasgeleider, afsluiter van de afvoer of de grasvanger niet op de juiste plaats Duw het maaidekliftpedaal volledig naar zijn gemonteerd, kunnen u of anderen voren om het maaidek te vergrendelen in de...
De pen voor de maaihoogte De maaihoogte instellen instellen Voor machines met een elektrische De maaihoogte kan worden ingesteld van 38 tot hefinrichting van het maaidek 140 mm in stappen van 6 mm door de gaffelpen in verschillende openingen te plaatsen. Druk de hefschakelaar naar boven (Figuur 30).
Antiscalpeerrollen afstellen Als u de maaihoogte wijzigt, stel dan de hoogte van de antiscalpeerrollen in. Opmerking: Stel de antiscalpeerrollen zo af dat ze de grond niet raken op normale, vlakke maaiterreinen. Parkeer de machine op een horizontaal oppervlak, schakel de aftakas uit en stel de parkeerrem in werking.
Na gebruik De brandstofafsluitklep gebruiken Veiligheid na het werk Sluit de brandstofafsluitklep tijdens transport, onderhoud en opslag (Figuur 33). Algemene veiligheid Controleer of de brandstofafsluitklep geopend is als u de motor start. • Zet de motor af, verwijder het contactsleuteltje en wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand zijn gekomen voordat u de bestuurderspositie verlaat.
De vrijgavehendels van de aandrijfwielen gebruiken WAARSCHUWING Handen kunnen klem raken in de draaiende onderdelen onder het maaidek. Dit kan tot ernstig letsel leiden. Zet de motor af, verwijder het sleuteltje en laat alle bewegende delen tot stilstand komen voordat u de vrijgaveventielen van de aandrijfwielen aanraakt.
De machine transporteren Gebruik een aanhanger of vrachtwagen voor zwaar vervoer om de machine te transporteren. Gebruik altijd een oprijplaat over de volledige breedte. Zorg ervoor dat de aanhanger of vrachtwagen is voorzien van alle benodigde remmen, verlichting en aanduidingen die wettelijk vereist zijn. Lees aandachtig alle veiligheidsinstructies.
De machine laden WAARSCHUWING Als een machine wordt geladen op een aanhanger of een vrachtwagen, wordt de kans vergroot dat de machine kantelt. Dit kan ernstig lichamelijk letsel of de dood veroorzaken. • Ga zeer voorzichtig te werk als u een machine een hellingbaan op-/afrijdt.
Om veilige en optimale prestaties te verkrijgen, • Houd uw handen en voeten uit de buurt van moet u ter vervanging alleen originele Toro bewegende onderdelen of hete oppervlakken. onderdelen en accessoires gebruiken. Gebruik ter Stel indien mogelijk de machine niet af terwijl de vervanging nooit onderdelen en accessoires van motor loopt.
• Na de eerste vervangbeurt – vervang de filters en de vloeistof van het hydraulische jaarlijks, waarbij de kortste systeem als u Toro® HYPR-OIL™ 500 vloeistof gebruikt (vaker vervangen als de periode moet worden machine wordt gebruikt in stoffige of vuile omstandigheden).
De scharnierpunten van Smering de hefinrichting van het De machine smeren maaidek smeren Smeer de machine vaker als ze wordt gebruikt in Onderhoudsinterval: Om de 100 bedrijfsuren stoffige of vuile omstandigheden. Gebruik dunvloeibare olie of sproeismering om de Type vet: nr. 2 vet op lithium- of molybdeenbasis scharnierpunten van de hefinrichting van het maaidek te smeren.
Draaipunten van de zwenkwielen smeren Onderhoudsinterval: Om de 400 bedrijfsuren/Jaar- lijks (houd hierbij de kortste periode aan) (dit moet vaker gebeuren als de machine wordt gebruikt in stoffige of vuile omstandigheden). Jaarlijks—Smeer de lagers van de zwenkwielen opnieuw (dit moet vaker gebeuren als de g006115 Figuur 40 machine wordt gebruikt in stoffige of vuile...
Onderhoud motor Plaats de afdichtinghouders op de wielnaaf en steek het wiel in de zwenkwielvork. Monteer de zwenkwielbout en draai de moer Veiligheid van de motor volledig vast. Belangrijk: • Controleer de afstelling van het Houd uw kleding, gezicht, handen, voeten lager regelmatig om schade aan de afdichting en andere lichaamsdelen uit de buurt van de en het lager te voorkomen.
Opmerking: Een beschadigd filter mag niet worden gebruikt. Als u het binnenste filter vervangt, schuif het dan voorzichtig in de filterbehuizing (Figuur 41). Schuif het voorfilter op het veiligheidsfilter (Figuur 41). Opmerking: Zorg ervoor dat het voorfilter volledig op zijn plaats zit door op de buitenrand te duwen tijdens de montage.
g008804 g037096 Figuur 42 Opmerking: Hoewel 10W-40 motorolie aanbevolen is voor de meeste omstandigheden, moet u misschien de olieviscositeit veranderen om aan te pasen aan de atmosferische omstandigheden. 20W-50 motorolie gebruiken in hogere omgevingstemperaturen kan het olieverbruik verminderen. Het motoroliepeil controleren Opmerking: Controleer het oliepeil als de motor koud is.
Zet de motor af, verwijder het contactsleuteltje en wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand zijn gekomen voordat u de bestuurderspositie verlaat. Laat de olie uit de motor lopen (Figuur 44). g008804 g194610 Figuur 45 Start de motor en rijd naar een vlak gebied. Controleer het oliepeil opnieuw.
Onderhoud van de bougie(s) Onderhoudsinterval: Om de 100 bedrijfsuren Controleer of de elektrodenafstand tussen de centrale elektrode- en de massa-elektrode correct is voordat u g008804 de bougie monteert. Gebruik een bougiesleutel voor het (de)monteren van de bougie en een voelermaat om de elektrodenafstand te meten en af te stellen.
Pagina 45
een vettige laag op ligt of als de bougie scheuren vertoont. Als de isolator lichtbruin of grijs is, werkt de motor naar behoren. Een zwarte laag op de isolator duidt meestal op een vuil luchtfilter. Stel de afstand in op 0,75 mm. g206628 Figuur 48 Bougie(s) monteren.
Onderhoud brandstofsysteem GEVAAR In bepaalde omstandigheden is brandstof uiterst ontvlambaar en zeer explosief. Brand of explosie van brandstof kan brandwonden bij u of anderen en materiële schade veroorzaken. Brandstofveiligheid (bladz. 15) voor een volledige lijst van voorzorgsmaatregelen met betrekking tot brandstof. Brandstoffilter vervangen Onderhoudsinterval: Om de 500 bedrijfsuren/Jaar- lijks (houd hierbij de kortste periode...
Onderhoud elektrisch Parkeer de machine op een horizontaal oppervlak, schakel de aftakas uit en stel de systeem parkeerrem in werking. Zet de motor af, verwijder het contactsleuteltje en wacht totdat alle bewegende onderdelen Veiligheid van het tot stilstand zijn gekomen voordat u de bestuurderspositie verlaat.
De accu plaatsen Opmerking: De accu niet te ver opladen. Zodra de accu volledig is opgeladen, haalt Plaats de accu in een bak met de accupolen van u de acculader uit het stopcontact en maakt de hydraulische tank weg (Figuur 51).
Onderhoud van de Onderhoud zekeringen aandrijfsysteem De elektrische installatie is beveiligd door middel van zekeringen. Het behoeft geen onderhoud. Als er Veiligheidsgordel echter een zekering doorbrandt; controleer dan het onderdeel en het circuit op een storing of kortsluiting. controleren De zekeringen bevinden zich op de rechter Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks bedieningseenheid naast de stoel (Figuur...
De bandenspanning controleren Uitsluitend voor machines met luchtbanden Onderhoudsinterval: Om de 50 bedrijfsuren/Maan- delijks (houd hierbij de kortste periode aan) Uitsluitend voor machines met luchtbanden. De juiste bandenspanning voor de zwenkwiel- en achterbanden is 0,9 bar. Een ongelijke bandenspanning kan leiden tot onregelmatige maairesultaten.
Onderhouden remmen Onderhoud riemen Riemen controleren De parkeerrem afstellen Onderhoudsinterval: Om de 50 bedrijfsuren Als u de parkeerrem moet afstellen, moet u onmiddellijk contact opnemen met een erkende Vervang de riem als deze versleten is. Een aantal servicedealer. indicaties van een versleten riem: een gierend geluid tijdens het draaien van de riem, de messen die slippen tijdens het maaien, gerafelde randen en schroeiplekken en scheuren op de riem.
Pagina 52
g027730 Figuur 59 g334846 Figuur 58 1. Veer 4. Veerbelaste spanpoelie 2. Koppelingspoelie 5. Ratelsleutel 3. Aandrijfriem van maaidek 6. Vierkante opening in de arm van de poelie (voor de ratelsleutel) Bevestig de riemgeleider op de arm van de spanpoelie (Figuur 58).
Aandrijfriem van de hydraulische pomp vervangen Parkeer de machine op een horizontaal oppervlak, schakel de aftakas uit en stel de parkeerrem in werking. Zet de motor af, verwijder het contactsleuteltje en wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand zijn gekomen voordat u de bestuurderspositie verlaat.
Hoek van rijhendels verstellen Onderhoud Parkeer de machine op een horizontaal bedieningsysteem oppervlak, schakel de aftakas uit en stel de parkeerrem in werking. De stand van de Zet de motor af, verwijder het contactsleuteltje en wacht totdat alle bewegende onderdelen bedieningshendel afstellen tot stilstand zijn gekomen voordat u de bestuurderspositie verlaat.
Rijhendelmechanisme Opmerking: De rijhendels moeten in de neutraalstand staan als u afstellingswerkzaam- afstellen heden uitvoert. Zet de rijhendels in de NEUTRAALSTAND De mechanismen van de pompbediening bevinden zich aan beide zijden van de machine onder de Zorg dat de lipjes van de bedieningsplaat de stoel.
Specificaties hydraulische Zet de rijhendels in de en oefen ACHTERUITSTAND vloeistof lichte druk uit op de hendel zodat de veren de hendels terugduwen in de neutraalstand. Type hydraulische vloeistof: Toro ® HYPR-OIL ™ Opmerking: De wielen moeten ophouden hydraulische vloeistof met draaien of langzaam kruipen in de achteruitstand.
Controleer het oliepeil terwijl de vloeistof koud is. Belangrijk: Als deze procedure niet goed wordt Controleer de expansietank en vul indien nodig uitgevoerd, kan dit leiden tot onherstelbare bij met Toro ® HYPR-OIL ™ 500 hydraulische schade aan het transaxlesysteem.
Belangrijk: Plaats een opvangbak onder het filter om de Als u de procedure Hydraulisch vloeistof die wegloopt op te vangen zodra systeem ontluchten niet uitvoert nadat de het filter en de ontluchtingspluggen worden filters zijn vervangen en de vloeistof is verwijderd.
Hydraulische systeem Onderhoud van het ontluchten maaidek Breng de achterkant van de machine omhoog en plaats deze op assteunen (of een gelijkwaardige Veiligheid van de messen ondersteuning) totdat de aandrijfwielen vrij kunnen ronddraaien. • Controleer op gezette tijden de maaimessen op slijtage of beschadigingen.
Controle op kromme messen Opmerking: De machine moet op een egaal oppervlak staan voor de volgende procedure. Zet het maaidek op de hoogste maaipositie. Trek dikke handschoenen of andere adequate handbescherming aan en draai langzaam het mes in een stand die meting mogelijk maakt van de afstand tussen de maairand en het egale g006530 oppervlak waarop de machine staat...
g014973 g014973 Figuur 71 Figuur 73 1. Mes, in meetstand 1. Mes aan andere zijde, in meetstand 2. Vlakke ondergrond 2. Vlakke ondergrond 3. Gemeten afstand tussen mes en de ondergrond (A) 3. Tweede gemeten afstand tussen mes en oppervlak (B) Draai hetzelfde mes 180 graden, zodat de Als het verschil tussen A en B groter is dan maairand aan de andere kant nu in dezelfde...
g000553 Figuur 76 1. Mes 2. Mesbalans Herhaal dit indien nodig totdat het mes in balans Maaimessen monteren Monteer de lagerbus door het mes met de flens van de lagerbus op de onderste kant van het (Figuur 77). g295816 Figuur 74 1.
Schuinstand van het Breng indien nodig smeermiddel op basis van koper of vet aan op de schroefdraden van de maaidek (breedterichting) mesbout om te voorkomen dat deze vast komt te zitten. Draai de mesbout met de hand vast. en de messtand instellen Plaats een momentsleutel op de platte kant van de spilas en draai de mesbout vast met een Controleer of het maaidek horizontaal staat telkens...
Pagina 64
g037879 Figuur 79 1. Maaimessen evenwijdig 3. Meet vanaf het uiteinde van het mes tot het platte oppervlak hier. 2. Uiteinde van mes Controleer de schuinstand van de maaimessen in de lengterichting (Figuur 80). Zorg dat de voorste mespunt lager zit dan de achterste; g334850 Figuur 81 zie de tabel met blokhoogte en schuinte.
Pagina 65
Stel de afstand tussen de veer en de beugel in Tabel blokhoogte en schuinte (cont'd.) op 22 tot 29 mm. Maaidek- Hoogte voorste blokje Schuinte grootte Alle maai- 73 mm 4,8 tot 6,4 mm dekken Draai het maaimes voorzichtig in dwarsrichting horizontaal (Figuur 79).
Maaidek verwijderen Grasgeleider vervangen Voordat u onderhoud uitvoert aan het maaidek of het WAARSCHUWING maaidek verwijdert, moet u de veerbelaste armen van het maaidek vergrendelen. Als de uitworpopening niet afgedekt is, kan Parkeer de machine op een horizontaal de machine voorwerpen uitwerpen naar u oppervlak, schakel de aftakas uit en stel de of naar omstanders;...
Reiniging De onderkant van het maaidek reinigen Onderhoudsinterval: Na elk gebruik Parkeer de machine op een horizontaal oppervlak, schakel de aftakas uit en stel de parkeerrem in werking. Zet de motor af, verwijder het contactsleuteltje en wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand zijn gekomen voordat u de bestuurderspositie verlaat.
Stalling Schraap dik aangekoekt gras en vuil van de onderkant van de maaimachine. Spoel vervolgens de machine schoon met een Veiligheid tijdens opslag tuinslang. Opmerking: Laat de machine lopen met de • Zet de motor af, verwijder het contactsleuteltje aftakas ingeschakeld en de motor op hoog en wacht totdat alle bewegende onderdelen stationair gedurende 2 tot 5 minuten na het tot stilstand zijn gekomen voordat u de...
Pagina 69
Stal de machine in een schone, droge garage of opslagruimte. Verwijder het sleuteltje uit het contact en bewaar het buiten het bereik van kinderen en onbevoegde personen. Dek de machine af om deze te beschermen en schoon te houden.
Problemen, oorzaak en remedie Probleem Mogelijke oorzaak Remedie De motor raakt oververhit. 1. De motor is te zwaar belast. 1. De rijsnelheid verminderen. 2. Het oliepeil in het carter is te laag. 2. Het carter bijvullen met olie. 3. De koelribben en luchtkanalen onder 3.
Pagina 71
Probleem Mogelijke oorzaak Remedie De maaimachine trekt naar links of naar 1. De sporing moet afgesteld worden 1. Stel de sporing af rechts (met beide hendels volledig vooruit) 2. De banden van de aandrijfwielen 2. Breng de aandrijfbanden op de juiste hebben niet de juiste spanning.
Pagina 72
Probleem Mogelijke oorzaak Remedie De koppeling grijpt niet aan. 1. Een zekering is doorgebrand. 1. Vervang de zekering. Controleer de weerstand van de spoelen, of de accu is opgeladen, het oplaadsysteem en de aansluitingen van de bedrading en vervang indien nodig. 2.