Het koelsysteem reinigen
Verwijder voor elk gebruik gras en rommel van het
luchtinlaatrooster.
Reinig de koelribben en de uitlaatringen om de
300 bedrijfsuren of jaarlijks, waarbij de kortste periode
moet worden aangehouden.
1. Schakel de aftakas uit, zet de schakelhendels in de
vergrendelde neutraalstand en stel de parkeerrem in
werking.
2. Zet de motor af, verwijder het contactsleuteltje en
wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand
zijn gekomen alvorens de bestuurderspositie te verlaten.
3. Verwijder het luchtinlaatrooster, het luchtfilterhuis, het
ventilatorhuis en de bouten (Fig. 32).
4. Verwijder rommel en gras van de uitlaatringen en de
koelribben.
5. Monteer het luchtinlaatrooster, het luchtfilterhuis, het
ventilatorhuis en de bouten (Fig. 32). Draai de bouten
vast met een torsie van 5,8 Nm.
1
5
3
Figuur 32
1. Luchtinlaatrooster
2. Ventilatorhuis
3. Luchtfilterdeksel
4
5
2
6
5
m–4369
4. M6 x 10mm bout
5. M6 x 12mm bout
6. M6 x 20mm bout
30
Onderhoud van het luchtfilter
Voorfilter: Het voorfilter moet om de 200 bedrijfsuren worden
gecontroleerd en/of vervangen. Dit moet vaker gebeuren als
de machine wordt gebruikt in stoffige omstandigheden.
Veiligheidsfilter: Vervang dit om de 600 bedrijfsuren.
Opmerking: U moet de filters vaker controleren als de
machine wordt gebruikt in buitengewoon stoffige of
zanderige omstandigheden.
Filters verwijderen
1. Schakel de aftakas uit, zet de schakelhendels in de
vergrendelde neutraalstand en stel de parkeerrem in
werking.
2. Zet de motor af, verwijder het contactsleuteltje en
wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand
zijn gekomen alvorens de bestuurderspositie te verlaten.
3. Maak de sluitingen op het luchtfilter los en trek het
luchtfilterdeksel van het luchtfilterhuis (Fig. 33).
4. Reinig de binnenkant van het luchtfilterdeksel met
perslucht.
5. Schuif het voorfilter voorzichtig uit het luchtfilterhuis
(Fig. 33). Zorg ervoor dat u niet met het filter tegen de
zijkant van het luchtfilterhuis stoot.
6. Verwijder het veiligheidsfilter uitsluitend als u dit wilt
vervangen.
Belangrijk
Probeer nooit een veiligheidsfilter te reinigen.
Als het veiligheidsfilter vuil is, betekent dit dat het voorfilter
is beschadigd, en moet u beide filters vervangen.
7. Inspecteer het voorfilter op beschadiging door een felle
lichtbron op de buitenkant van het filter te richten en er
doorheen te kijken. Gaten in het filter zijn herkenbaar
als lichte plekken. Als het filter is beschadigd, moet u
dit weggooien.
5
Figuur 33
1. Vergrendelingen
2. Luchtfilterdeksel
3. Luchtfilterhuis
3
4
1
2
1
m–4815
4. Voorfilter
5. Veiligheidsfilter