Maaidek horizontaal stellen in
drie standen
Belangrijk
Er zijn slechts 3 meetstanden nodig om het
maaidek horizontaal te stellen.
De machine instellen
1. Plaats de maaimachine op een horizontaal oppervlak.
2. Schakel de aftakas uit, zet de schakelhendels in de
vergrendelde neutraalstand en stel de parkeerrem in
werking.
3. Zet de motor af, verwijder het contactsleuteltje en
wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand
zijn gekomen alvorens de bestuurderspositie te verlaten.
4. Controleer de spanning van alle vier banden. Indien
nodig, banden oppompen tot 90 kPa (13 psi).
5. Zet het maaidek op de maaihoogte van 76 mm.
6. Controleer de vier kettingen. De kettingen moeten
gespannen zijn.
Opmerking: De achterste kettingen moeten worden
versteld t.o.v. de bovenkant van de gleuf, waar zij zijn
bevestigd aan het maaidek.
Als een van de achterste kettingen slap is, moet u de
voorste steunarm aan dezelfde kant lager (losser) zetten.
Zie Schuinstand van het maaidek instellen, blz. 43.
Als een van de voorste kettingen slap is, moet u de
voorste steunarm voor deze ketting hoger (vaster)
zetten. Zie Schuinstand van het maaidek instellen,
blz. 43.
Maaidek horizontaal stellen
1. Zet het rechter maaimes in de schuinstand (Fig. 53).
2. Meet bij punt B (Fig. 53) de afstand tussen een
horizontaal oppervlak en de snijrand van het rechter
maaimes (Fig. 54).
3. Noteer deze afstand. Deze afstand moet ongeveer 79 tot
82 mm bedragen.
4. Zet het linker maaimes in de schuinstand (Fig. 53).
5. Meet bij punt C (Fig. 53) de afstand tussen een
horizontaal oppervlak en de snijrand van het linker
maaimes (Fig. 54).
6. Noteer deze afstand. Deze afstand moet ongeveer 79 tot
82 mm bedragen.
Figuur 53
AFSTAND TUSSEN SNIJRAND EN HORIZONTAAL
OPPERVLAK METEN
Figuur 54
7. Als de afstanden bij punten B of C niet correct zijn,
maakt u de bout los waarmee de achterste ketting is
bevestigd aan de achterste steunarm (Fig. 55).
2
1
3
1
Figuur 55
1. Achterste ketting
2. Achterste steunarm
3. Bout
4. Contramoer
8. Maak de contramoer onder de achterste steunarm los en
draai aan de stelbout totdat de afstand 79–83 mm
bedraagt.
Opmerking: Het verdient aanbeveling dat de afstand aan
beide kanten van het maaidek hetzelfde is.
9. Draai de contramoer onder de achterste steunarm vast
alsmede de bout waarmee de ketting is bevestigd aan de
achterste steunarm.
10. Stel de andere kant af indien dit nodig is.
42
Vóór
m–1078
m–2539
Vóór
7
2
4
5
m–6920
5. Stelbout
6. Voorste wartel
7. Voorste steunarm
6