Luchtfilter
Het luchtfilter voorkomt dat schadelijke deeltjes de mo-
tor kunnen worden ingezogen.
– De motor TAMD122P heeft een droog filter met een-
malig bruikbare elementen van filterpapier.
– De motoren TAMD102A en TAMD102D hebben een
luchtfilter met uitwasbare elementen.
– De overige motoren hebben één of twee volledig ver-
wisselbare luchtfilters.
Op het luchtfilter bevindt zich een drukverliesindicator.
Als alle vlakken van de indicator rood zijn nadat de mo-
tor is gestopt, moet het luchtfilter worden vervangen.
Turbocompressor
De motoren zijn uitgerust met een turbocompressor die
een onder druk staande luchtstroom naar de motor
voert en zo de zuurstoftoevoer naar de motor vergroot.
De compressor die op het uitlaatspruitstuk aan de ach-
terkant van de motor is aangebracht, wordt gesmeerd
en gekoeld door de motorolie.
De turbocompressor is binnenwatergekoeld om de
warmteuitstraling in het motorcompartiment te vermin-
deren.
Luchtnakoeler
(TAMD102A, TAMD102D, TAMD122A en TAMD122P)
De inlaatlucht gaat na compressie in de turbocompres-
sor naar de luchtnakoeler. Deze tussenkoeler verlaagt
de luchttemperatuur en verbetert zo de opnamecapaci-
teit van de cilinders aanzienlijk, aangezien hierdoor het
volume van de lucht wordt teruggebracht. Op deze ma-
nier kan er meer lucht (zuurstof) in de cilinders worden
geperst. De motor verbrandt zo per compressieslag
meer brandstof, waardoor het vermogen toeneemt.
Met de luchtnakoeler wordt tegelijkertijd de thermische
belasting van de motor verlaagd.
Luchtfilter met drukverliesindicator
Turbocompressor
1. Lucht vanaf luchtfilter
2. Uitlaatgassen
3. Uitlaatgassen vanaf motor
4. Gecomprimeerde lucht naar motor
33