Advertenties
132 Besturingsunits van de omvormer
van enkele nanofarad, bijvoorbeeld 3,3 nF / 630 V. Het aardscherm kan ook aan beide
uiteinden rechtstreeks worden geaard als ze worden aangesloten op dezelfde aardlei-
ding, zonder een aanzienlijk spanningsverschil tussen de twee uiteinden.
1
T
1
Eén, twee of drie Pt100, Pt1000 of PTC-sensors; of één KTY84-sensor
2
Stel het type ingang in op spanning via de betreffende schakelaar of jumper op de bestu-
ringseenheid. Maak de corresponderende instelling in het besturingsprogramma in parame-
tergroep 12 Standaard AI .
3
Selecteer de excitatiemodus in parametergroep 13 Standaard AO.
WAARSCHUWING!
Aangezien de hierboven afgebeelde ingangen niet geïsoleerd zijn volgens
IEC/EN 60664, vereist de aansluiting van de motortemperatuursensor een dub-
bele of versterkte isolatie tussen de delen die onder spanning staan van de motor
en de sensor. Zorg ervoor dat de stroom niet groter is dan de maximaal toege-
stane stroom door de Pt100/Pt1000 sensor.
￭
DIIL ingang
De DIIL ingang wordt gebruikt voor de aansluiting van veiligheidscircuits. De ingang
wordt geparametriseerd om de unit te stoppen wanneer het ingangssignaal kwijt is.
Opmerking: Deze ingang is NIET SIL- of PI-gecertificeerd.
￭
De XD2D-connector
De XD2D-connector biedt een RS-485-verbinding die kan worden gebruikt voor
•
basis master/follower communicatie met één master-omvormer en meerdere fol-
lowers,
•
veldbusbesturing via de interne veldbusinterface (EFB) of
•
D2D-communicatie (Drive-to-Drive) uitgevoerd door applicatieprogrammering.
Zie de firmwarehandleiding van de omvormer voor de betreffende parameter-instellin-
gen.
Schakel busafsluiting in op de eenheden aan de uiteinden van de drive-to-drive link.
Schakel de busafsluiting op de tussenliggende eenheden uit.
T
T
AI1+
2
AI1-
...
AO1
3
AGND
Advertenties
