100 Elektrische installatie – (IEC)
■
Aansluitprocedure voor frames R1 tot R3
1.
Draai de montageschroeven aan de zijkanten van het voorpaneel los.
2.
Verwijder de kap door deze naar voren te schuiven.
3.
Bevestig de waarschuwingssticker tegen restspanning in de plaatselijke taal op
het montageplatform voor het bedieningspaneel.
4.
Verwijder de rubberen tules van de invoerplaat voor de aan te sluiten kabels.
5.
IP21 omvormers: Bevestig de Romex-klemmen (meegeleverd in een plastic zak) aan
de kabelinvoerplaatgaten.
6.
Maak de uiteinden van de voedings- en motorkabels gereed zoals in de afbeelding
geïllustreerd.
Opmerking: Blote afscherming moet over 360 graden geaard worden.
7.
IP21 omvormers: Aard de schilden 360 graden in de Romex klemmen door de con-
nector vast te draaien op het gestripte deel van de kabel. IP55 omvormers: Draai
de klemmen vast op het gestripte deel van de kabels. Let op de scherpe randen.
8.
Sluit de getwiste afschermingen van de vermogenskabels aan op de aardklemmen.
9.
Sluit de extra PE-geleider (indien gebruikt, zie pagina 19) van de ingangskabel aan
op de aardklem.
10. Sluit de fasegeleiders van de ingangskabel aan op de klemmen L1, L2 en L3 en de
fasegeleiders van de motorkabel op de klemmen T1/U, T2/V en T3/W. Sluit de ge-
leiders van de remweerstand (indien aanwezig) aan op de klemmen R+ en R-. Draai
de schroeven aan met het koppel dat in de onderstaande afbeelding is aangegeven.
11. Installeer de aardingsplaat voor de besturingskabels in het kabelinvoerbox.
12. Zet de kabels buiten de omvormer mechanisch vast.