ONDERHOUDSPROCEDURES
Laat de accu steeds vervangen
door een erkende Can-Am roadster
dealer.
WAARSCHUWING
Gebruik geen conventionele
loodaccu's. Uit de opening van
een conventionele loodaccu kan
lood lekken. Er kan ook zuur
uitlekken als de accubehuizing
is gebarsten of beschadigd. Dat
kan zware brandwonden veroor-
zaken.
De accu kan worden opgeladen
terwijl deze op het voertuig is geïn-
stalleerd.
OPMERKING
Volg de aanwijzin-
gen bij uw acculader. Een foute
oplaadprocedure kan de accu
beschadigen.
Om de accu op te laden gaat u als
volgt te werk:
1. Open het opbergvak vooraan.
2. Verwijder het paneel voor toe-
gang tot de accu.
3. Sluit de RODE (+) kabel aan op
de overeenstemmende pool.
4. Sluit de ZWARTE (-) kabel aan
op de overeenstemmende pool.
OPMERKING
Verbind altijd eerst
de RODE (+) kabel om schade
aan het elektrische systeem van
het voertuig te vermijden.
1. ZWARTE (-) pool
2. RODE (+) pool
5. Start de acculader. De oplaadtijd
hangt af van het laadvermogen.
Als de accu is opgeladen:
132
6. Sluit eerst de ZWARTE (-) kabel
aan.
7. Verwijder de RODE (+) kabel.
OPMERKING
eerst de ZWARTE (-) kabel om
schade aan het elektrische sys-
teem van het voertuig te vermij-
den.
8. Sluit het accupaneel en het op-
bergvak voor.
Hiervoor mag een standaard accu-
lader worden gebruikt. Het aanbe-
volen laadvermogen is 2 A. Als de
accu leeg is kan deze met een
startkabel aan een autoaccu wor-
den gestart (zie het onderdeel
HERSTELLINGEN ONDERWEG ).
U kunt de accu zelf traag opladen
met een "druppellader". Dat soort
lader kan gedurende langere tijd
aangesloten blijven zonder de accu
te beschadigen. Houd u steeds aan
de laadtijd die is aanbevolen in de
aanwijzingen bij de lader.
Aandrijfriem
Inspecteer voor iedere rit de toe-
stand van de riem en of deze goed
is uitgelijnd.
De uitlijning en afstelling van de
riem dient steeds te worden uitge-
voerd door een erkende Can-Am
roadster dealer volgens het ONDER-
HOUDSSCHEMA .
Uitlijning van de aandrijfriem
. Als de riem voorbij de buitenste
rand van de tand gaat, moet u de
riem zo snel mogelijk door een er-
kende Can-Am roadster dealer la-
ten uitlijnen.
OPMERKING: De riem mag NIET
in contact komen met de flens van
het VOORKETTINGWIEL.
Ontkoppel altijd