Download Print deze pagina

Advertenties

Advertenties

loading

Samenvatting van Inhoud voor BRP Can-Am Maverick 2014

  • Pagina 3 Informeer u voor u ver- uw nieuwe Can-Am side-by-side- trekt voertuig. U geniet de beperkte BRP-garantie en kunt steeds een Lees voordat u het voertuig gaat beroep doen op een netwerk van besturen deze Gebruikershandlei- erkende Can-Am dealers voor de...
  • Pagina 4 VOORWOORD tie. BRP voert echter een beleid Gevarenpictogram geeft van continue verbetering van zijn potentieel risico op verwonding producten, zonder dat dit enige aan. verbintenis inhoudt tot uitrusting van eerder vervaardigde producten met vernieuwde onderdelen. Door WAARSCHUWING laattijdige wijzigingen kunnen er...
  • Pagina 5 INHOUDSOPGAVE VOORWOORD..................1 INFORMEER U VOOR U VERTREKT..........1 VEILIGHEIDSAANWIJZINGEN............1 INFO OVER DEZE GEBRUIKERSHANDLEIDING.......2 VEILIGHEIDSINFORMATIE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN............8 KOOLMONOXIDEVERGIFTIGING VERMIJDEN........8 BRANDSTOFBRANDEN EN ANDERE GEVAREN VERMIJDEN..8 BRANDWONDEN DOOR HETE ONDERDELEN VERMIJDEN..8 ACCESSOIRES EN AANPASSINGEN..........8 VEILIG GEBRUIK - VERANTWOORDELIJKHEDEN......10 EIGENAAR - NEEM UW VERANTWOORDELIJKHEID OP....10 BESTUURDER - WEET WAT U DOET EN NEEM UW VERANT- WOORDELIJKHEID OP..............10 VOORZICHTIG RIJDEN..............11 BEVESTIGINGSSYSTEEM BESTUURDER EN PASSAGIER.....11...
  • Pagina 6 INHOUDSOPGAVE SECUNDAIRE BEDIENINGSELEMENTEN..........44 1) CONTACTSCHAKELAAR EN -SLEUTELS........44 2) MOTORSTARTKNOP..............45 3) MULTIFUNCTIONELE HENDEL...........46 4) KNIPPERLICHTSCHAKELAAR.............46 5) 2WD/4WD-SCHAKELAAR............46 5) SPORT/ECO-MODUSSCHAKELAAR..........47 7) OPHEFSCHAKELAAR..............47 MULTIFUNCTIONELE METER (ANALOOG/DIGITAAL).....49 Beschrijving multifunctionele meter..........49 METER INSTELLEN.................53 UITRUSTING..................54 1) SCHUIN VERSTELBARE STUURKOLOM........55 2) BEKERHOUDERS.................55 3) HANDGREPEN PASSAGIER............56 4) HANDSCHOENVAK..............56 5) GEREEDSCHAPSSET..............56 6) VOETSTEUNEN................56 7) ZIJNETTEN...................57...
  • Pagina 7 INHOUDSOPGAVE WAT ALS HET VOERTUIG ONDERGEDOMPELD WERD?.....69 HET VOERTUIG TRANSPORTEREN...........70 HET VOERTUIG OPHEFFEN EN ONDERSTEUNEN......71 VOORZIJDE VOERTUIG..............71 ACHTERZIJDE VOERTUIG...............71 ONDERHOUD INVAARINSPECTIE................74 ONDERHOUDSSCHEMA..............77 ONDERHOUDSPROCEDURES............81 MOTORLUCHTFILTER..............81 VOORSTE ROOSTERKIT..............85 CVT-LUCHTFILTER................86 MOTOROLIE..................87 OLIEFILTER..................89 RADIATOR..................90 MOTORKOELVLOEISTOF..............92 VONKAFLEIDERS KNALPOT............97 OLIE VOOR TANDWIELKASTEN.............97 BOUGIES..................98 CVT-DEKSEL..................99 AANDRIJFRIEM................101 UITLAATGEBIED................102 ACCU....................103 ZEKERINGEN.................104 LICHTEN..................105...
  • Pagina 8 INHOUDSOPGAVE GARANTIE ® INTERNATIONALE BEPERKTE GARANTIE VAN BRP: 2014 CAN-AM SSV.....................132 BRP BEPERKTE GARANTIE VAN BRP VOOR DE EUROPESE ECONO- MISCHE RUIMTE, HET RUSSISCHE GEMENEBEST EN TURKIJE: 2014 CAN-AM ® SSV................137 KLANTENINFORMATIE BESCHERMING VAN DE PRIVACY...........144 VERANDERING VAN ADRES/EIGENAAR........145...
  • Pagina 9 VEILIGHEIDSINFORMATIE VEILIGHEIDSINFORMATIE...
  • Pagina 10 BRP zijn goedgekeurd. Omdat zul- ke aanpassingen niet door BRP zijn getest, kan dit een verhoogd risico Benzine is uiterst brandbaar en zeer op ongevallen of letsel met zich explosief.
  • Pagina 11 VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN telijk maken. Zo kunnen aanpassin- gen zoals andere banden bijvoor- beeld een invloed hebben op het hanteren van het voertuig. Contacteer uw erkende Can-Am dealer voor de accessoires die voor uw voertuig beschikbaar zijn. VEILIGHEIDSINFORMATIE...
  • Pagina 12 VEILIG GEBRUIK - VERANTWOORDELIJKHEDEN Dit is een voertuig voor offroad-ge- vertrouwd te worden met het bruik met een groot vermogen. voertuig. Bestuurders moeten verantwoorde- Bestuurder - Weet wat u lijk en voorzichtig zijn om kantelen, omrollen, botsingen en andere on- doet en neem uw verant- gevallen te vermijden.
  • Pagina 13 VEILIG GEBRUIK - VERANTWOORDELIJKHEDEN Probeer nooit op twee wielen Vervoer van een passagier te rijden, te slippen, te springen Neem slechts één passagier mee. of andere stunts uit te voeren. De passagier moet op de juiste Probeer nooit snel te versnellen manier in de cockpit zitten.
  • Pagina 14 VEILIG GEBRUIK - VERANTWOORDELIJKHEDEN Rijd nooit met dit voertuig door Omstandigheden terrein snel stromend water of door Rijd altijd traag en wees extra water dat dieper is dan aangege- voorzichtig wanneer u op onbe- ven in het hoofdstuk het kend terrein rijdt. Wees altijd VOERTUIG BESTUREN .
  • Pagina 15 VEILIG GEBRUIK - VERANTWOORDELIJKHEDEN Dit voertuig is hoofdzakelijk be- stemd voor gebruik OFFROAD. Daarom kan het voertuig op een verharde ondergrond veel moeilijker bestuurbaar en contro- leerbaar zijn. Als u over een korte afstand op een verharde ondergrond moet rijden, rijd dan traag en vermijd abrupte hande- lingen aan het stuur, het gas- en het rempedaal.
  • Pagina 16 INSPECTIE VOOR HET VERTREK Inspecteer uw voertuig altijd en kijk na of het in goede staat verkeert voordat u gaat rijden. Volg altijd het onderhoudsschema zoals in deze Gebruikershandleiding beschreven. WAARSCHUWING Voer voor ieder vertrek een inspectie uit om potentiële problemen onderweg voor te zijn.
  • Pagina 17 INSPECTIE VOOR HET VERTREK TE INSPECTEREN TE INSPECTEREN ITEMS Lading: Respecteer het maximale laadvermogen van 90.5 kg als u een lading vervoert: Zorg ervoor dat de totale lading op het voertuig (inclusief bestuurder, passagier, lading, disselgewicht en accessoires) niet meer weegt dan 285 kg . Als u een aanhangwagen of andere uitrusting trekt (indien voorzien Lading van een trekhaak):...
  • Pagina 18 INSPECTIE VOOR HET VERTREK TE INSPECTEREN TE INSPECTEREN ITEMS Druk het rempedaal in en zorg ervoor dat u een sterke weerstand Rempedaal voelt en dat het terugkeert naar de ruststand wanneer u het loslaat. Brandstofpeil Controleer het brandstofpeil. Claxon Controleer of de claxon werkt. Spiegels Pas de spiegels aan naar uw voorkeur.
  • Pagina 19 VOORBEREIDEN OP RIJDEN Voor u vertrekt Voer de inspectie voor het vertrek uit om te bevestigen dat uw voer- tuig veilig werkt. Raadpleeg het hoofdstuk INSPECTIE voor het vertrek. Bestuurder en passagier moeten: De juiste zithouding aannemen. Beide zijnetten bevestigen en de veiligheidsgordels vastklik- ken.
  • Pagina 20 VOORBEREIDEN OP RIJDEN voor uw eigen veiligheid dus Vermijd rubberlaarzen. Rubberlaar- steeds een helm tijdens het rijden. zen kunnen vast komen te zitten achter of tussen de pedalen, waar- Een helm kiezen door u het gas- en rempedaal niet Helmen moeten vervaardigd zijn goed meer kunt bedienen.
  • Pagina 21 VOORBEREIDEN OP RIJDEN lagen kleding essentieel zijn. Zelfs wanneer u in gematigde tempera- turen rijdt, kunt u het erg koud hebben omwille van de wind. Beschermende kleding geschikt voor rijden in koud weer kan te warm zijn wanneer u stopt. Draag verschillende lagen kleding die u naar wens kunt verwijderen.
  • Pagina 22 ONGEVALLEN VERMIJDEN Probeer nooit donuts, skids, sli- Kantelen en omrollen des, fishtails, sprongen of ande- vermijden re stunts. Als het voertuig be- gint te slippen of te schuiven, Side-by-sides besturen is heel an- stuur dan in de richting waarin ders dan rijden met andere voertui- het voertuig slipt of schuift.
  • Pagina 23 ONGEVALLEN VERMIJDEN Matig uw snelheid en volg de geen airbags, is de cockpit niet instructies in deze handleiding volledig gesloten en is het voertuig voor het vervoer van lasten en niet ontworpen voor botsingen met het trekken van een aanhangwa- andere voertuigen.
  • Pagina 24 RIJDEN MET UW VOERTUIG moeten zo laag mogelijk gehouden Praktische oefeningen worden om ervoor te zorgen dat Voor u een ritje maakt, is het erg het voertuig niet omkantelt. belangrijk dat u vertrouwd wordt met het besturen van uw voertuig Oefeningen U-bochten door te oefenen in een gecontro- Oefen het maken van U-bochten...
  • Pagina 25 RIJDEN MET UW VOERTUIG dachtig observeren. Laat dit voer- Oefeningen achteruit rijden tuig in geen geval besturen door De volgende stap is achteruit rij- iemand die de juiste rijtechnieken den. voor dit voertuig niet perfect be- Plaats een verkeerskegel aan heerst en begeef u nooit op zeer beide zijden van het voertuig steil of verraderlijk terrein.
  • Pagina 26 RIJDEN MET UW VOERTUIG perken, moet u steeds uw linker- op fietspaden. Deze zijn enkel voor voet op de voetsteun en uw rech- dit specifieke gebruik bedoeld. tervoet op de vloer geplaatst hou- Rijden over verharde den. Blijf volledig in de cockpit, zo- dat u geen objecten buiten het oppervlakken voertuig raakt.
  • Pagina 27 RIJDEN MET UW VOERTUIG gas- en het rempedaal ongehinderd De sneeuw kan rotsen, boomstron- werken. ken of andere objecten verhullen of kan zo diep liggen dat het voer- Als dit voertuig over een be- tuig onbruikbaar is omdat het vast sneeuwd pad rijdt, hebben de wie- zou komen te zitten of helemaal len minder tractie, waardoor het...
  • Pagina 28 RIJDEN MET UW VOERTUIG vlakken of variaties in ondergrond Rijden op kiezel, losse stenen of en hindernissen en zet u schrap in andere gladde oppervlakken het voertuig. Als u een te gladde Rijden op losse stenen of kiezel lijkt helling of een helling met een losse sterk op rijden op ijs.
  • Pagina 29 RIJDEN MET UW VOERTUIG steile, diepe afgrond gaat zal het Bergaf rijden voertuig met zijn neus naar bene- Dit voertuig kan steilere hellingen den duiken en kantelen. beklimmen dan het veilig kan afda- len. Daarom dient u er zeker van te Vermijd steile dalingen.
  • Pagina 30 RIJDEN MET UW VOERTUIG na waar u extra benzine kunt ko- Respecteer landbouwgronden. pen. Wees voorbereid op de om- Vraag voor het betreden van privé- standigheden die u mogelijk te terrein altijd toestemming aan de wachten staan. Het verdient zeker eigenaar.
  • Pagina 31 LADINGEN VERPLAATSEN EN WERKEN Werken met uw voertuig Uw voertuig kan u helpen bij een aantal uiteenlopende LICHTE taken, gaande van sneeuw ruimen tot een last vervoeren. Hiervoor is een waaier van accessoires te verkrijgen bij uw erkende Can-Am dealer. Om verwon- dingen te voorkomen moet u de instructies en waarschuwingen volgen die bij het accessoire zitten.
  • Pagina 32 LADINGEN VERPLAATSEN EN WERKEN Gebruik in geval van nood de Het laadrek laden sleephaak om een vastgelopen OPMERKING Zorg ervoor dat u voertuig los te trekken. tijdens het laden of lossen het Wanneer u lasten trekt met een maximumgewicht van 90,5 kg ketting of een kabel, zorg er dan niet overschrijdt.
  • Pagina 33 LADINGEN VERPLAATSEN EN WERKEN (Zie het plaatje op de trekhaak). Zorg ervoor dat er ten minste wat gewicht op de dissel rust. Zorg er steeds voor dat de lading gelijkmatig verdeeld is en veilig is vastgemaakt op de trailer. Een ge- lijkmatig verdeelde trailer is makke- lijker te besturen.
  • Pagina 34 BELANGRIJKE LABELS OP HET PRODUCT Loshangend Etiket Dit voertuig wordt geleverd met een loshangend label aan het stuur en labels die belangrijke veiligheids- informatie bevatten. Iedereen die met dit voertuig rijdt, moet deze informatie lezen en be- grijpen voor het rijden. TYPISCH Veiligheidslabels Lees alle veiligheidslabels op uw...
  • Pagina 35 BELANGRIJKE LABELS OP HET PRODUCT VEILIGHEIDSINFORMATIE...
  • Pagina 36 BELANGRIJKE LABELS OP HET PRODUCT LABEL 2 LABEL 3 LABEL 1 VEILIGHEIDSINFORMATIE...
  • Pagina 37 BELANGRIJKE LABELS OP HET PRODUCT LABEL 4 LABEL 5 VEILIGHEIDSINFORMATIE...
  • Pagina 38 BELANGRIJKE LABELS OP HET PRODUCT LABEL 6 LABEL 7 LABEL 8 LABEL 9 LABEL 10 VEILIGHEIDSINFORMATIE...
  • Pagina 39 BELANGRIJKE LABELS OP HET PRODUCT LABEL 12 LABEL 11 LABEL 13 VEILIGHEIDSINFORMATIE...
  • Pagina 40 BELANGRIJKE LABELS OP HET PRODUCT Conformiteitslabels Deze labels geven weer of het voertuig conform is. 1. Conformiteitslabels onder het hand- schoenvak OP DE BALK AAN DE VOORKANT RECHTS BOVENAAN VAN DE KOOI VEILIGHEIDSINFORMATIE...
  • Pagina 41 VOERTUIGINFORMATIE...
  • Pagina 42 PRIMAIRE BESTURINGSELEMENTEN Het is belangrijk te weten waar de besturingselementen zich bevinden en hoe u ze moet bedienen, om ze vlot en gecoördineerd te leren bedie- nen. 1) Stuur Het stuur bevindt zich voor de be- stuurdersstoel. Met het stuur kunt u het voertuig naar links of naar rechts sturen.
  • Pagina 43 PRIMAIRE BESTURINGSELEMENTEN worden getrokken, met verwondin- gen aan de handen of polsen tot gevolg. 2) Gaspedaal Het gaspedaal bevindt zich rechts van het rempedaal. Met het gaspedaal bepaalt u de snelheid van de motor. 1. Rempedaal 2. Gaspedaal Om de snelheid van uw voertuig te verlagen of het te stoppen, drukt u met uw rechtervoet op het rem- pedaal.
  • Pagina 44 PRIMAIRE BESTURINGSELEMENTEN keld worden voor u een versnelling kiest. OPMERKING Deze versnellings- bak is niet ontworpen om te schakelen tijdens het rijden. Parkeren In de parkeerstand wordt de ver- snellingsbak vergrendeld om te helpen voorkomen dat het voertuig beweegt. WAARSCHUWING Gebruik de PARKEER-stand (P) TYPISCH altijd wanneer het voertuig niet...
  • Pagina 45 PRIMAIRE BESTURINGSELEMENTEN versnelling geschakeld. Dit is het toerentalbereik voor normaal rijden. In deze stand kan het voertuig zijn maximumsnelheid bereiken. Laag toerental (Vooruit) In deze stand wordt het overbren- gingsmechanisme in een lage ver- snelling geschakeld. In deze stand kan het voertuig traag rijden met een maximaal koppel op de wielen.
  • Pagina 46 SECUNDAIRE BEDIENINGSELEMENTEN 1) Contactschakelaar en -sleutels Contactschakelaar De contactschakelaar bevindt zich bovenaan op de console. STANDEN CONTACTSCHAKELAAR 1. UIT 2. AAN met licht 3. AAN Alleen in deze stand kan de sleutel in het contact worden geplaatst of eruit worden gehaald. In de UIT-stand wordt het elektri- 1.
  • Pagina 47 SECUNDAIRE BEDIENINGSELEMENTEN AAN met licht Normale sleutel Wanneer de sleutel in deze stand Het voertuig wordt geleverd met wordt gedraaid, wordt het elektri- een normale sleutel. sche systeem van het voertuig ge- De normale sleutel beperkt de alge- activeerd. mene prestaties van het voertuig De meter begint te werken.
  • Pagina 48 SECUNDAIRE BEDIENINGSELEMENTEN Claxon activeren OPMERKING: Als de contactscha- kelaar langer dan 15 minuten op de De claxon kan worden geactiveerd door het uiteinde van de multifunc- stand AAN blijft staan, zal de motor tionele hendel naar het stuur toe niet starten tenzij de contactscha- te duwen.
  • Pagina 49 SECUNDAIRE BEDIENINGSELEMENTEN 1. Keuzeschakelaar 2WD/4WD TYPISCH Met deze schakelaar wisselt u tus- 1. Sport/ECO-schakelaar sen 2-wielaandrijving en 4-wielaan- De sportmodus biedt een nauwkeu- drijving wanneer het voertuig stil- rigere reactie van het gaspedaal. staat en de motor draait. Ook als de sportmodus door middel van de schakelaar geactiveerd is, OPMERKING Het voertuig moet...
  • Pagina 50 SECUNDAIRE BEDIENINGSELEMENTEN 3. Om de opheffunctie uit te schakelen, laat u de ophefscha- kelaar gewoon los. De ophefschakelaar heeft nog twee andere functies: Ga naar de modus MELDINGS- WEERGAVE om de melding BINNENKORT ONDERHOUD te wissen. Om het voertuig te verplaatsen indien het gaspedaal niet meer zou werken, raadpleegt u het onderdeel RICHTLIJNEN VOOR...
  • Pagina 51 MULTIFUNCTIONELE METER (ANALOOG/DIGITAAL) Beschrijving multifunctionele meter De multifunctionele meter (analoog/digitaal) bevindt zich op de stuurkolom. De multifunctionele meter (analoog/digitaal) bestaat uit een digitale meter en twee analoge meters (snelheidsmeter en toerenteller). De grafieken met de motortemperatuur en het brandstofpeil zitten in de digitale meter.
  • Pagina 52 MULTIFUNCTIONELE METER (ANALOOG/DIGITAAL) 1) Analoge snelheidsmeter Meet de snelheid van het voertuig in km/u of mph. 2) MODE-knop (M - Modus) Door de MODE-knop (M) in te drukken, bladert u door de functies van de digitale hoofddisplay. VOLGORDE FUNCTIES OPTIES Druk op SET (S) om te scrollen, selecteer de Het numerieke display knippert gewenste functie en druk op MODE (M) om te...
  • Pagina 53 MULTIFUNCTIONELE METER (ANALOOG/DIGITAAL) 5) Verklikkerlichtjes Verklikkerlichtjes informeren u bij verschillende omstandigheden of pro- blemen. Een verklikkerlichtje kan alleen of in combinatie met een ander lichtje knipperen. INDICATORLICHTJE(S) BESCHRIJVING Alle verklikkerlichtjes worden geactiveerd wanneer de Alle verklikkerlichtjes contactschakelaar AAN wordt gezet en de motor niet wordt gestart.
  • Pagina 54 MULTIFUNCTIONELE METER (ANALOOG/DIGITAAL) 7) Multifunctionele display De snelheid van het voertuig of het aantal toeren van de motor (RPM) kan worden weergegeven. Zie de knop MODE (M) in dit onderdeel. Er kunnen ook belangrijke meldingen worden weergegeven. Raadpleeg de onderstaande tabel. Als er een abnormale motortoestand optreedt, kan een bericht worden gecombineerd met een verklikkerlichtje.
  • Pagina 55 MULTIFUNCTIONELE METER (ANALOOG/DIGITAAL) 7. Houd de ophefschakelaar INGEDRUKT. 8. Druk het rempedaal in en laat het los. 9. Laat de ophefschakelaar los. 10. Draai de contactschakelaar op UIT OPMERKING: Draai de contactschakelaar niet op AAN, voordat de multi- functionele meter uitschakelt. 2.
  • Pagina 56 UITRUSTING TYPISCH...
  • Pagina 57 UITRUSTING 1) Schuin verstelbare stuurkolom U kunt de hoogte van het stuur aanpassen. Pas de hoogte van het stuur aan zodat het ter hoogte van uw borst en niet ter hoogte van uw hoofd komt. De hoogte van het stuur stelt u als volgt in: 1.
  • Pagina 58 UITRUSTING WAARSCHUWING Gebruik nooit enig onderdeel van de kooi van het voertuig als handgreep. De handen kunnen geraakt worden door objecten buiten de cockpit of verpletterd worden bij kantelen. 4) Handschoenvak 1. Bekerhouders Het voertuig is uitgerust met een OPMERKING: Gebruik de beker- gesloten handschoenvak, bedoeld houders niet terwijl u in moeilijke om lichte objecten te dragen.
  • Pagina 59 UITRUSTING De voetsteunen helpen het risico op verwondingen aan de voeten of de benen te beperken. Draag steeds geschikte schoenen. Zie het hoofdstuk UITRUSTING . 7) Zijnetten Aan beide kanten van de cockpit zitten zijnetten, die dienen om uw armen, benen of schouders in het voertuig te houden, om het risico op verwondingen te beperken.
  • Pagina 60 UITRUSTING het contact AAN staat, gaat het WAARSCHUWING verlikkerlichtje van de veilig- heidsgordel knipperen. Draag de veiligheidsgordel op de motor gestart wordt en de de juiste manier. Zorg ervoor schakelhendel in een andere dat de gordel niet gedraaid zit dan de PARKEER-stand gezet of defect is.
  • Pagina 61 UITRUSTING 11) Passagiersstoel U kunt de passagiersstoel niet ver- schuiven. De passagiersstoel kan naar voren kantelen om uit het voertuig geno- men worden. Maak hiervoor de vergrendeling los tussen de stoel en de rugleuning. Wanneer de stoel naar voren is gekanteld, trekt u hem omhoog en neemt u hem uit het voertuig.
  • Pagina 62 UITRUSTING 16) Linkerspiegel 18) 12-volt-voedingsuit- gang Dit voertuig is uitgerust met een linkerspiegel. Dit is een handige aansluiting voor De spiegel kan worden aangepast een looplamp of andere draagbare aan de voorkeuren van de bestuur- uitrusting. der. WAARSCHUWING Pas de spiegel niet aan tijdens het rijden.
  • Pagina 63 UW RIT AANPASSEN Richtlijnen voor het af- Bijstellingslocatie stellen van de ophan- ging Het rijgedrag en comfort van uw voertuig zijn afhankelijk van de afre- geling van de ophanging. WAARSCHUWING De afstelling van de ophanging kan de bestuurbaarheid van het voertuig beïnvloeden.
  • Pagina 64 UW RIT AANPASSEN Fabrieksinstellingen ophanging Raadpleeg AFSTELLEN VEERBELASTE VOOROPHANGING (VOORAAN EN ACHTERAAN) en AFSTELLEN SCHOKDEMPERS (VOORAAN EN ACHTERAAN) in dit hoofdstuk voor nadere informatie over de afstellings- procedures. Om de schokdemping- en vering af te stellen op de fabrieksinstellingen gaat u als volgt te werk: 1.
  • Pagina 65 UW RIT AANPASSEN WAARSCHUWING De linker- en rechterregelnokken van de schokdemper moeten altijd in dezelfde stand worden ingesteld. Pas nooit één enkele schokdem- per aan. Door een ongelijkmatige afregeling wordt het voertuig moeilijk bestuurbaar en instabiel, wat tot een ongeluk kan leiden. Hef het voertuig op.
  • Pagina 66 UW RIT AANPASSEN COMPRESSIEDEMPING BIJ LAGE SNEL- COMPRESSIEDEMPING BIJ HOGE HEID (GEBRUIK EEN SCHROEVENDRAAI- SNELHEID (GEBRUIK EEN SLEUTEL VAN 17 MM) 1. Afstelschroef 1. Afstelschroef 2. Vermeerdert demping (stijver) 2. Vermeerdert demping (stijver) 3. Vermindert demping ((zachter) 3. Vermindert demping ((zachter) Door deze rechtsom te draaien (H) Terugveerdemping verhoogt u de schokdemping...
  • Pagina 67 BRANDSTOF OPMERKING Experimenteer Vereiste brandstof nooit met andere brandstoffen. OPMERKING Gebruik altijd ver- Gebruik van ongeschikte brand- se benzine. Benzine oxideert, stof kan motor- of systeemscha- waardoor het octaangetal daalt, de veroorzaken. vluchtige ingrediënten vervliegen Tankprocedure en er gomvorming en aanslag ontstaan, die uw brandstofsys- teem kunnen beschadigen.
  • Pagina 68 BRANDSTOF Een benzinebidon vullen WAARSCHUWING Sla brandstof uitsluitend op in goedgekeurde benzinebidons. Vul de benzinebidon nooit op het voertuig - de brandstof kan ontvlammen door statische elektriciteit. 1. Dop brandstoftank WAARSCHUWING Als u een drukverschil vaststelt (fluitend geluid terwijl u de tankdop losdraait), laat uw voertuig dan nakijken en/of re- pareren voordat u er opnieuw...
  • Pagina 69 INRIJPERIODE Gebruik tijdens de inrij- periode Het voertuig heeft een inrijperiode van 10 bedrijfsuren of 300 km no- dig. Na de inrijperiode moet uw voer- tuig door een erkende Can-Am dealer worden geïnspecteerd. Zie het hoofdstuk ONDERHOUD . Motor Tijdens de inrijperiode: Geef geen plankgas.
  • Pagina 70 BASISPROCEDURES De motor starten WAARSCHUWING Steek de sleutel in het contactslot Om te vermijden dat het voer- en draai deze naar een van de AAN- tuig wegrolt, gebruikt u de standen. PARKEER-stand altijd wanneer Duw op het rempedaal. het voertuig gestopt is of gepar- keerd staat.
  • Pagina 71 SPECIALE PROCEDURES Wat als u vermoedt dat Wat als de batterij leeg er water in de CVT zit? Als er water in de CVT zit, zal de U kunt het voertuig starten met de motor versnellen, maar blijft het startkabels. Sluit de rode (+) kabel voertuig stilstaan.
  • Pagina 72 HET VOERTUIG TRANSPORTEREN Als uw voertuig moet worden ge- 4. Maak de banden vooraan vast transporteerd, moet u het in een met hiertoe voorziene spanban- pick-up met een groot laadbed of den voor slepen. een vlakke aanhangwagen met 5. Plaats een spanband aan de voldoende ruimte en capaciteit binnenkant van elk achterwiel.
  • Pagina 73 HET VOERTUIG OPHEFFEN EN ONDERSTEUNEN Activeer 4-wielaandrijving Voorzijde voertuig (4WD). Plaats het voertuig op een vlakke Zorg ervoor dat de schakelhendel ondergrond die niet glad is. van het voertuig in de PARKEER- Zorg ervoor dat de schakelhendel stand staat. van het voertuig in de PARKEER- Plaats een hydraulische krik onder stand staat.
  • Pagina 74 Deze pagina is opzettelijk blanco...
  • Pagina 75 ONDERHOUD...
  • Pagina 76 INVAARINSPECTIE Na de eerste 10 bedrijfsuren of 300 km rijden, wat eerst voorvalt, moet u het voertuig laten inspecteren door een erkende Can-Am dealer. De in- vaarinspectie is erg belangrijk en mag niet worden verwaarloosd. Het bericht MAINTENANCE SOON verschijnt er dan in de cluster als herinnering dat er binnenkort een inspectie moet worden uitgevoerd.
  • Pagina 77 INVAARINSPECTIE VERVANGEN REGELEN AANDRAAIEN INRIJPERIODE CONTROLEKAART SMEREN SCHOONMAKEN INSPECTEREN MOTOR Motorolie en filter Klepspeling Motorluchtfilter Motorpakkingen Motorbevestigingen Uitlaatsysteem KOELSYSTEEM Lek radiator/koelsysteem (lektest) BRANDSTOFSYSTEEM Lekproef brandstoftank, brandstofleidingen, brandstofrails, aansluitingen en keerkleppen ELEKTRISCH SYSTEEM Accu-aansluitingen CVT-TRANSMISSIE CVT-luchtinlaat/uitlaat CVT-luchtfilter VERSNELLINGSBAK Olie voor tandwielkasten Voertuigsnelheidssensor AANDRIJFSYSTEEM Olie voordifferentieel/achteraandrijving...
  • Pagina 78 INVAARINSPECTIE VERVANGEN REGELEN AANDRAAIEN INRIJPERIODE CONTROLEKAART SMEREN SCHOONMAKEN INSPECTEREN WIEL Wielmoeren/tappen Wiellagers Wielbeadlock STUURSYSTEEM Stuursysteem (kolom, lager enz.) Uitlijning van de voorwielen REMMEN Remvloeistof BEVESTIGINGSSYSTEEM BESTUURDER EN PASSAGIER Veiligheidsgordels Zijnetten CARROSSERIE/CHASSIS Kooibevestigingen Vergrendeling stoelen...
  • Pagina 79 ONDERHOUDSSCHEMA Het onderhoud is zeer belangrijk om uw voertuig in een veilig functione- rende staat te houden. De eigenaar is verantwoordelijkheid voor een be- hoorlijk onderhoud. Het voertuig dient servicebeurten te ondergaan volgens het onderhoudsschema. Na elke 50 bedrijfsuren verschijnt het volgende bericht op de meter, om u te eraan te herinneren dat onderhoud nodig is: MAINTENANCE SOON (binnenkort onderhoud nodig) .
  • Pagina 80 ONDERHOUDSSCHEMA ELKE 750 km OF 25 UUR RIJDEN (AFHANKELIJK VAN WAT EERST VOORVALT) Controleer de remblokken Draai de wielmoeren aan Inspecteer de manchetten en beschermers van de aandrijfas Inspecteer de koellichamen van de inwendige assen en controleer of ze schoon zijn en geen schade vertonen Controleer de staat van de handgrepen voor de passagier Controleer de werking van de stoelvergrendeling van bestuurder en passagier...
  • Pagina 81 ONDERHOUDSSCHEMA ELKE 3 000 km OF 100 BEDRIJFSUREN OF 1 JAAR (AFHANKELIJK VAN WAT EERST VOORVALT) Controleer de veiligheidsgordels en maak ze schoon (controleer op schade en goede werking) Controleer de zijnetten (controleer op schade en dat ze goed vastklikken) Vervang de motorolie en filter Controleer de klepspeling en stel af Controleer en reinig de vonkafleiders van de knalpot...
  • Pagina 82 ONDERHOUDSSCHEMA ELKE 6 000 km OF 200 BEDRIJFSUREN OF 2 JAAR (AFHANKELIJK VAN WAT EERST VOORVALT) Vervang de motorkoelvloeistof Controleer het koelsysteem en voer een lektest van het koelsysteem en een druktest op de drukdop uit. Controleer het brandstofsysteem en voer een lektest uit Vervang de bougies Vervang de olie van het voordifferentieel Vervang de tandwielkastolie...
  • Pagina 83 ONDERHOUDSPROCEDURES Dit hoofdstuk bevat aanwijzingen verd, onder het hoofdmotorluchtfil- voor de elementaire onderhouds- ter in het tweede onderdeel (scho- procedures. Als u over de nodige ne kamer) van de motorluchtfilter- mechanische deskundigheid en de behuizing. vereiste hulpmiddelen beschikt, kunt u deze procedures zelf uitvoe- Instructies voor vervangen van ren.
  • Pagina 84 ONDERHOUDSPROCEDURES 1. Druk de servicekap neer en HOUD 1. Maak de klemmen los VAST 3. Verwijder de motorluchtfilter. 2. Hef het voorste deel van de servicekap 1. Motorluchtfilter 1. Blijf het voorste deel van de servicekap 4. Verwijder de extra motorluchtna- omhoog houden filter van het tweede onderdeel 2.
  • Pagina 85 ONDERHOUDSPROCEDURES aftapplug aan de onderkant om het water te verwijderen. 1. Verwijder de aftapplug om het water te verwijderen 3. Reinig beide gedeelten van het luchtfilterhuis met een stofzui- ger. 1. Aftapopening 2. Verwijder, door het losschroe- ven van de vier schroeven, het zijpaneel aan de linkerkant voor toegang tot de aftapplug.
  • Pagina 86 ONDERHOUDSPROCEDURES LUCHTFILTERREINIGER (Stuknr. 219 700 341) 2. 3 minuten laten rusten. 3. Spoelen met gewoon water, zoals aangegeven op de verpak- Reiniging motorluchtfilter king van de luchtfilterreiniger Reinig de motorluchtfilter door het (UNI). stof uit het papieren element te 4. Maak het motorluchtnafilter he- kloppen.
  • Pagina 87 ONDERHOUDSPROCEDURES 3. 3 tot 5 minuten laten rusten. van de motorluchtfilter en het luchtfilterhuis. 4. Verwijder overtollige olie door OPMERKING het motorluchtnafilter in een Als deze niet goed absorberende doek te wikkelen op elkaar passen, kan er stof en voorzichtig te drukken. Hier- langs de motorluchtfilter heen door zal de olie het motor- dringen.
  • Pagina 88 ONDERHOUDSPROCEDURES Verwijderen van de CVT-luchtfilter 1. Verwijder het plastic deksel van de CVT-luchtfilter aan de linker- kant onder de motorkap, naar de bestuurder toe. VOORKANT VAN HET VOERTUIG - VOOR DE DUIDELIJKHEID ZIJN DE ONDERDE- LEN VERWIJDERD 1. Voorste roosterkit 3.
  • Pagina 89 ONDERHOUDSPROCEDURES 1. CVT-luchtinlaat Installatie CVT-luchtfilter 1. Schuif het CVT-deksel naar vo- 1. CVT-luchtfilter ren op zijn plaats en duw het voorzichtig in om in de twee Controle en reiniging ringen te plaatsen. CVT-luchtfilter 1. Controleer de filter en vervang deze als hij beschadigd is. 1.
  • Pagina 90 (Stuknr. 293 600 112) OPMERKING: De XPS-olie werd speciaal samengesteld voor de smeervereisten van deze motor. 1. Peilstok BRP raadt stellig aan XPS 4-taktolie 3. Plaats de peilstok terug en schroef hem helemaal vast. te gebruiken. 4. Verwijder de peilstok en lees...
  • Pagina 91 ONDERHOUDSPROCEDURES Schroef de olieaftapplug los en Verwijder het paneel voor de motor verwijder de pakkingring. aan de rechterkant. Verwijderen van de oliefilter Reinig de omgeving van de oliefil- ter. Verwijder de schroeven van het oliefilterdeksel. Verwijder het oliefilterdeksel. Verwijder de oliefilter. 1.
  • Pagina 92 ONDERHOUDSPROCEDURES 1. Dunne laag olie aanbrengen 1. Druk de servicekap neer en HOUD 2. Dunne laag olie aanbrengen VAST Plaats het deksel over de motor. 2. Hef het voorste deel van de servicekap Draai de schroeven op het oliefilter- deksel aan tot het aanbevolen aan- draaimoment.
  • Pagina 93 ONDERHOUDSPROCEDURES 1. Plastic radiatorkap AAN DE RECHTERACHTERKANT VAN DE 2. Bouten RADIATORKAP Controleer af en toe of de omge- 1. Elektrische kabel ving van de radiator schoon is. Maal de onderste bout los en ver- wijder twee bovenste bouten op de bumper.
  • Pagina 94 ONDERHOUDSPROCEDURES enkel schoon onder lage druk. Gebruik nooit een HOGEDRUK- REINIGER. Monteer opnieuw de plastic radia- torkap, bumper en de onderhouds- kap in de omgekeerde volgorde van de werkwijze voor het verwijderen. Motorkoelvloeistof Controle motorkoelvloeistofpeil WAARSCHUWING 1. Blijf het voorste deel van de servicekap omhoog houden Controleer het koelvloeistofpeil 2.
  • Pagina 95 OPMERKING: U kunt koelvloeistof- 11. Monteer de vuldop weer. peil controleren aan de zijkant van 12. Sluit en vergrendel het deksel. het expansievat voor koelvloeistof. Aanbevolen motorkoelvloeistof KOELVLOEISTOF BRP-VOORGEMENGD Product KOELVLOEISTOF aanbevolen door (Stuknr. 219 700 362) Gedistilleerd water met Of als alternatief,...
  • Pagina 96 ONDERHOUDSPROCEDURES Vervanging motorkoelvloeistof OPMERKING: Schroef de koelvloei- stofaftapplug niet helemaal los. Koelsysteem aftappen WAARSCHUWING Verwijder de drukdop niet en draai de koelvloeistofaftapplug niet open terwijl de motor heet is, om brandwonden te voorko- men. 1. Verwijder het onderhoudsdek- sel. 2. Verwijder de radiatordop. 1.
  • Pagina 97 ONDERHOUDSPROCEDURES AFTAPPLUG VAN HET KOELSYSTEEM AANDRAAIEN 9 N•m naar 11 N•m 7. Installeer de radiatorslang terug zoals ze was geplaatst voor u ze verwijderde. KLEM RADIATORSLANG 2,5 N•m naar 3.5 N•m 1. Ontluchtingsschroef cilinder achteraan 8. Expansievat koelssyteem over- 2. Verwijder de drukdop. hevelen 3.
  • Pagina 98 ONDERHOUDSPROCEDURES OPMERKING Voer na de vorige 12. Laat het voertuig weer omlaag. stappen ook nog het volgende 13. Verwijder de drukdop en voeg uit, om ervoor te zorgen dat het koelvloeistof toe tot aan de zit- koelsysteem correct wordt leeg- ting van de drukdop in de bij- gemaakt.
  • Pagina 99 ONDERHOUDSPROCEDURES Drijf het motortoerental meermaals Vonkafleiders knalpot even op om de opgehoopte kool- stof uit de knalpotten te stuwen. Reiniging vonkafleider knalpot Stop de motor en laat de knalpot- De knalpotten moeten regelmatig ten afkoelen. worden ontdaan van opgehoopte koolstof. Installeer de reinigingspluggen te- rug.
  • Pagina 100 OPMERKING: De XPS-olie werd lopen. speciaal samengesteld voor de Installeer de aftapplug. smeervereisten van deze tandwiel- kast. BRP raadt stellig aan deze OPMERKING: Reinig de aftapplug XPS-olie te gebruiken. Als de syn- en verwijder alle metalen deeltjes thetische XPS-olie echter niet be- voor u de plug opnieuw installeert.
  • Pagina 101 ONDERHOUDSPROCEDURES LET OP Haal de bougies niet te strak aan om schade aan de motor te vermijden. KOPPEL Bougie 11 N•m CVT-deksel OPMERKING: Sommige illustraties zijn uitgevoerd met de motor uit RECHTERKANT ACHTERSTE CILINDER het voertuig voor meer duidelijk- 1. Bougie heid.
  • Pagina 102 ONDERHOUDSPROCEDURES de plastic klinknagels te verwijde- bereikbaar via de vierkante gaten ren. in de centrale beschermplaat. 3. Trek het paneel er voorzichtig uit. 4. Verwijder de acht plastic klinkna- gels om het opbergvak onder de zitting te verwijderen. 1. Centrale beschermplaat 2.
  • Pagina 103 ONDERHOUDSPROCEDURES AANDRAAIVOLGORDE CVT-DEKSEL 1. Lagere schroeven van het CVT-deksel SCHROEVEN CVT-DEKSEL 2. Schroeven CVT-deksel 3. CVT-deksel Aandraaimoment 7 N•m ± 0.8 N•m 4. Pakking Controleer de binnenkant van de Aandrijfriem CVT-uitlaatslangen aan de voor en achterkant op vuil. Verwijdering aandrijfriem OPMERKING In geval van een defect aan de aandrijfriem, moe-...
  • Pagina 104 ONDERHOUDSPROCEDURES 1. Op riem afgedrukte pijl TYPISCH 2. Aandrijfrol (voor) 1. Trekker/vergrendelingswerktuig 3. Aangedreven rol (achter) 2. Vaste aangedreven rolschijf 4. Draairichting Schuif, zoals weergegeven, de riem OPMERKING: Draai de aangedre- over de bovenrand van de vaste ven riem tot het onderste deel van schijf om de riem te verwijderen.
  • Pagina 105 ONDERHOUDSPROCEDURES Reiniging uitlaatgebied WAARSCHUWING Motor en uitlaat moeten koud zijn voordat u vuil verwijdert. Draag altijd veiligheidshand- schoenen bij het verwijderen van vuil. 1. Verwijder, met de handschoe- nen aan, al het overtollige vuil rondom de uitlaat. 1. Toegangsdeksel accu 2.
  • Pagina 106 ONDERHOUDSPROCEDURES zachte borstel en een natriumcarbo- naat-oplossing. Accu installeren Om de accu te installeren gaat u omgekeerd te werk als bij de ver- wijdering. OPMERKING Als de accukabels niet correct geplaatst worden (omgekeerde polariteit), kan dit schade aan de spanningsregeling toebrengen.
  • Pagina 107 ONDERHOUDSPROCEDURES HOOFDZEKERINGDOOS BESCHRIJVING VERMOGEN Accessoires 2 15 A Brandstofpomp OPMERKING: Zekeringen bevin- den zich in het deksel van de zeke- ringdoos. Lichten TYPISCH Controleer na vervanging altijd of Trek de lamp eruit. het licht wel werkt. Koplamp en richtingaanwijzer vooraan vervangen OPMERKING Raak het glas van een halogeenlamp nooit met de...
  • Pagina 108 ONDERHOUDSPROCEDURES 1. Fitting 2. Lamp Ga voor de installatie omgekeerd te werk als om de lamp te verwijde- 1. Afstelschroeven ren. Achterlicht en richtingaanwijzer Lampen van de standlichten achteraan vervangen vervangen Koppel de connector los. Trek de lamp eruit. Druk de lamp in en draai linksom, om de fitting en de lamp te verwij- Voor de montage gaat u omge- deren.
  • Pagina 109 ONDERHOUDSPROCEDURES VOORZIJDE VOERTUIG ACHTERKANT VOERTUIG 1. Manchetten binnenkant aandrijfas 1. Manchet buitenkant aandrijfas Wiellagers Inspectie wiellagers Hef het voertuig op en ondersteun het. Voor meer informatie, zie HET VOERTUIG OPHEFFEN EN ONDER- STEUNEN in HET HOOFDSTUK VEILIGHEIDSINFORMATIE . Duw en trek aan de bovenrand van de wielen om de speling te voelen.
  • Pagina 110 ONDERHOUDSPROCEDURES ONDERSTEUNEN in HET HOOFD- Bandenspanning STUK VEILIGHEIDSINFORMATIE . WAARSCHUWING Verwijder de moeren en dan het wiel. De bandenspanning heeft een grote invloed op de besturing Wiel monteren en stabiliteit van het voertuig. Breng bij de installatie wat smeer- Door een te lage spanning kan middel tegen het vastvreten op de de band leeglopen en loskomen schroefdraad aan.
  • Pagina 111 ONDERHOUDSPROCEDURES WAARSCHUWING Roteer de banden niet. De ban- den vooraan en achteraan heb- ben een andere maat. De linker- en rechterbanden hebben ver- schillende unidirectionele pro- fielen. TYPISCH Vervanging banden 1. Buitenste hiel band 2. Schouder binnenste beadlockring De banden moeten vervangen worden door een erkende Can-Am 2.
  • Pagina 112 ONDERHOUDSPROCEDURES 7. Controleer de afstand tussen lockklemring, draait u de schroeven het wiel en de beadlockklem- een paar draaien per keer aan. ring, die zou rondom de ring bij- na overal even groot moeten AANDRAAIMOMENT zijn. Beadlockschroeven 3 N•m ± 1 N•m (EERSTE TORSIE) 1.
  • Pagina 113 ONDERHOUDSPROCEDURES 9. Pomp de band op om de binnen- ste hiel op het wiel te plaatsen. Pas steeds veilige praktijken toe, zoals een veiligheidskooi voor banden. WAARSCHUWING Overschrijd nooit de aanbevo- len maximumdruk voor het plaatsen van banden. Ophanging OPHANGING ACHTERAAN- TYPISCH Smering voor- en 1.
  • Pagina 114 ONDERHOUDSPROCEDURES Controleer echter het volgende tussen bezoeken aan uw dealer: Remvloeistofpeil Vloeistoflekkage van het remsys- teem Reinheid van de remmen. WAARSCHUWING Laat het verversen van de rem- vloeistof en alle onderhoud en reparaties aan het remsysteem uitvoeren door erken- TYPISCH deCan-Am dealer.
  • Pagina 115 VERZORGING VAN HET VOERTUIG herschilderd om roest te voorko- Verzorging na gebruik men. voertuig Was de carrosserie indien nodig zoutwateromgeving heeft gebruikt met warm zeepsop (gebruik enkel moet u het afspoelen met zoet mild schoonmaakmiddel). water om het voertuig en al zijn Breng een niet-schurende was aan.
  • Pagina 116 BEWARING EN VOORBEREIDING OP HET RIJSEIZOEN Als u het voertuig langer dan 4 maanden niet gebruikt, is een cor- recte opslag noodzakelijk. Nadat uw voertuig langere tijd was opgeborgen, is een voorbereiding vereist. Raadpleeg een erkende Can-Am dealer om uw voertuig voor te be- reiden voor opslag of voor de start van het rijseizoen.
  • Pagina 117 TECHNISCHE INFORMATIE...
  • Pagina 118 Elke erkende Can-Am dea- ler heeft deze nummers nodig om reparaties onder garantie uit te voeren. Er wordt geen garantie geboden door BRP Inc. als het motoridentificatienummer (E.I.N.) of het voertuigidentificatienummer (V.I.N.) werd verwijderd of onlees- baar werd gemaakt. We raden u...
  • Pagina 119 5W 40-motorolie die voldoet aan de vereisten voor de API-service-classificatie SG, SH of SJ KOELSYSTEEM Mengsel ethylglycol/water (50% koelvloeistof, 50% water). Gebruik voorgemengde koelvloeistof verkocht Type door BRP (Stuknr. 219 700 362) of Koelvloeistof speciaal voor aluminium motoren ontwikkelde koelvloeistof Inhoud 6,81 L...
  • Pagina 120 SPECIFICATIES MODEL 1000 CVT-TRANSMISSIE Type Continu Variabele Transmissie (CVT) Schakeltoerental (TPM) 1850 TPM VERSNELLINGSBAK Dubbel bereik (HI-LO) met PARKEER-stand, Type neutraal en achteruit Inhoud 450 ml Olie voor tandwielkasten Synthetische XPS-olie (Stuknr. 293 600 140) Aanbevolen of 75W 140 API GL5 ELEKTRISCH SYSTEEM Output van de magneetgenerator 625 W @ 6000 RPM...
  • Pagina 121 SPECIFICATIES MODEL 1000 ELEKTRISCH SYSTEEM (vervolg) Hoofdzekering 40 A Accessoires (hoofd) 50 A Niet gebruikt 50 A Snelheidsmeter/ 10 A achterlicht Contact/injectie/ 7,5 A snelheidssensor Engine Control Module (ECM - motorbeheermodule) 4WD-actuator Contactschakelaar Ventilator Zekeringen (stroomonderbreker 25 A zekering) Koplamp 30 A Uitgang gelijkstroom 15 A...
  • Pagina 122 SPECIFICATIES MODEL 1000 BRANDSTOFSYSTEEM Brandstofaflevering Type Elektronische brandstofinjectie (EFI) met iTC Gasklephuis 54 mm met ETA Brandstofpomp Type Elektrisch (in brandstoftank) In ECO-modus 1.250 ± 50 TPM (niet regelbaar) Leegloopsnelheid In sportmodus 1500 ± 50 TPM (niet regelbaar) Type Loodvrije super-benzine 87 op de pomp aangegeven AKI (92 RON) –...
  • Pagina 123 SPECIFICATIES MODEL 1000 BESTURING Stuurwiel Schuin verstelbare stuurkolom Draaistraal 306 cm Totale spoorbreedte (voertuig op de 0° ± 0.2° grond) VOORWIELOPHANGING Type ophanging Dubbele ophangingsarm Veerweg 356 mm Aantal HPG-schokbrekers met extern reservoir. Schokdemper Type Afregelaars duale snelheidscompressie-, schok en veringsdemping ACHTERWIELOPHANGING TTA (Torsional Trailing A-arm Independant) met Type ophanging...
  • Pagina 124 SPECIFICATIES MODEL 1000 REMMEN Twee sets geventileerde remschijven van Voorrem Type 220mm met hydraulische tweezuigerremklauwen Twee geventileerde remschijven van 214mm Achterrem Type met hydraulische enkelzuigerremklauwen Inhoud 250 ml Remvloeistof Type DOT 4 Zadel Zwevend Vooraan Metaal Materiaal remblokken Achteraan Metaal Minimumdikte van de remblokken 1 mm Vooraan...
  • Pagina 125 SPECIFICATIES MODEL 1000 WIELEN Type Aluminium beadlockwielen Vooraan 12 x 6 (in) Velgenmaat Achteraan 12 x 7,5 (in) Wielmoeren aandraaimoment 100 N•m ± 10 N•m CHASSIS Beschermingskooi uit zeer sterk staal, met een diameter van 50 mm Soort kooi en ROPS-goedgekeurd AFMETINGEN Totale lengte 301,8 cm...
  • Pagina 126 Deze pagina is opzettelijk blanco...
  • Pagina 127 OPLOSSEN VAN PROBLEMEN...
  • Pagina 128 RICHTLIJNEN VOOR HET OPLOSSEN VAN PROBLEMEN CVT-RIEM SLIPT DOOR 1. Er is water in de CVT gedrongen. Raadpleeg het hoofdstuk SPECIALE PROCEDURES. DE DISPLAY VAN DE VERSNELLINGSBAKSTAND GEEFT "E" WEER 1. De schakelhendel staat tussen twee standen. Plaats de schakelhendel in de gewenste stand. 2.
  • Pagina 129 RICHTLIJNEN VOOR HET OPLOSSEN VAN PROBLEMEN MOTOR WENTELT MAAR START NIET 1. Verdronken motor (bougie nat bij verwijdering). Als de motor niet start en teveel brandstof bevat, kan de modus verdronken worden geactiveerd om de brandstofinjectie te verhin- deren en de ontsteking te onderdrukken tijdens het starten. Ga als volgt te werk: •...
  • Pagina 130 RICHTLIJNEN VOOR HET OPLOSSEN VAN PROBLEMEN MOTOR MIST ACCELERATIE OF VERMOGEN 1. Veiligheidsgordel niet goed vastgeklikt. Controleer het bericht op de cluster. Maak de veiligheidsgordel vast. 2. Bougie vuil of beschadigd. Vervang de bougies. 3. Motorluchtfilter verstopt of vuil. Controleer de luchtfilter en vervang hem indien nodig. Controleer het motorluchtfilterhuis op vuilafzetting.
  • Pagina 131 RICHTLIJNEN VOOR HET OPLOSSEN VAN PROBLEMEN HET TOERENTAL STIJGT MAAR HET VOERTUIG BEWEEGT NIET 1. Water in de CVT. Tap het water in de CVT af. Zie het hoofdstuk SPECIALE PROCE- DURES. 2. CVT vuil of versleten of riem defect. Neem contact op met een erkende Can-Am dealer.
  • Pagina 132 MELDINGEN OP HET MULTIFUNCTIONELE INSTRUMENTENBORD Als de motor niet goed werkt, kunnen de volgende berichten worden gecombineerd met een verklikkerlichtje. BERICHT BESCHRIJVING ALLE ACTIEVE OF REEDS GEACTIVEERDE STORINGEN WAAR MOET WORDEN NAAR GEKEKEN. MOTORSTORING MOTORBEGRENZING NIET GEACTIVEERD. MOTOR Kritieke storingen die zo snel mogelijk moeten worden gecontroleerd. MANAGEMENT NOOD De motor is begrensd en/of het gedrag van de motor is gewijzigd.
  • Pagina 133 GARANTIE...
  • Pagina 134 Gebeurt dit toch, dan zijn deze niet afdwingbaar van BRP. BRP behoudt zich het recht voor, deze garantie op elk gewenst ogenblik te wijzigen. Dergelijke wijzigingen zullen echter geen invloed hebben op de garantievoorwaarden die van toepassing waren op producten, die tijdens de geldigheidsduur van deze garantie werden verkocht.
  • Pagina 135 BRP of ten gevolge van reparaties door een persoon die geen erkende Can-Am SSV distributeur/dealer met serviceautorisatie is; Schade ten gevolge van misbruik, abnormaal gebruik, verwaarlozing of gebruik van het product op een manier die niet strookt met de aan- bevelingen in de ’Gebruikershandleiding;...
  • Pagina 136 Zoals beschreven in de ’Gebruikershandleiding, moet het vereiste routineonderhoud tijdig worden uitgevoerd om aanspraak te kunnen maken op de garantie. BRP behoudt zich het recht voor, een bewijs van correct onderhoud te vragen als voorwaarde voor prestaties onder garantie.
  • Pagina 137 9) BIJSTAND VOOR DE KLANT 1. In geval van discussie of geschil betreffende deze beperkte garantie, raadt BRP u aan met de Can-Am SSV distributeur/dealer naar een op- lossing voor de kwestie te zoeken. We raden u aan het probleem te bespreken met de servicemanager of zaakvoerder van de erkende Can-Am SSV distributeur/dealer.
  • Pagina 138 Tel.: + 32 9 218 26 00 Neem voor alle andere landen contact op met uw plaatselijke Can-Am SSV distributeur/dealer (bezoek voor contactgegevens onze website op www.brp.com) of neem contact op met ons Noord-Amerikaanse kantoor: BOMBARDIER RECREATIONAL PRODUCTS INC. Customer Assistance Center 75, J.-A.
  • Pagina 139 Gebeurt dit toch, dan zijn deze niet afdwingbaar van BRP. BRP behoudt zich het recht voor, deze garantie op elk gewenst ogenblik te wijzigen. Dergelijke wijzigingen zullen echter geen invloed hebben op...
  • Pagina 140 BRP BEPERKTE GARANTIE VAN BRP VOOR DE EUROPESE ECONOMISCHE RUIMTE, HET RUSSI- ® SCHE GEMENEBEST EN TURKIJE: 2014 CAN-AM de garantievoorwaarden die van toepassing waren op producten, die tijdens de geldigheidsduur van deze garantie werden verkocht. 3) UITSLUITINGEN ZIJN NIET GEWAARBORGD...
  • Pagina 141 BRP BEPERKTE GARANTIE VAN BRP VOOR DE EUROPESE ECONOMISCHE RUIMTE, HET RUSSI- ® SCHE GEMENEBEST EN TURKIJE: 2014 CAN-AM Houd er rekening mee dat de duur en andere modaliteiten van de garantie onderworpen zijn aan de toepasselijke nationale en lokale wetgeving in uw land.
  • Pagina 142 BRP BEPERKTE GARANTIE VAN BRP VOOR DE EUROPESE ECONOMISCHE RUIMTE, HET RUSSI- ® SCHE GEMENEBEST EN TURKIJE: 2014 CAN-AM tieke SSV onderdelen van Can-Am zonder kosten voor onderdelen en werkuren bij alle erkende Can-Am SSV distributeurs/dealers tijdens de garantietermijn en onder de hierboven genoemde voorwaarden. De ver- antwoordelijkheid van BRP blijft beperkt tot de uitvoering van de vereiste reparaties of vervangingen van onderdelen.
  • Pagina 143 De gegevens van uw distributeur/dealer zijn terug te vinden op www.brp.com. * In de EER worden de producten verdeeld en wordt service verleend door BRP European Distribution S.A. en andere filialen van BRP. © 2013 Bombardier Recreational Products Inc. Alle rechten voorbehouden.
  • Pagina 144 BRP BEPERKTE GARANTIE VAN BRP VOOR DE EUROPESE ECONOMISCHE RUIMTE, HET RUSSI- ® SCHE GEMENEBEST EN TURKIJE: 2014 CAN-AM BIJKOMENDE VOORWAARDEN UITSLUITEND VOOR FRANKRIJK De volgende voorwaarden gelden uitsluitend voor producten die in Frankrijk zijn verkocht: De verkoper levert goederen die in overeenstemming zijn met het contract en is verantwoordelijk voor defecten die aanwezig zijn bij de levering.
  • Pagina 145 KLANTENINFORMATIE...
  • Pagina 146 BESCHERMING VAN DE PRIVACY Bij deze deelt BRP u mee dat uw contactgegevens zullen worden gebruikt voor veiligheids- en garantiegebonden doeleinden. Bovendien kunnen BRP en zijn dochtermaatschappijen hun klantenlijsten gebruiken om marketing en promotionele informatie over BRP en gerelateerde producten te verdelen.
  • Pagina 147 Gelieve ingeval van verandering van eigenaar een bewijs toe te voegen dat de vroegere eigenaar met de overdracht heeft ingestemd. Wanneer u BRP op de hoogte brengt, zelfs nadat de beperkte garantie is afgelopen, kan BRP u bereiken indien dit nodig zou zijn, bijvoorbeeld als er voertuigen zouden worden teruggeroepen om veiligheidsredenen.
  • Pagina 148 VERANDERING VAN ADRES/EIGENAAR...
  • Pagina 149 VERANDERING VAN ADRES/EIGENAAR...
  • Pagina 150 VERANDERING VAN ADRES/EIGENAAR...
  • Pagina 151 VERANDERING VAN ADRES/EIGENAAR...
  • Pagina 152 VERANDERING VAN ADRES/EIGENAAR OPMERKINGEN OPMERKINGEN...
  • Pagina 153 VERANDERING VAN ADRES/EIGENAAR OPMERKINGEN OPMERKINGEN...
  • Pagina 154 Deze pagina is opzettelijk blanco...