Can-Am side-by-side- voor uzelf of andere weggebrui- voertuig. U geniet de beperkte kers. BRP-garantie en kunt steeds een beroep doen op een netwerk van Lees tevens alle veiligheidslabels erkende Can-Am dealers voor de op uw voertuig en bekijk de VEILIG- nodige onderdelen, accessoires of HEIDSFILM .
De informatie in dit document is correct op het moment van publica- tie. BRP voert echter een beleid van continue verbetering van zijn producten, zonder dat dit enige verbintenis inhoudt tot uitrusting van eerder vervaardigde producten...
INHOUDSOPGAVE VOORWOORD..................1 INFORMEER U VOOR U VERTREKT..........1 VEILIGHEIDSAANWIJZINGEN............1 INFO OVER DEZE GEBRUIKERSHANDLEIDING.......2 VEILIGHEIDSINFORMATIE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN............8 KOOLMONOXIDEVERGIFTIGING VERMIJDEN........8 BRANDSTOFBRANDEN EN ANDERE GEVAREN VERMIJDEN..8 BRANDWONDEN DOOR HETE ONDERDELEN VERMIJDEN..8 ACCESSOIRES EN AANPASSINGEN..........8 VEILIG GEBRUIK - VERANTWOORDELIJKHEDEN......10 EIGENAAR - NEEM UW VERANTWOORDELIJKHEID OP....10 BESTUURDER - WEET WAT U DOET EN NEEM UW VERANT- WOORDELIJKHEID OP..............10 VOORZICHTIG RIJDEN..............11 BEVESTIGINGSSYSTEEM BESTUURDER EN PASSAGIER.....12...
Pagina 6
INHOUDSOPGAVE SECUNDAIRE BEDIENINGSELEMENTEN..........50 1) CONTACTSCHAKELAAR EN -SLEUTELS........50 2) MOTORSTARTKNOP..............52 3) MULTIFUNCTIONELE HENDEL...........53 4) KNIPPERLICHTSCHAKELAAR.............53 5) 2WD/4WD-SCHAKELAAR............53 6) SPORT/ECO MODUS SCHAKELAAR...........54 7) LIERSCHAKELAAR (VOOR MODELLEN MET EEN LIER)...54 8) OPHEFSCHAKELAAR..............55 9) DPS-SCHAKELAAR (MODELLEN MET DPS).......56 10) VERGRENDELING SCHAKELHENDEL........56 MULTIFUNCTIONELE METER (LCD, ALLEEN DPS-MODELLEN)..57 BESCHRIJVING MULTIFUNCTIONELE WEERGAVE.......57 MODI MULTIFUNCTIONELE METER..........58 MODUS STORINGSCODE...............61...
Pagina 7
INHOUDSOPGAVE BRANDSTOF..................83 VEREISTE BRANDSTOF..............83 TANKPROCEDURE................83 EEN BENZINEBIDON VULLEN............84 INRIJPERIODE..................85 GEBRUIK TIJDENS DE INRIJPERIODE..........85 BASISPROCEDURES................86 DE MOTOR STARTEN..............86 SCHAKELEN..................86 HET JUISTE BEREIK KIEZEN (LAAG OF HOOG)......86 DE MOTOR UITZETTEN EN HET VOERTUIG PARKEREN....87 TIPS VOOR HET MAXIMALISEREN VAN DE LEVENSDUUR VAN DE AANDRIJFRIEM................87 SPECIALE PROCEDURES..............89 WAT ALS U VERMOEDT DAT ER WATER IN DE CVT ZIT?....89...
Pagina 8
MELDINGEN OP HET MULTIFUNCTIONELE INSTRUMENTEN- BORD....................144 GARANTIE INTERNATIONALE BEPERKTE GARANTIE VAN BRP: 2017 CAN- AM® SSV...................146 BEPERKTE GARANTIE VAN BRP VOOR DE EUROPESE ECONOMI- SCHE RUIMTE, HET RUSSISCHE GEMENEBEST EN TURKIJE: 2017 CAN-AM® SSV..................151 KLANTENINFORMATIE BESCHERMING VAN DE PRIVACY...........158 CONTACT OPNEMEN................159 NOORD-AMERIKA.................159...
Brandstofbranden en BRP zijn goedgekeurd. Omdat zul- ke aanpassingen niet door BRP zijn andere gevaren vermij- getest, kan dit een verhoogd risico op ongevallen of letsel met zich meebrengen en het voertuig onwet- Benzine is uiterst brandbaar en zeer telijk maken.
Pagina 11
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN beeld invloed hebben op de be- stuurbaarheid en mogelijk ongeluk- ken veroorzaken. Contacteer uw erkende Can-Am dealer voor de accessoires die voor uw voertuig beschikbaar zijn. VEILIGHEIDSINFORMATIE...
VEILIG GEBRUIK - VERANTWOORDELIJKHEDEN nen aannemen: met de rug tegen Voorzichtig rijden de rugsteun leunen en de gordel Dit voertuig besturen is heel vastgemaakt, het stuur met beide anders dan rijden met andere handen vasthouden en nog steeds voertuigen. Als u de nodige in staat zijn de rem- en gaspedalen voorzorgen niet neemt, is een volledig in te drukken met de rech-...
VEILIG GEBRUIK - VERANTWOORDELIJKHEDEN Overschrijd nooit de aangege- Volg om bergop of bergaf te rij- ven maximale lading van dit den altijd de juiste procedures voertuig. De lading moet correct die u in het hoofdstuk het worden vastgemaakt. Rijd tra- VOERTUIG BESTUREN vindt.
VEILIG GEBRUIK - VERANTWOORDELIJKHEDEN Zorg er steeds voor dat u het Houd u altijd aan de wegcode, voertuig correct parkeert op het wanneer u zich met uw voertuig vlakste stuk van het terrein. Zet op de openbare weg begeeft, de schakelhendel in de PAR- zelfs op een aardeweg of grind- KEER-stand, stop de motor, pad.
INSPECTIE VOOR HET VERTREK Inspecteer uw voertuig altijd en kijk na of het in goede staat verkeert voordat u gaat rijden. Volg altijd het onderhoudsschema zoals in deze Gebruikershandleiding beschreven. WAARSCHUWING Voer voor ieder vertrek een inspectie uit om potentiële problemen onderweg voor te zijn.
Pagina 17
INSPECTIE VOOR HET VERTREK TE INSPECTEREN TE INSPECTEREN ITEMS Lading: Respecteer het maximale laadvermogen van 272 kg als u een lading vervoert. Zorg ervoor dat de lading goed aan de laadbak achteraan is bevestigd. Lading voertuig: Zorg ervoor dat de totale lading op het voertuig (inclusief bestuurder, passagier, lading, disselgewicht en Lading accessoires) niet meer weegt dan 363 kg.
Pagina 18
INSPECTIE VOOR HET VERTREK TE INSPECTEREN TE INSPECTEREN ITEMS Druk het gaspedaal een paar keer volledig in om ervoor ze zorgen Gaspedaal dat het goed ingedrukt kan worden en terugkeert naar de ruststand wanneer u het loslaat. Druk het rempedaal in en zorg ervoor dat u een sterke weerstand Rempedaal voelt en dat het terugkeert naar de ruststand wanneer u het loslaat.
VOORBEREIDEN OP RIJDEN Voor u vertrekt Voer de inspectie voor het vertrek uit om te bevestigen dat uw voer- tuig veilig werkt. Raadpleeg het hoofdstuk INSPECTIE voor het vertrek. Bestuurder en passagier moeten: De juiste zithouding aannemen. Beide zij-netten vastmaken en de veiligheidsgordels vastklik- ken.
Pagina 20
VOORBEREIDEN OP RIJDEN voor uw eigen veiligheid dus kant uit nylon of leder en met ver- steeds een helm tijdens het rijden. wijderbare vilten inlegzolen. Vermijd rubberlaarzen. Rubberlaar- Een helm kiezen zen kunnen vast komen te zitten Helmen moeten vervaardigd zijn achter of tussen de pedalen, waar- volgens de normen die van toepas- door u het gas- en rempedaal niet...
Pagina 21
VOORBEREIDEN OP RIJDEN omstandigheden kan de juiste be- schermende kleding zoals een windbestendige jas en isolerende lagen kleding essentieel zijn. Zelfs wanneer u in gematigde tempera- turen rijdt, kunt u het erg koud hebben omwille van de wind. Beschermende kleding geschikt voor rijden in koud weer kan te warm zijn wanneer u stopt.
ONGEVALLEN VERMIJDEN Probeer nooit donuts, skids, sli- Kantelen en omrollen des, fishtails, sprongen of ande- vermijden re stunts. Als het voertuig be- gint te slippen of te schuiven, Side-by-sides besturen is heel an- stuur dan in de richting waarin ders dan rijden met andere voertui- het voertuig slipt of schuift.
ONGEVALLEN VERMIJDEN Matig uw snelheid en volg de geen airbags, is de cockpit niet instructies in deze handleiding volledig gesloten en is het voertuig voor het vervoer van lasten en niet ontworpen voor botsingen met het trekken van een aanhangwa- andere voertuigen.
RIJDEN MET UW VOERTUIG worden om ervoor te zorgen dat Praktische oefeningen het voertuig niet omkantelt. Voor u een ritje maakt, is het erg belangrijk dat u vertrouwd wordt Oefeningen U-bochten met het besturen van uw voertuig Oefen het maken van U-bochten door te oefenen in een gecontro- Versnel geleidelijk aan en blijf leerde omgeving.
RIJDEN MET UW VOERTUIG Plaats een verkeerskegel aan heerst en begeef u nooit op zeer beide zijden van het voertuig steil of verraderlijk terrein. naast elk achterwiel. Rijd vooruit Algemene rijtechnieken tot u de verkeerskegels kunt zien en stop het voertuig. Neem Algemene tips voor rijden nota van de afstand nodig om de obstakels achter u te zien.
RIJDEN MET UW VOERTUIG dat u geen objecten buiten het Rijden over verharde voertuig raakt. oppervlakken Kijk uit voor en vermijd takken en Vermijd verharde wegen. Dit voer- andere objecten die de cockpit tuig is niet ontworpen om te rijden kunnen binnendringen en u of uw op verharde wegen en loopt meer passagier raken.
Pagina 27
RIJDEN MET UW VOERTUIG Als dit voertuig over een be- zou komen te zitten of helemaal sneeuwd pad rijdt, hebben de wie- geen tractie meer zou hebben in len minder tractie, waardoor het de sneeuwbrij. Kijk ver voor u uit voertuig anders gaat reageren op en wees altijd alert voor zichtbare de inputs van de bestuurder.
Pagina 28
RIJDEN MET UW VOERTUIG Rijden op kiezel, losse stenen of Rijden over heuvels andere gladde oppervlakken Er zijn twee zaken van belang wanneer u op heuvels of hellingen Rijden op losse stenen of kiezel lijkt rijdt: wees voorbereid op gladde sterk op rijden op ijs.
Pagina 29
RIJDEN MET UW VOERTUIG keren. Rijd nooit een heuvel af met Steile dalingen de motor in neutraal. Ga niet hard Dit voertuig is niet ontworpen voor op de rem staan. Dit verhoogt het steile dalingen. Dit voertuig zal risico op kantelen. doorgaans stoppen als de voor- of achterwielen over een steile daling Bergaf rijden...
Pagina 30
RIJDEN MET UW VOERTUIG Informeer voor uw vertrek iemand naar huis". Laat geen afval achter. over uw geplande bestemming en Maak geen kampvuur tenzij u hier- het tijdstip waarop u vermoedelijk voor toelating heeft, en dan alleen terugkeert. ver genoeg van droge plaatsen. De gevaren die u veroorzaakt op uw Neem, afhankelijk van de afstand weg kunnen anderen en uzelf...
LADINGEN VERPLAATSEN EN WERKEN Werken met uw voertuig Uw voertuig kan u helpen bij een aantal uiteenlopende LICHTE taken, gaande van sneeuw ruimen tot hout slepen of een last vervoeren. Hiervoor is een waaier van accessoires te verkrijgen bij uw erkende Can-Am dealer. Om verwondingen te voorkomen moet u de instructies en waarschuwin- gen volgen die bij het accessoire zitten.
Pagina 32
LADINGEN VERPLAATSEN EN WERKEN De laadbak laden OPMERKING Zorg ervoor dat u tijdens het laden of lossen het maximumgewicht van 100 kg op geen van beide achterkleppen overschrijdt. Plaats de lading zo laag mogelijk. –Een hogere lading kan het zwaartepunt van het voertuig omhoog brengen, wat het minder stabiel kan maken.
Pagina 33
LADINGEN VERPLAATSEN EN WERKEN VOORBEELDEN VAN LADINGEN IN DE LAADBAK LADING BOVENSTE LADING ONDERSTE TOTALE LADING DEEL LAADBAK DEEL LAADBAK LAADBAK 0 kg 272 kg 272 kg 100 kg 172 kg 272 kg 181 kg 91 kg 272 kg VEILIGHEIDSINFORMATIE...
Pagina 34
LADINGEN VERPLAATSEN EN WERKEN Rijden in geladen toestand WAARSCHUWING Matig uw snelheid en draai geleide- lijk aan wanneer u ladingen ver- Zorg ervoor dat uzelf en ande- voert. Vermijd hellingen en ruig re personen weg van de laad- terrein. Voorzie een langere remaf- bak en de plaats waar deze op stand.
OPMERKING OPMERKING Om aanhangwa- Om aanhangwa- gens te trekken, moet op het gens te trekken moet een achter- voertuig een door BRP goedge- aan het voertuig een haakplaat keurde trekhaak worden gemon- goedgekeurd door BRP worden teerd. geïnstalleerd. Trek nooit een lading door deze aan...
Pagina 36
LADINGEN VERPLAATSEN EN WERKEN Blokkeer de wielen van het voer- tuig en de aanhangwagen wanneer u stopt of parkeert, zodat ze niet kunnen wegrollen. Wees voorzichtig wanneer u een geladen aanhangwagen loskoppelt; de wagen of de lading kan op u of anderen vallen.
BELANGRIJKE LABELS OP HET PRODUCT Veiligheidslabels Lees alle veiligheidslabels op uw voertuig aandachtig door. Deze labels zijn bevestigd op het voertuig voor de veiligheid van de bestuurder, passagier en omstan- ders. De volgende labels bevinden zich op uw voertuig en moeten als vas- te onderdelen van het voertuig worden beschouwd.
Pagina 38
BELANGRIJKE LABELS OP HET PRODUCT TYPISCH TYPISCH VEILIGHEIDSINFORMATIE...
Pagina 39
BELANGRIJKE LABELS OP HET PRODUCT TYPISCH VEILIGHEIDSINFORMATIE...
Pagina 40
BELANGRIJKE LABELS OP HET PRODUCT LABEL 1 VEILIGHEIDSINFORMATIE...
Pagina 41
BELANGRIJKE LABELS OP HET PRODUCT LABEL 4 LABEL 2 LABEL 3 VEILIGHEIDSINFORMATIE...
Pagina 42
BELANGRIJKE LABELS OP HET PRODUCT LABEL 5 LABEL 6 VEILIGHEIDSINFORMATIE...
Pagina 43
BELANGRIJKE LABELS OP HET PRODUCT LABEL 8 LABEL 7 LABEL 9 LABEL 10 VEILIGHEIDSINFORMATIE...
Pagina 44
BELANGRIJKE LABELS OP HET PRODUCT LABEL 12 LABEL 11 Maak de lading ALTIJD vast. LABEL 13 VEILIGHEIDSINFORMATIE...
Pagina 45
BELANGRIJKE LABELS OP HET PRODUCT LABEL 14 LABEL 15 LABEL 16 LABEL 17 LABEL 18 VEILIGHEIDSINFORMATIE...
BELANGRIJKE LABELS OP HET PRODUCT Conformiteitslabels Deze labels geven weer of het voertuig conform is. TYPISCH 1. Conformiteitslabels onder het hand- schoenvak BOVENOP DE RECHTERZIJDE VAN DE KOOI Technische informatiela- bels LOCATIE: OP DEKSEL MOTORLUCHTFIL- TERHUIS VEILIGHEIDSINFORMATIE...
PRIMAIRE BESTURINGSELEMENTEN Het is belangrijk te weten waar de besturingselementen zich bevinden en hoe u ze moet bedienen, om ze vlot en gecoördineerd te leren bedie- nen. OPMERKING: Some veiligheidslabels op het vaartuig worden niet op af- beeldingen weergegeven. Voor informatie over veiligheidslabels voor voertuigen, raadpleegt u het onderdeel VEILIGHEIDSLABELS VOOR VOERTUIGEN .
PRIMAIRE BESTURINGSELEMENTEN LET OP Wanneer u met de duimen rond het stuur geklemd op ruige paden rijdt of een hindernis neemt, kan het stuur plots opzij worden getrokken, met verwondin- gen aan de handen of polsen tot gevolg. Modellen met DPS Dankzij DPS kost het minder inspan- ning om het stuur te draaien.
Pagina 50
PRIMAIRE BESTURINGSELEMENTEN 1. Schakelhendel 2. Parkeren 3. Achteruit NORMAAL: SCHAKELHENDEL KAN IN 4. Neutraal PARKEERSTAND WORDEN VASTGEZET 5. Hoog toerental (vooruit) 1. Vergrendelsleutel schakelhendel 6. Laag toerental (vooruit) Bij het voertuig worden er twee Het voertuig moet gestopt worden vergrendelsleutels geleverd. en de remmen moeten ingescha- keld worden voor u een versnelling WAARSCHUWING...
Pagina 51
PRIMAIRE BESTURINGSELEMENTEN Hoog toerental (Vooruit) In deze stand wordt het overbren- gingsmechanisme in een hoge versnelling geschakeld. Dit is het toerentalbereik voor normaal rijden. In deze stand kan het voertuig zijn maximumsnelheid bereiken. Laag toerental (Vooruit) In deze stand wordt het overbren- gingsmechanisme in een lage ver- snelling geschakeld.
SECUNDAIRE BEDIENINGSELEMENTEN OPMERKING: Some veiligheidslabels op het vaartuig worden niet op af- beeldingen weergegeven. Voor informatie over veiligheidslabels voor voertuigen, raadpleegt u het onderdeel VEILIGHEIDSLABELS VOOR VOERTUIGEN . TYPISCH 1) Contactschakelaar en -sleutels Contactschakelaar De contactschakelaar bevindt zich bovenaan op de console. TYPISCH 1.
Pagina 53
SECUNDAIRE BEDIENINGSELEMENTEN Contactsleutels Soorten sleutels Dit voertuig kan worden bestuurd met 3 verschillende soorten con- tactsleutels: Normale sleutel (grijs) Performance key (Prestatiesleu- tel - zwart) Optionele werksleutel (oranje). Het soort sleutel is afhankelijk van de kleur. STANDEN CONTACTSCHAKELAAR 1. UIT WAARSCHUWING 2.
SECUNDAIRE BEDIENINGSELEMENTEN het bijvoorbeeld mogelijk dat de de motor toe voor sleutels die het bestuurders de normale sleutel herkent. verkiezen. 2) Motorstartknop Prestatiesleutel De motorstartknop bevindt zich op Het voertuig wordt geleverd met de console bovenaan. Wanneer u twee prestatiesleutels, waarmee deze ingedrukt houdt, wordt de de gebruiker het volledige vermo- motor aangezet.
SECUNDAIRE BEDIENINGSELEMENTEN multifunctionele hendel naar bene- 3) Multifunctionele hen- den. Om de richtingaanwijzers naar RECHTS te activeren, duwt u de Keuze groot/klein licht multifunctionele hendel naar boven. Plaats de multifunctionele hendel terug in de middenste stand om de richtingaanwijzers te stoppen. 4) Knipperlichtschake- laar 1.
SECUNDAIRE BEDIENINGSELEMENTEN TYPISCH TYPISCH 1. Keuzeschakelaar 2WD/4WD 1. Sport/ECO-schakelaar Met deze schakelaar wisselt u tus- De sportinstelling biedt een nauw- sen 2-wielaandrijving en 4-wielaan- keuriger reactie van het gaspedaal. drijving wanneer het voertuig stil- OPMERKING: De sportmodus staat en de motor draait. wordt geactiveerd met alle soorten OPMERKING Het voertuig moet...
SECUNDAIRE BEDIENINGSELEMENTEN WAARSCHUWING Gebruik de ophefschakelaar al- leen om het voertuig uit de modder of een andere zachte ondergrond te halen. Gebruik de opheffunctie niet voor norma- le werking in achteruit. Zo zou u aan een te hoge snelheid achteruit kunnen rijden, waar- door het risico op controlever- lies groter kan worden.
SECUNDAIRE BEDIENINGSELEMENTEN meter om te bevestigen dat de functie is geactiveerd. 2. Om de opheffunctie uit te schakelen, laat u de ophefscha- kelaar gewoon los. 9) DPS-schakelaar (Mo- dellen met DPS) De DPS-schakelaar wordt gebruikt om de DPS-modus (Dynamic Po- wer Steering) te wijzigen.
MULTIFUNCTIONELE METER (LCD, ALLEEN DPS-MODELLEN) multifunctionele weergave (LCD) bevindt zich op de stuurko- lom. WAARSCHUWING De display niet aanpassen ter- wijl u rijdt. Daardoor kunt u de controle over het stuur verlie- zen. 1. Versnelling Beschrijving multifuncti- Weergave Functie onele weergave Parkeren Achteruit Neutraal...
MULTIFUNCTIONELE METER (LCD, ALLEEN DPS-MODELLEN) 5) 4WD-verklikkerlichtje 10) Verklikkerlichtje veiligheidsgordel Als dit lichtje BRANDT, betekent dit dat het 4WD-systeem actief is. Als dit lichtje BRANDT, betekent 6) Verklikkerlichtje te laag dit dat de veiligheidsgordel van de brandstofpeil bestuurdersstoel niet is vastgeklikt. 11) Verklikkerlichtje sportmodus Als dit verklikkerlichtje BRANDT, betekent dit dat er in de brandstof-...
Pagina 61
MULTIFUNCTIONELE METER (LCD, ALLEEN DPS-MODELLEN) Tripmeter (TP) De tripmeter registreert de afgeleg- de afstand sinds de laatste reset. De afgelegde afstand verschijnt in kilometer of mijl. Combinatiemodus In deze modus toont het hoofd- scherm de voertuigsnelheid en het motortoerental (RPM). Hij kan worden gebruikt om het bereik van de brandstoftank te be- palen of de afstand tussen 2 pun-...
MULTIFUNCTIONELE METER (LCD, ALLEEN DPS-MODELLEN) Berichtweergavemodus Belangrijke berichten kunnen worden weergegeven op het hoofdscherm. Raadpleeg de onderstaande tabel. Als er een abnormale motortoestand optreedt, kan een bericht worden gecombineerd met een verklikkerlichtje. Zie het hoofdstuk OPLOSSEN VAN PROBLEMEN voor meer informatie. BERICHT BESCHRIJVING (NORMALE BEDIENING)
MULTIFUNCTIONELE METER (LCD, ALLEEN DPS-MODELLEN) BERICHT BESCHRIJVING (NORMALE BEDIENING) ONDERHOUD Weergegeven op de meter wanneer het voertuig binnenkort een periodiek onderhoud nodig heeft. NOODZAKELIJK Weergegeven als de riembescherming actief is bij hoog toerental. Lage versnelling (Indien op uw model beschikbaar en ingeschakeld). Ga als volgt te werk om de mel- Navigeren in de LCD- ding ONDERHOUD NOODZAKE-...
MULTIFUNCTIONELE METER (LCD, ALLEEN DPS-MODELLEN) Tijdelijke weergavemodus In de tijdelijke weergavemodus zijn de volgende functies beschikbaar: Kilometerteller Klok Tripmeter (terugstelbaar) Tripmeter (terugstelbaar) Motorurenmeter. Houd de keuzetoets ingedrukt om 1. Keuzetoets over te schakelen van de standaard 2. Tijd naar een van de tijdelijke weergave- 1.
Pagina 65
MULTIFUNCTIONELE METER (LCD, ALLEEN DPS-MODELLEN) Taalselectie De taal van de meter kan worden gewijzigd. Raadpleeg een erkende Can-Am dealer voor de beschikbare talen en om de meter in te stellen op uw voorkeur.
MULTIFUNCTIONELE METER (ANALOOG/DIGITAAL, XT-MODELLEN) Beschrijving multifunctionele weergave De multifunctionele meter (analoog/digitaal) bevindt zich op de stuurkolom. De multifunctionele meter (analoog/digitaal) bestaat uit een digitale meter en twee analoge meters (snelheidsmeter en toerenteller). De grafieken met de motortemperatuur en het brandstofpeil zitten in de digitale meter.
Pagina 67
MULTIFUNCTIONELE METER (ANALOOG/DIGITAAL, XT-MODELLEN) 1) Analoge snelheidsmeter Meet de snelheid van het voertuig in km/u of mph. 2) MODE-knop (M - Modus) Door de MODE-knop (M) in te drukken, bladert u door de functies van de digitale hoofddisplay. VOLGORDE FUNCTIES OPTIES Druk op SET (S) om te scrollen, selecteer de Het numerieke display knippert.
Pagina 68
MULTIFUNCTIONELE METER (ANALOOG/DIGITAAL, XT-MODELLEN) 4) Analoge toerenteller (RPM) Meet het aantal toeren per minuut (RPM). Vermenigvuldig het getal met 1.000 om het reële toerental te verkrijgen.
Pagina 69
MULTIFUNCTIONELE METER (ANALOOG/DIGITAAL, XT-MODELLEN) 5) Verklikkerlichtjes Verklikkerlichtjes informeren u bij verschillende omstandigheden of pro- blemen. Een verklikkerlichtje kan alleen of in combinatie met een ander lichtje knipperen. INDICATORLICHTJE(S) BESCHRIJVING Alle verklikkerlichtjes worden geactiveerd wanneer de Alle verklikkerlichtjes contactschakelaar AAN wordt gezet en de motor niet wordt gestart.
Pagina 70
MULTIFUNCTIONELE METER (ANALOOG/DIGITAAL, XT-MODELLEN) Er kunnen ook belangrijke meldingen worden weergegeven. Raadpleeg de onderstaande tabel. Als er een abnormale motortoestand optreedt, kan een bericht worden gecombineerd met een verklikkerlichtje. Zie het hoofdstuk OPLOSSEN VAN PROBLEMEN voor meer informatie. MELDING BESCHRIJVING BRAKE Melding weergegeven als de remmen langer dan 15 seconden aan een stuk worden geactiveerd.
MULTIFUNCTIONELE METER (ANALOOG/DIGITAAL, XT-MODELLEN) kan worden weergegeven. Zie de Ga als volgt te werk om de mel- knop MODE (M) in dit onderdeel. ding ONDERHOUD NOODZAKE- LIJK te wissen: 12) Lampje 2WD/4WD 1. Zet de schakelhendel in de Als dit lichtje BRANDT, betekent PARKEER-stand.
Pagina 72
MULTIFUNCTIONELE METER (ANALOOG/DIGITAAL, XT-MODELLEN) Taal instellen De taal van de meter kan worden gewijzigd. Raadpleeg een erkende Can-Am dealer voor de beschikbare talen en om de meter in te stellen op uw voorkeur.
UITRUSTING OPMERKING: Some veiligheidslabels op het vaartuig worden niet op af- beeldingen weergegeven. Voor informatie over veiligheidslabels voor voertuigen, raadpleegt u het onderdeel VEILIGHEIDSLABELS VOOR VOERTUIGEN . TYPISCH TYPISCH...
UITRUSTING TYPISCH 1) Schuin verstelbare WAARSCHUWING stuurkolom Pas de hoogte van het stuur U kunt de hoogte van het stuur nooit aan terwijl u rijdt. U kunt aanpassen. de controle over uw voertuig verliezen. Pas de hoogte van het stuur aan zodat het ter hoogte van uw borst en niet ter hoogte van uw hoofd 2) Bekerhouders...
UITRUSTING OPMERKING: Gebruik de beker- houders niet terwijl u in moeilijke omstandigheden rijdt. 3) Handgrepen passagier De passagier heeft toegang tot een handgreep vooraan, boven het handschoenvak voor zijn stoel. In het midden van het voertuig, op de console onderaan is er even- eens een linkerhandgreep beschik- baar.
UITRUSTING 8) Schouderbeschermers WAARSCHUWING Het voertuig is uitgerust met Bestuur het voertuig nooit zon- schouderbeschermers om het vol- der dat beide zijnetten geplaatst ledige lichaam van bestuurder en en vastgemaakt zijn. passagier in het voertuig vast te maken. 9) Veiligheidsgordels Het voertuig is uitgerust met drie- puntsgordels om bestuurder en passagier te beschermen bij bot-...
UITRUSTING WAARSCHUWING WAARSCHUWING Er is geen verklikkerlichtje of Verschuif de stoel nooit terwijl bericht voor de veiligheidsgor- u rijdt. del van de passagier. De be- De bestuurdersstoel kan makkelijk stuurder is verantwoordelijk uit het voertuig worden genomen: voor de veiligheid van de passa- gier en moet ervoor zorgen dat Maak de vergrendeling los tus- de passagier de veiligheidsgor-...
UITRUSTING Als u langer dan 30 seconden lang de lier inhaalt, wordt het tevens aanbevolen het toerental van de motor te verhogen tot het bereik van 3000 rpm, zodat de laadspan- ning voor de accu hoger wordt. OPMERKING: Zorg ervoor dat het voertuig in NEUTRAAL (N) staat, voordat u het toerental van de mo- tor verhoogt.
UITRUSTING WAARSCHUWING Pas de spiegel niet aan tijdens het rijden. Daardoor kunt u de controle over het stuur verlie- zen. 16) Laadbak Het voertuig is uitgerust met een kantelbare laadbak met 2 niveaus. 1. Meer laadruimte De laadbak kan voor verschillende 2.
UITRUSTING Voor meer informatie, zie LADING VERVOEREN in het hoofdstuk VEI- LIGHEIDSINFORMATIE . 18) Ankerhaken In de laadbak zitten er 4 ankerha- ken, waarmee de lading in de laad- bak vastgemaakt kan worden. 19) Bovenste achterklep Het bovenste gedeelte van de laadbak kan worden gesloten met een achterklep.
UITRUSTING TYPISCH 1. Onderste achterklep 2. Onderste deel OPMERKING Plaats tijdens het 1. 12-volt-voedingsuitgang laden of lossen niet meer dan Verwijder het beschermkapje voor 100 kg op de onderste achterklep. gebruik Sluit steeds de onderste achter- Overschrijd het nominale vermogen klep voor u gaat rijden.
UW RIT AANPASSEN Richtlijnen voor het af- FABRIEKSINSTELLINGEN OPHANGING ACHTERAAN stellen van de ophan- ging INSTELLING FABRIEKSINSTELLING Het rijgedrag en comfort van uw Positie regelnok 1 voertuig zijn afhankelijk van de afre- Veervoorbelasting (zacht) geling van de ophanging. Ophanging afstellen WAARSCHUWING De afstelling van de ophanging Afregeling veervoorbelasting...
UW RIT AANPASSEN TYPISCH 1. Draai aan de regelnokken 2. Zacht afregelen 3. Hard afregelen 1. DPS-schakelaar DPS-functie 2. Controleer de multifunctionele meter om uw actieve DPS-mo- De toepasselijke modellen zijn uit- dus te bevestigen. gerust met een dynamische servos- tuurregeling of DPS (Dynamic Po- wer Steering).
Pagina 84
UW RIT AANPASSEN Om de DPS-modus te veranderen, gaat u als volgt te werk: 1. Houd de DPS schakelaar 2 se- conden ingedrukt om naar de volgende instelling te gaan. 2. Laat de DPS schakelaar los. 3. Herhaal tot de gewenste instel- ling is geselecteerd.
BRANDSTOF OPMERKING Experimenteer Vereiste brandstof nooit met andere brandstoffen. OPMERKING Gebruik altijd ver- Gebruik van ongeschikte brand- se benzine. Benzine oxideert, stof kan motor- of systeemscha- waardoor het octaangetal daalt, de veroorzaken. vluchtige ingrediënten vervliegen Tankprocedure en er gomvorming en aanslag ontstaan, die uw brandstofsys- teem kunnen beschadigen.
BRANDSTOF Een benzinebidon vullen WAARSCHUWING Sla brandstof uitsluitend op in goedgekeurde benzinebidons. Vul de binzinebidon nooit ter- wijl deze in de laadbak of op het voertuig staat - de brand- stof kan ontvlammen door statische elektriciteit. 1. Dop brandstoftank WAARSCHUWING Als u een drukverschil vaststelt (fluitend geluid terwijl u de tankdop losdraait), laat uw...
INRIJPERIODE Gebruik tijdens de inrij- periode Het voertuig heeft een inrijperiode van 300 km of 10 bedrijfsuren no- dig. Motor Tijdens de inrijperiode: Geef geen plankgas. Vermijd het gaspedaal voor meer dan driekwart in te druk- ken. Vermijd langdurig optrekken. Vermijd langdurig rijden op kruissnelheid.
BASISPROCEDURES De motor starten Laag toerental Steek de sleutel in het contactslot Een laag toerental moet worden en draai deze naar de stand AAN gebruikt bij± met licht. Trekken Duw op het rempedaal. Duwen Een lading vervoeren OPMERKING: Als de schakelhen- 4x4-toepassingen del niet in de PARKEER-stand (P) Modderplekken...
BASISPROCEDURES Een aanhangwagen op rijden WAARSCHUWING Bergop rijden Om te vermijden dat het voer- In de bovenvermelde situaties helpt tuig wegrolt, gebruikt u de de elektronische aandrijfriembe- scherming de CVT-riem te bescher- PARKEER-stand altijd wanneer men tegen schade door het inscha- het voertuig gestopt is of gepar- kelen van de motormomentbeper- keerd staat.
-snelheid hier- aan aanpast. Als u onder een van de onderstaan- de omstandigheden rijdt, wordt het door BRP sterk aanbevolen gedu- rende meer dan vijf (5) minuten vol gas te geven (WOT). Hoge omgevingstemperatuur (boven 30 °C...
SPECIALE PROCEDURES zwarte (-) kabel op het chassis van Wat als u vermoedt dat het voertuig. er water in de CVT zit? OPMERKING Sluit geen Als er water in de CVT zit, zal de stroombron aan op de stuurko- motor versnellen, maar blijft het lom van het voertuig.
HET VOERTUIG TRANSPORTEREN Als uw voertuig moet worden ver- Maak de spanbanden voerd, moet deze op een dieplader vast aan de lierkabel van van de juiste grootte en het juiste het sleepvoertuig. vermogen worden geladen. Trek het voertuig met de lier op de aanhangwagen.
HET VOERTUIG OPHEFFEN EN ONDERSTEUNEN Voorzijde voertuig Plaats het voertuig op een vlakke ondergrond die niet glad is. Zorg ervoor dat de schakelhendel van het voertuig in de PARKEER- stand staat. Plaats een hydraulische krik onder de beschermplaat vooraan. Hef de voorzijde van het voertuig op en plaats een krik aan elke kant onder het frame, voor het lipje van de centrale beschermplaat.
ONDERHOUDSSCHEMA Het onderhoud is zeer belangrijk om uw voertuig in een veilig functione- rende staat te houden. De eigenaar is verantwoordelijkheid voor een be- hoorlijk onderhoud. Het voertuig dient servicebeurten te ondergaan volgens het onderhoudsschema. Na elke 50 bedrijfsuren verschijnt het volgende bericht op de meter, om u te eraan te herinneren dat onderhoud nodig is: ONDERHOUD NOODZAKELIJK.
Pagina 97
ONDERHOUDSSCHEMA ELKE 1.500 km OF 50 UUR (wat zich het eerst voordoet) ELKE 750 km OF 25 UUR (wat zich het eerst voordoet) Controleer de accuaansluitingen Smeer de achterste cardanasverbindingen Inspecteer de sluitmoeren van de trekstang en de kogelgewrichten op speling en staat van manchetten.
Pagina 98
ONDERHOUDSSCHEMA ELKE 3.000 km OF 100 UUR (wat zich het eerst voordoet) ELKE 1.500 km OF 50 UUR (wat zich het eerst voordoet) Inspecteer de versnellingsbak op oliepeil en verontreiniging UITVOEREN NA DE EERSTE 3.000 km EN NA 6.000 km, EN VOLG HIERNA HET NORMALE SCHEMA.
ONDERHOUDSPROCEDURES Dit hoofdstuk bevat aanwijzingen den. Het is immers uitermate be- voor de elementaire onderhouds- langrijk voor de goede prestaties procedures. Als u over de nodige en voor een langere levensduur van mechanische deskundigheid en de de motor. vereiste hulpmiddelen beschikt, De motorluchtfilter moet vaker kunt u deze procedures zelf uitvoe- worden vervangen in de volgende...
Pagina 100
ONDERHOUDSPROCEDURES 1. Maak de klemmen los 3. Verwijder de motorluchtfilter. 1. Aftapopening 1. Motorluchtfilter Reiniging motorluchtfilterhuis 1. Als er zich water in de eerste kamer bevindt, verwijdert u de aftapplug aan de onderkant om TOEGANG AFTAPPLUG AAN DE LINKER- het water te verwijderen. KANT VAN HET VOERTUIG 1.
Pagina 101
ONDERHOUDSPROCEDURES papieren element te blazen. Dit kan de papiervezels beschadigen en de filtercapaciteit reduceren bij gebruik in stoffige omgevin- gen. Als de motorluchtfilter te vuil is en niet kan worden gerei- nigd volgens de aanbevolen procedure, moet deze worden vervangen. Installatie motorluchtfilter 1.
ONDERHOUDSPROCEDURES en voor een langere levensduur van de motor. De CVT-luchtfilter moet vaker wor- den gecontroleerd en gereinigd in de volgende moeilijke rijomstandig- heden: Rijden op droog zand. Rijden op droge, met aarde be- dekte oppervlakken. Rijden op droge grindpaden of dergelijke.
ONDERHOUDSPROCEDURES de filter drogen op kamertempe- ratuur. 4. Reinig de binnenkant van de CVT-luchtfilter met een stofzui- ger. Stap 1: Schuif naar achteren 3. Trek de CVT-luchtfilter eruit. 1. CVT-luchtinlaat Installatie CVT-luchtfilter Plaats de CVT-luchtfilter en het deksel terug. OPMERKING: Als u de CVT-lucht- filter schoon houdt, wordt de luchtstroom zo groot mogelijk en gaan de CVT-onderdelen langer...
Pagina 104
3. Verwijder de peilstok en lees het oliepeil af. Dat moet dicht smeervereisten van deze motor. bij het bovenste merkteken lig- BRP raadt stellig aan XPS 4-taktolie gen. te gebruiken. OPMERKING Schade veroor- zaakt door het gebruik van olie...
ONDERHOUDSPROCEDURES Verwijderen van de oliefilter Reinig de omgeving van de oliefil- ter. Verwijder de schroeven van het oliefilterdeksel. Verwijder het oliefilterdeksel. Verwijder de oliefilter. 1. Pakkingring 2. Afvoerplug Verwijder de peilstok. Laat alle olie uit het carter af. Verwijder metaaldeeltjes en residu van de magnetische aftapplug.
ONDERHOUDSPROCEDURES reinigingen die de koelprestatie van de radiator in het gedrang kunnen brengen. Spuit de radiatorvinnen schoon met een tuinslang, indien mogelijk. LET OP Maak de radiator nooit schoon met uw handen terwijl hij nog heet is. Laat de te reinigen ra- diator eerst afkoelen.
Pagina 107
Aanbevolen motorkoelvloeistof 5. Voeg indien nodig koelvloeistof PRODUCT toe aan het systeem. AANBEVOLEN KOELVLOEISTOF 6. Plaats de drukdop op de juiste DOOR BRP manier terug op de bijvuladap- ter. ANTIVRIES MET 7. Controleer het koelvloeistofpeil Finland, Noorwegen LANGE LEVENSDUUR in het expansievat.
Pagina 108
ONDERHOUDSPROCEDURES OPMERKING: De aftapplug vindt PRODUCT u aan de onderkant van het voer- AANBEVOLEN KOELVLOEISTOF tuig. DOOR BRP Gedistilleerd water Of als alternatief, met antivriesmiddel indien deze niet (50% gedistilleerd verkrijgbaar is water, 50% antivriesmiddel) OPMERKING Gebruik altijd ethyleenglycolantivries met anti- corrosiemiddel, speciaal bestemd 1.
Pagina 109
ONDERHOUDSPROCEDURES 1. Plaats slangklem te onthouden 2. Te verwijderen slang onderaan radiator TYPISCH 5. Laat het koelsysteem helemaal 1. Aftapschroef leeglopen. 1000 modellen 6. Plaats de aftapplug van het 2. Schroef de aftapschroeven van koelsysteem terug. de thermostaatbehuizing van de voorste en achterste cilinders KOPPEL los.
Pagina 110
ONDERHOUDSPROCEDURES 4. Vul het koelsysteem tot de koelvloeistof uit de ontluchtings- schroef (-schroeven) stroomt. 5. Installeer de ontluchtings- schroef (-schroeven) met NIEUWE pakkingringen en draai aan volgens de volgende tabel. KOPPEL Pakkingring 4,4 N•m naar 5,6 N•m VOORKANT VOLLEDIG OPGEHEVEN 1.
ONDERHOUDSPROCEDURES draaid, omdat het uitlaatsysteem dan erg heet is. Verwijder het deksel van de knal- pot. 1. Adapter bijvullen koelsysteem 2. Slang expansievat 3. Koelsysteem volledig gevuld (tot zitting drukdop) 15. Installeer de drukdop. 16. Controleer het koelvloeistofpeil 1. Knalpotdeksel in het expansievat en vul tot het 2.
ONDERHOUDSPROCEDURES KOPPEL Borgschroef 11 N•m ± 1 N•m uitlaatpijp Olie voor tandwielkas- Controle oliepeil tandwielkast Zet het voertuig op een gelijkmatig oppervlak. Zet de schakelhendel in de PARKEER-stand. 1. Vonkafleider 2. Pakking Verwijder de oliepeilplug van de 3. Uitlaatpijp tandwielkast en controleer het Verwijder alle koolstofafzettingen transmissieoliepeil.
ONDERHOUDSPROCEDURES Installeer de aftapplug. kast. BRP raadt stellig aan deze XPS-olie te gebruiken. Als de syn- OPMERKING: Reinig de aftapplug thetische XPS-olie echter niet be- en verwijder alle metalen deeltjes schikbaar is, kunt u het volgende voor u de plug opnieuw installeert.
ONDERHOUDSPROCEDURES KOPPEL Ontstekingsbougie 20 N•m ± 2,4 N•m CVT-deksel OPMERKING: Sommige illustraties zijn uitgevoerd met de motor uit het voertuig voor meer duidelijk- heid. Het is niet nodig om de motor te verwijderen om de volgende in- RECHTERKANT ACHTERSTE CILINDER structies uit te voeren.
ONDERHOUDSPROCEDURES 4. Verwijder de acht plastic klinkna- CVT-dekselverwijdering gels om het opbergvak onder Verwijder de dertien CVT-deksel- de zitting te verwijderen. schroeven. OPMERKING: De vier onderste schroeven van het CVT-deksel zijn bereikbaar via de vierkante gaten in de centrale beschermplaat. 1.
ONDERHOUDSPROCEDURES TYPISCH AANDRAAIVOLGORDE CVT-DEKSEL 1. Trekker/vergrendelingswerktuig 2. Vaste aangedreven rolschijf SCHROEVEN CVT-DEKSEL Schuif, zoals weergegeven, de riem Aandraaimoment 7 N•m ± 0,8 N•m over de bovenrand van de vaste schijf om de riem te verwijderen. Aandrijfriem Verwijdering aandrijfriem OPMERKING In geval van een defect aan de aandrijfriem, moe- ten het CVT, deksel en de lucht- uitlaat gereinigd worden.
ONDERHOUDSPROCEDURES Reiniging uitlaatgebied WAARSCHUWING Motor en uitlaat moeten koud zijn voordat u vuil verwijdert. Draag altijd veiligheidshand- schoenen bij het verwijderen van vuil. 1. Verwijder, met de handschoe- nen aan, al het overtollige vuil 1. Op riem afgedrukte pijl rondom de uitlaat. 2.
ONDERHOUDSPROCEDURES OPMERKING Gebruik geen zeke- ring met een hogere capaciteit om ernstige schade te vermijden. Plaats zekeringdoos Dit voertuig is uitgerust met twee zekeringdozen. Ze bevinden zich beide onder de console, aan de bestuurderskant naast de accu. 1. Accu 2. Borgschroef accuhouder 3.
ONDERHOUDSPROCEDURES HOOFDZEKERINGDOOS ZEKERING IN ZEKERINGDOOS 3 Dynamische BESCHRIJVING VERMOGEN servostuurregeling (DPS, 40 A Relais remmen modellen met DPS) Snelheidsmeter/ 10 A achterlicht Lichten Controleer na vervanging altijd of Contact/injectie/ 7,5 A het licht wel werkt. snelheidssensor Koplamp en richtingaanwijzer Engine Control Module (ECM - vooraan vervangen motorbeheermodule)
Pagina 120
ONDERHOUDSPROCEDURES Draai de lamp. 1. Afstelschroeven Achterlicht en richtingaanwijzer TYPISCH achteraan vervangen Trek de lamp eruit. Open de bovenste achterklep. Verwijder beide borgschroeven van het achterlicht. 1. Lampfitting 2. Lamp Installeer de verwijderde onderde- len opnieuw correct in de omge- TYPISCH keerde volgorde dan waarin u ze 1.
ONDERHOUDSPROCEDURES VOORZIJDE VOERTUIG 1. Radiator 1. Achterlicht 2. Manchetten binnenkant aandrijfas 2. Lamp en fitting Druk de lamp in en houd ze vast terwijl u ze linksom losdraait. Ga voor de installatie omgekeerd te werk als om de lamp te verwijde- ren.
ONDERHOUDSPROCEDURES Raadpleeg een erkende Can-Am dealer als u enige speling vaststelt. ACHTERKANT VOERTUIG 1. Manchet buitenkant aandrijfas De bouten van de achter- TYPISCH ste stabilisatiestang Wielen en banden aandraaien Wielen verwijderen Draai de borgschroeven van de Draai de moeren los en ondersteun stabilisatiestang in de onderstaande het voertuig.
Pagina 123
ONDERHOUDSPROCEDURES BANDENSPANNING VOORAAN ACHTERAAN MIN. 69 kPa 83 kPa MAX. (Te gebruiken 83 kPa 152 kPa bij lading zwaarder dan 180 kg) OPMERKING: Hoewel de banden speciaal zijn ontworpen voor of- froadtoepassingen, kan een lekke band nog steeds voorkomen. AANDRAAIVOLGORDE Daarom wordt aangeraden een OPMERKING Gebruik altijd de...
ONDERHOUDSPROCEDURES A-armen vooraan WAARSCHUWING Controleer de A-armen op barsten, krombuiging of andere schade. Vervang de banden alleen door banden van hetzelfde type en Wieldraagarmen achteraan bandenmaat als de originele Controleer de wieldraagarmen op banden. vervorming, barsten of krombui- Let erop dat u banden met een ging.
ONDERHOUDSPROCEDURES Aanbevolen remvloeistof WAARSCHUWING Gebruik altijd remvloeistof die vol- doet aan de specificatie DOT 4. Gebruik geen hoge druk om de veiligheidsgordels te reinigen. Indien u een hoge druk spuit WAARSCHUWING gebruikt kan dit de componen- Om ernstige schade aan het ten beschadigen.
VERZORGING VAN HET VOERTUIG herschilderd om roest te voorko- Verzorging na gebruik men. voertuig Was de carrosserie indien nodig zoutwateromgeving heeft gebruikt met warm zeepsop (gebruik enkel moet u het afspoelen met zoet mild schoonmaakmiddel). water om het voertuig en al zijn Breng een niet-schurende was aan.
BEWARING EN VOORBEREIDING OP HET RIJSEIZOEN Als u het voertuig langer dan 4 maanden niet gebruikt, is een correcte opslag noodzakelijk. Nadat uw voertuig langere tijd was opgeborgen, is een voorbereiding vereist. Raadpleeg een erkende Can-Am dealer om uw voertuig voor te be- reiden voor opslag of voor de start van het rijseizoen.
Elke erkende Can-Am dea- ler heeft deze nummers nodig om reparaties onder garantie uit te voeren. Er wordt geen garantie geboden door BRP Inc. als het motoridentificatienummer (E.I.N.) of het voertuigidentificatienummer (V.I.N.) werd verwijderd of onlees- baar werd gemaakt. We raden u...
De EG Conformiteitsverklaring is niet opgenomen in deze versie van de Gebruikershandleiding. U vindt deze in de gedrukte versie die bij uw voertuig werd geleverd. ddd2009-001...
USDA Forest Service Motorluchtfilter Synthetische papierfilter SMEERSYSTEEM Type Nat carter. Vervangbare oliefilter ® Oliefilter BRP Rotax papiertype, vervangbaar Inhoud (oliewissel met filter) Gebruik voor het zomerseizoen 4-TAKT SYNTHETISCH XPS-OLIEMENGSEL (Stuknr. 293 600 121). Motorolie Gebruik voor alle seizoenen 4-takt synthetische Aanbevolen XPS-olie (Stuknr.
Pagina 133
SPECIFICATIES MODEL 800R 1000 KOELSYSTEEM Mengsel ethylglycol/water (50% koelvloeistof, 50% water). Gebruik antivries voor langdurig gebruik Type (Stuknr. 219 702 685) of (Stuknr. 619 590 204) Koelvloeistof (Finland, Noorwegen en Zweden) of een speciaal samengestelde koelvloeistof voor aluminiummotoren Inhoud 3,85 L 4,25 L CVT-TRANSMISSIE Type...
Pagina 134
SPECIFICATIES MODEL 800R 1000 ELEKTRISCH SYSTEEM Output van de magneetgenerator 625 W @ 6.000 RPM Type ontstekingsysteem IDI (Inductive Discharge Ignition) Timing van de ontsteking Niet regelbaar Aantal Ontstekingsbougie Merk en type NGK DCPR8E Tussenruimte 0,7 mm naar 0,8 mm Instelling van de motortoerentalbegrenzer 8.000 TPM Type...
Pagina 135
SPECIFICATIES MODEL 800R 1000 Hoofdzekering 16 awg Accessoires (hoofd) 14 awg Vermogenstoevoeging 16 awg DPS (indien aanwezig) 40 A Snelheidsmeter/achterlicht 10 A Contact/injectie/ 7,5 A snelheidssensor Engine Control Module (ECM - motorbeheermodule) Actuator 4WD Zekeringen (lier indien geplaatst) Contactschakelaar Ventilator (stroomonderbreker 25 A zekering)
Pagina 136
SPECIFICATIES MODEL 800R 1000 BRANDSTOFSYSTEEM Brandstofaflevering Type Elektronische brandstofinjectie (EFI) met iTC Gasklephuis 54 mm met ETA Brandstofpomp Type Elektrisch (in brandstoftank) Leegloopsnelheid 1.250 ± 100 TPM (niet regelbaar) Type Normale loodvrije benzine Brandstof 87 op de pomp aangegeven AKI (92 RON) – Zie Minimaal octaangetal VEREISTEN VOOR BRANDSTOF Inhoud van de brandstoftank...
Pagina 137
SPECIFICATIES MODEL 800R 1000 BESTURING Stuurwiel Schuin verstelbare stuurkolom Draaistraal 244 cm Totale spoorbreedte (voertuig op de grond) 0 ° ± 0,2 ° Wielvluchthoek (voertuig op de grond) 0,7° positief VOORWIELOPHANGING Type ophanging Dubbele A-armophanging met anti-duikdesign Type afregeling voorbelasting Regelnok met 5 standen Veerweg 254 mm...
Pagina 138
SPECIFICATIES MODEL 800R 1000 Vooraan 4 mm Minimumdikte van de remschijven Achteraan 4 mm Maximale kromming van de remschijven 0,2 mm BANDEN Maximum: 83 kPa Vooraan Minimum: 69 kPa Druk Maximum: 152 kPa Achteraan Minimum: 83 kPa Minimum spoordiepte banden 3 mm Vooraan 27 x 9 x 14 (in)
Pagina 139
SPECIFICATIES MODEL 800R 1000 LAADVERMOGEN EN GEWICHT Drooggewicht (modellen zonder accessoires) 584 kg Gewichtsverdeling (voor/achter) 44/56 Totaal 272 kg Capaciteit laadbak Bovenaan 181 kg Onderaan 272 kg Totaal toegelaten gewicht (inclusief bestuurder, passagier, alle andere ladingen en extra 363 kg accessoires) 1.004 kg Nominaal brutogewicht voertuig...
RICHTLIJNEN VOOR HET OPLOSSEN VAN PROBLEMEN CVT-RIEM SLIPT DOOR 1. Er is water in de CVT gedrongen. Raadpleeg het hoofdstuk SPECIALE PROCEDURES. DE DISPLAY VAN DE VERSNELLINGSBAKSTAND GEEFT "E" WEER 1. De schakelhendel staat tussen twee standen. Plaats de schakelhendel in de gewenste stand. 2.
RICHTLIJNEN VOOR HET OPLOSSEN VAN PROBLEMEN MOTOR WENTELT MAAR START NIET 1. Verdronken motor (bougie nat bij verwijdering). Als de motor niet start en teveel brandstof bevat, kan de modus verdronken worden geactiveerd om de brandstofinjectie te verhin- deren en de ontsteking te onderdrukken tijdens het starten. Ga als volgt te werk: •...
RICHTLIJNEN VOOR HET OPLOSSEN VAN PROBLEMEN 4. Water in de CVT Tap het water in de CVT af. Raadpleeg het hoofdstuk SPECIALE PROCEDURES. 5. CVT vuil of versleten. Neem contact op met een erkende Can-Am dealer. 6. Gebrek aan brandstof. Vuile of verstopte voorfilter van de brandstofpomp.
Pagina 145
RICHTLIJNEN VOOR HET OPLOSSEN VAN PROBLEMEN GEDEELTELIJKE OF GEEN REACTIE BIJ INDRUKKEN GASPEDAAL (MOTOR- STORING IS AAN EN HET BERICHT FOUT PPS WORDT WEERGEGEVEN). 1. Gedeeltelijk defect sensors gaspedaal (PPS). Gebruik de ophefschakelaar om het gaspedaal terug normaal te laten werken.
MELDINGEN OP HET MULTIFUNCTIONELE INSTRUMENTENBORD Als de motor niet goed werkt, kunnen de volgende berichten worden gecombineerd met een verklikkerlichtje. MELDING BESCHRIJVING D.E.S.S.-SLEUTEL NIET De D.E.S.S.-sleutel moet worden gereinigd. HERKEND De verkeerde sleutel is in het contact gestoken. Gebruik de juiste sleutel VERKEERDE SLEUTEL voor het voertuig.
Bombardier Recreational Products Inc. (BRP)* geeft een garantie op zijn Can-Am ATV bouwjaar 2017 die wordt verkocht door Can-Am SSV-distri- buteurs of -dealers die door BRP gemachtigd zijn om Can-Am SSV's te distribueren (Can-Am SSV-distributeur/dealer) buiten de Verenigde Staten, Canada en lidstaten van de EER (dit is de Europese Economische Ruimte, nl.
BRP of ten gevolge van reparaties door een persoon die geen erkende Can-Am SSV distributeur/dealer met serviceautorisatie is; Schade ten gevolge van misbruik, abnormaal gebruik, verwaarlozing of gebruik van het product op een manier die niet strookt met de aan- bevelingen in de gebruikershandleiding;...
Zoals beschreven in de gebruikershandleiding, moet het vereiste peri- odiek onderhoud tijdig worden uitgevoerd, om aanspraak te kunnen maken op garantie. BRP behoudt zich het recht voor, een bewijs van correct onderhoud te vragen als voorwaarde voor prestaties onder garantie.
Als het probleem niet wordt opgelost, neemt u contact op met BRP door het klantcontactformulier op www.brp.com in te vullen of per e-mail contact met BRP op te nemen via een van de adressen in het gedeelte CONTACT OPNEMEN van deze handleiding.
Bombardier Recreational Products Inc. (BRP)* geeft een garantie op zijn Can-Am ATV bouwjaar 2017 die wordt verkocht door Can-Am SSV-distri- buteurs of -dealers die door BRP gemachtigd zijn om Can-Am SSV's te distribueren (Can-Am SSV-distributeur/dealer) buiten de Verenigde Staten, Canada en lidstaten van de EER (dit is de "Europese Economische Ruimte", nl.
BRP of ten gevolge van reparaties door een persoon die geen erkende Can-Am SSV distributeur/dealer met serviceautorisatie is; Schade ten gevolge van misbruik, abnormaal gebruik, verwaarlozing of gebruik van het product op een manier die niet strookt met de aan- bevelingen in de gebruikershandleiding;...
Pagina 155
Zoals beschreven in de gebruikershandleiding, moet het vereiste peri- odiek onderhoud tijdig worden uitgevoerd, om aanspraak te kunnen maken op garantie. BRP behoudt zich het recht voor, een bewijs van correct onderhoud te vragen als voorwaarde voor prestaties onder garantie.
Pagina 156
Als het probleem niet wordt opgelost, neemt u contact op met BRP door het klantcontactformulier op www.brp.com in te vullen of per e-mail contact met BRP op te nemen via een van de adressen in het gedeelte CONTACT OPNEMEN van deze handleiding.
BEPERKTE GARANTIE VAN BRP VOOR DE EUROPESE ECONOMISCHE RUIMTE, HET RUSSISCHE ® GEMENEBEST EN TURKIJE: 2017 CAN-AM BIJKOMENDE VOORWAARDEN UITSLUITEND VOOR FRANKRIJK De volgende voorwaarden gelden uitsluitend voor producten die in Frankrijk zijn verkocht: De verkoper levert goederen die in overeenstemming zijn met het contract en is verantwoordelijk voor defecten die aanwezig zijn bij de levering.
BESCHERMING VAN DE PRIVACY Bij deze deelt BRP u mee dat uw contactgegevens zullen worden gebruikt voor veiligheids- en garantiegebonden doeleinden. Bovendien kunnen BRP en zijn dochtermaatschappijen hun klantenlijsten gebruiken om marketing en promotionele informatie over BRP en gerelateerde producten te verdelen.
Gelieve ingeval van verandering van eigenaar een bewijs toe te voegen dat de vroegere eigenaar met de overdracht heeft ingestemd. Wanneer u BRP op de hoogte brengt, zelfs nadat de beperkte garantie is afgelopen, kan BRP u bereiken indien dit nodig zou zijn, bijvoorbeeld als er voertuigen zouden worden teruggeroepen om veiligheidsredenen.