GLOEILAMP BUITENVERLICHTING
VERVANGEN
Zie voor het type lamp en het bijbehorende vermogen
de vorige paragraaf "Gloeilamp vervangen".
KOPLAMPUNITS fig. 165
In de koplampunits zijn de gloeilampen voor de buiten-
verlichting, het dimlicht, het grootlicht en de richtingaan-
wijzer opgenomen.
De lampen zijn op de volgende wijze in de lichtunit ge-
plaatst:
A parkeerlicht
B dagverlichting
C richtingaanwijzers (pijlen)
D grootlicht/dimlicht.
fig. 165
D
B
A
C
F0U0148m
BELANGRIJK Voor de vervanging van de lampen van de
richtingaanwijzers voor, het grootlicht en het dimlicht kan
het daarvoor bestemde toegangsklepje worden gebruikt
(zie de paragraaf "Richtingaanwijzers" in dit hoofdstuk).
BUITENVERLICHTING fig. 166
Gloeilamp vervangen:
❒ trek aan de lip voor het verwijderen van de rubber dop;
❒ druk de lippen B naar elkaar en neem de lamphou-
der uit;
❒ trek de lamp C uit de houder en vervang hem;
❒ plaats de lamphouder, monteer de rubber dop en con-
troleer of de dop goed vastzit (geborgd).
fig. 166
WEGWIJS
IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
INDEX
F0U0149m
189