222
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Achterdifferentieelsper
De achterdifferentieelsper dient alleen te worden gebruikt wan-
neer er wielspin optreedt in bijvoorbeeld een greppel of op een
gladde of ruige ondergrond.
Dit sperdifferentieel is effectief als één van de achterwielen slipt.
Druk op de schakelaar achterdif-
ferentieelsper inschakelen om de
achterdifferentieelsper in te scha-
kelen.
Het controlelampje achterdifferenti-
eelsper gaat branden. Wacht even
totdat het systeem is ingesteld. Als
de achterdifferentieelsper is inge-
schakeld, zal het lampje niet meer
knipperen maar continu branden.
Druk nogmaals op de schakelaar
om de achterdifferentieelsper uit te
schakelen.
∗
∗
: Indien aanwezig