Lichtschakelaar
De koplampen kunnen handmatig of automatisch worden
bediend.
Bedieningsinstructies
Draai aan het uiteinde van de hendel om de verlichting als volgt in te
schakelen:
1
Uit
De koplampen, parkeer-
2
verlichting voor, achter-
(indien
aanwezig)
lichten,
verlichting
boardverlichting
automatisch aan en uit
(als het contact AAN
staat).
De parkeerlichten voor,
3
achterlichten, kenteken-
plaat- en dashboardver-
lichting gaan branden.
De koplampen en alle
4
verlichting die hierboven
genoemd is, gaan bran-
den.
4-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
kentekenplaat-
en
dash-
gaan
189
4