Handige functies
Airconditioning
HYUNDAI-airconditioningssystemen
zijn gevuld met koudemiddel R-134a of
R-1234yf.
1. Start de auto. Druk op toets A/C.
2. Zet de luchtcirculatietoets in stand
(
).
3. Stel de luchttoevoerregeling
tijdelijk in op recirculatie om het
interieur snel af te koelen. Schakel
de luchttoevoerregeling weer terug
naar verse lucht als de gewenste
temperatuur in het interieur is bereikt.
4. Stel de aanjagersnelheid en de
temperatuur bij om een maximaal
comfort te bereiken.
Informatie
Het aircosysteem in uw auto is gevuld
met koudemiddel van het type R-134a
of R- 1234yf, in overeenstemming met
de wetgeving in uw land ten tijde van
de productie. U kunt controleren welk
koudemiddel in uw auto wordt gebruikt
aan de hand van de sticker onder de
motorkap. Zie hoofdstuk 5 voor de
locatie van het koudemiddellabel van de
airconditioning.
OPMERKING
Onderhoud aan het
airconditioningssysteem mag alleen
worden uitgevoerd door geschoolde
en gecertificeerde technici, zodat
het systeem goed en veilig blijft
werken.
Onderhoud aan het
airconditioningssysteem moet
worden uitgevoerd in een goed
geventileerde ruimte.
De verdamper mag nooit worden
gerepareerd of worden vervangen
door een exemplaar uit een andere
auto en een nieuwe MAC verdamper
moet zijn voorzien van een SAE
J2842 certificaat.
5-64
OPMERKING
Bij het openen van de ruiten bij
vochtig weer kan de airconditioning
druppelvorming in het interieur
veroorzaken. Omdat te veel vocht in
het interieur schade aan elektrische
componenten kan veroorzaken, mag de
airconditioning alleen worden gebruikt
als de ruiten gesloten zijn.
Tips voor gebruik van de airconditioning
Open de ruiten een tijdje wanneer de
auto tijdens warm weer in de volle
zon geparkeerd is geweest, zodat de
warme lucht naar buiten kan.
Nadat de lucht voldoende gekoeld is,
schakelt u van recirculatielucht terug
naar de verse buitenlucht stand.
Om het beslaan van de ruiten
tijdens op regenachtige of vochtige
dagen te verminderen, kunt u de
vochtigheidsgraad in het interieur
terugbrengen door de airconditioning
in te schakelen en ruiten en schuif-/
kanteldak gesloten te houden.
Schakel de airconditioning iedere
maand enkele minuten in om het
systeem in een optimale staat te
houden.
Als u de airconditioning
overmatig gebruikt, kan door het
temperatuurverschil tussen de
buitenlucht en de voorruit plotseling
beslaan, waardoor het zicht wegvalt.
Zet in dat geval de modusselectieknop
in de stand (
) en de bedieningsknop
van de aanjager op de laagste
snelheid.