Elektrische installatie
9.2.2 Invoergaten
1.
Verwijder de kabelingang uit de frequentieom-
vormer (voorkom dat bij het verwijderen van de
uitbreekpoort vreemde elementen in de frequen-
tieomvormer vallen).
2.
De kabeldoorvoer moet worden ondersteund
rondom de te verwijderen uitbreekpoort.
3.
De uitbreekpoort kan nu worden verwijderd met
behulp van een stevige drevel en een hamer.
4.
Verwijder bramen uit het gat.
5.
Monteer de kabelingang op de frequentieom-
vormer.
Het aangegeven gebruik van de gaten is een aanbeveling;
andere oplossingen zijn ook mogelijk. Ongebruikte kabelin-
voergaten kunnen worden afgedicht met doorvoerrubbers
(voor IP 21).
9
9
Gatnummer en aanbevolen
gebruik
1) Net
2) Motor
3) Rem/loadsharing
4) Stuurkabel
5) Stuurkabel
Tolerantie ± 0,2 mm
1)
Afbeelding 9.1 A2 – IP 21
116
Design Guide
[4]
[5]
[1]
[3]
[2]
Afmetingen
1)
Dichtstbijzijnd
metrisch
UL [in] [mm]
3/4
28,4
M25
3/4
28,4
M25
3/4
28,4
M25
1/2
22,5
M20
1/2
22,5
M20
Danfoss A/S © Rev. 2014-04-04 Alle rechten voorbehouden.
Gatnummer en aanbevolen
Afmetingen
gebruik
UL [in] [mm]
1) Net
3/4
2) Motor
3/4
3) Rem/loadsharing
3/4
4) Stuurkabel
1/2
5) Stuurkabel
1/2
6) Stuurkabel
1/2
Tolerantie ± 0,2 mm
1)
Afbeelding 9.2 A3 – IP 21
Gatnummer
Afmetingen
en aanbevolen
UL [in]
gebruik
1) Net
3/4
2) Motor
3/4
3) Rem/
3/4
loadsharing
4) Stuurkabel
1/2
5) Verwijderd
-
Tolerantie ± 0,2 mm
1)
Afbeelding 9.3 A4 – IP 55
[4]
[5]
[6]
[1]
[3]
[2]
1)
Dichtstbijzijnd
metrisch
28,4
M25
28,4
M25
28,4
M25
22,5
M20
22,5
M20
22,5
M20
[2]
[3]
[4]
[5]
[1]
1)
Dichtstbijzijnd
metrisch
[mm]
28,4
M25
28,4
M25
28,4
M25
22,5
M20
-
-
MG33BF10