Continu-modus
In het volgende diagram ziet u hoe een
parameterveld eruitziet wanneer de continu-modus
voor niet-invasieve bloeddruk is geselecteerd (zie
pagina 280).
A
B
K
J
I
A NIBP-parameterlabel
B Meeteenheid (kan worden
geactiveerd/gedeactiveerd)
C Tijd verstreken sinds laatste niet-invasieve
bloeddrukmeting
D Waarde van mean druk
E Alarmgrenzen of doorgekruiste
driehoeksymbolen wanneer alarmen zijn
gedeactiveerd
F Tijd die resteert voordat de continu-modus
wordt beëindigd.
G Label Cont. modus
H Meeteenheid
I
Waarde van opblaasdruk
J Label Inflatie druk
K Waarde van systolische/diastolische druk
Gebruiksinstructies – Infinity Acute Care System – Bewakingstoepassingen VG4.n
C
H
G
F
Interval-modus
In het volgende diagram ziet u hoe een
parameterveld eruitziet wanneer de Interval-modus
is geselecteerd (zie pagina 279 voor meer
informatie).
A
D
I
E
H
A NIBP-parameterlabel
B Meeteenheid (kan worden
geactiveerd/gedeactiveerd)
C Tijd verstreken sinds laatste niet-invasieve
bloeddrukmeting
D Waarde van laatste mean druk
E Alarmgrenzen of doorgekruiste
driehoeksymbolen wanneer alarmen zijn
gedeactiveerd
F Geselecteerd opblaasinterval (zie pagina 282)
G Waarde van opblaasdruk of voortgangsbalk
H auto-label (als de meting is beëindigd, wordt
het label vervangen door een voortgangsbalk
die aangeeft hoeveel tijd er is vóór het begin
van de volgende meting)
I
Waarde van systolische en diastolische druk
Niet-invasieve bloeddruk (NIBP)
B
C
G
F
D
E
277