Alarmen
Het gedrag van alarmberichten configureren
Het Config.-tabblad biedt u de mogelijkheid om het
rapporteringsgedrag van de akoestische en visuele
alarmen als reactie op bepaalde SpO
-berichten met betrekking tot "afleidingen los"-
condities in te stellen.
Het Config.-tabblad openen
1 Selecteer in de hoofdmenubalk de toets
Alarmen....
2 Open zo nodig het tabblad Grenzen.
3 Selecteer het Config.-tabblad.
4 Zie de volgende tabel voor de beschikbare
instellingen. De geselecteerde alarmprioriteit
beïnvloedt hoe de alarmgebeurtenis visueel en
akoestisch wordt gerapporteerd (zie pagina 103
en pagina 105).
Bericht
1)
SpO
-sensor uit
2
SpO
controleer
2
2
sensor
1)
Bericht afkomstig van een Masimo rainbow SET of een Masimo SET MCable.
2)
Bericht afkomstig van een Nellcor MCable.
122
Gebruiksinstructies – Infinity Acute Care System – Bewakingstoepassingen VG4.n
-sensors en
2
Beschikbare
instellingen
Alarminstellingen
– Hoog
– Medium
– Laag (standaard voor
SpO
controleer
2
sensor)
– Eenmaal korte toon
–
(uit) – standaard
voor SpO
-sensor
2
uit
De alarminstelling:
– wordt op het ICS ondersteund
– wordt op alle externe weergaven ondersteund
– wordt in het profiel van de patiënt opgeslagen
Ongeacht de geselecteerde instelling kan het
akoestische alarmsignaal worden gepauzeerd,
maar wordt het hervat als de toestand na de
audiopauze van twee minuten blijft aanhouden. Het
bericht verschijnt in de kopbalk van de Cockpit tot
de toestand verdwijnt of u het bevestigt.
Beschrijving
Kent een alarmprioriteit toe aan het sensoralarm of
deactiveert het sensoralarm.
– Hoog: De gebeurtenis wordt als een alarm met
hoge prioriteit beschouwd.
– Medium: De gebeurtenis wordt als een alarm
met gemiddelde prioriteit beschouwd.
– Laag: De gebeurtenis wordt als een
aanhoudend alarm met lage prioriteit
beschouwd.
– Enkelvoudig: De gebeurtenis wordt als een
eenmalig meldingsalarm met lage prioriteit
beschouwd.
–
: Er worden geen visuele of akoestische
alarmsignalen geactiveerd; maar als de sensor
niet langer aan de patiënt is bevestigd,
verschijnt er een overeenkomstig bericht in het
SpO
-parameterveld.
2