Selectie
Beschikbare instellingen
QRS-drempel
– Normaal (standaard)
– Laag
Resp. bewaking
– Aan (standaard voor neonataal)
– Uit (standaard voor volwassen/pediatrisch)
Op deze pagina worden alle beschikbare afleidingen weergegeven (max. 12).
Gepacete patiënten bewaken
Wanneer pacemakerdetectie is geactiveerd,
worden op de M540 de volgende specificaties
gebruikt om een puls te identificeren als een
pacemakerpuls:
Amplitude (ap): ±2 tot ±700 mV
Breedte (dp): 0,2 tot 2,0 ms
Stijg-/daaltijden (min): 0,1 dp, 100 ms
Doorschieten (min): 0,025 ap, 2 mV
Oplaadtijdconstante: 4 tot 100 ms
Als er binnen 250 ms van een pacemakerimpuls een
QRS-complex optreedt, wordt dat ook als een
gepacete hartslag beschouwd. Een gepacete
hartslag wordt als volgt geïdentificeerd:
– In het parameterveld voor hartfrequentie
verschijnt de letter 'P' naast het knipperende
hartsymbool wanneer er een pacemakerpuls
wordt gedetecteerd.
– In de ECG-curve worden pacemakerspikes
blauw weergegeven.
OPMERKING
Pacemakerdetectie wordt automatisch
gedeactiveerd in de neonatale modus of wanneer
het ESU-filter is geactiveerd.
Gebruiksinstructies – Infinity Acute Care System – Bewakingstoepassingen VG4.n
Toon alle pagina
Wanneer pacemaker-detectie wordt
gedeactiveerd, verschijnt het bericht Pacemaker
uit in het bovenste ECG-kanaal.
Volg de richtlijnen op pagina 204 om de
pacemakerbewaking te optimaliseren.
Pacemakerdetectie activeren/deactiveren
Selecteer het parameterveld voor
hartfrequentie om de pagina ECG rechtstreeks
te openen.
of
1 Selecteer Sensor parameters... in de
hoofdmenubalk.
2 Selecteer het ECG-tabblad om de ECG-pagina
te openen.
3 Open het tabblad Instell. 2.
4 Selecteer Aan naast Pacemaker detectie.
ECG, aritmie en ST-segment
Beschrijving
Deze functie is enkel beschik-
baar voor volwassen en pedi-
atrische patiënten.
Normaal – detecteert QRS-
complexen met normale am-
plitude.
Laag – detecteert QRS-com-
plexen met lage amplitude.
Hiermee wordt de ademha-
lingsbewaking geacti-
veerd/gedeactiveerd.
201